V5 Thema 4 DNA B3 Transcriptie

Thema 4 DNA

B3
Transcriptie

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Thema 4 DNA

B3
Transcriptie

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel B3

- Je kunt beschrijven hoe transcriptie plaatsvindt

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen B3 Transcriptie
- RNA
- Ribose
- RNA-polymerase
- Uracil
- transcriptie
- mRNA
- promotor
- transcriptiefactoren
- template streng
- matrijsstreng
- coderende streng
- pre-mRNA
- RNA processing
- spliceosoom
- splicing
- intron 
- exon

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Van DNA naar eiwit
Replicatie

Slide 6 - Tekstslide

____
Uracil ipv Thymine

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

DNA
DNA
RNA
3' 
3' 
3' 
5' 
5' 
5' 
Transcript
Templatestreng/matrijsstreng
Coderende Streng

Slide 13 - Tekstslide

Wat zien we hier?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

RNA-processing

Slide 16 - Tekstslide

Splicing 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Bekijk ook de filmpjes
Nu wat vragen

Slide 23 - Tekstslide

Stel we willen een bacterie genetisch modificeren om een mensen eiwit te maken. Wat moeten we dan in de bacterie doen?
A
DNA van het gen
B
Een DNA kopie van het mRNA
C
Het pre-mRNA
D
Het eiwit

Slide 24 - Quizvraag

Van dubbelstrengs DNA heeft een deel van een coderende-streng de nucleotidesequentie CGGATACGGTTA.
Wat is de sequentie van nucleotiden in het RNA-molecuul dat wordt gesynthetiseerd?
A
GCCTATGCCAAT
B
GCCUAUGCCAAU
C
CGGAUACGGUUA
D
UAACCGCACCCG

Slide 25 - Quizvraag

Een student doet onderzoek naar de nucleotidensamenstelling van een bepaald stuk dubbelstrengs DNA. Hij gebruikt hiervoor het mRNA dat gevormd is door transcriptie van dit bepaalde stuk DNA. Dit mRNA bestaat voor 45% uit adenine, voor 15% uit cytosine, voor 25% uit guanine en voor 15% uit uracil. Op grond van deze gegevens kan de nucleotidensamenstelling van het corresponderende DNA worden afgeleid.
Wat is de procentuele verdeling van de verschillende nucleotiden in dit stuk DNA?

A
20% A, 30% C, 30% G, 20% T
B
25% A, 45 % C, 15% G, 15% T
C
30% A, 20% c, 20% G, 30% T
D
45% A, 15% C, 25% G, 15% T

Slide 26 - Quizvraag


Transcriptie
Een DNA-fragment dat is geïsoleerd uit een Coli-bacterie heeft de volgende volgorde:

    5' – GTAGCCTACCCATAGG – 3' (coderende streng)

Vanaf de template- of matrijsstreng wordt mRNA gemaakt.
Welke basenvolgorde heeft dit mRNA?

A
3' --CAUCGGAUGGGUAUCC-- 5'
B
5' --GUAGCCUACCCAUAGG-- 3'
C
5' --GGAUACCCAUCCGAUG-- 3'
D
5' --CACAGAUACCCAGAUG-- 3'

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Link

Hoeveel procent heb je gescoord?

Slide 29 - Open vraag

Maak opdracht 17 t/m 20

Klaar? Neem de context 'Fruitvliegen als genetisch model' door
en maak opdracht 21.


timer
5:00

Slide 30 - Tekstslide

Hierna eventueel 2 uitlegvideo's van NGbiologie

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Toch liever de video's van Ruud Lekkerkerk?

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Slide 36 - Video

Slide 37 - Link

Hoeveel procent heb je gescoord?

Slide 38 - Open vraag