FAR 24 1

Farmaceutisch rekenen 20-9-24
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FarMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Farmaceutisch rekenen 20-9-24

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom FAR? 
Voor medicatieveiligheid

Medicatiefouten voorkomen 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning FAR 
week 2 Romeinse cijfer
week 3 Metrieke stelsel
week 4 Inhoudsmaten
week 5 Druppelgewicht
week 6 Dichtheid
week 7 Percentage
week 8 Concentratie
week 9 Herhalen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Romeinse cijfers 
1 = I
5 = V
10 = X
50 = L
100 = C
500 = D
1.000 = M
1 tm 10 in Romeinse cijfers 
1=I
2=II
3=III
4= IV
5=V
6=VI(5 + 1)
7=VII(5 + 2)
8=VIII(5 + 3)
9=IX(10 − 1)
10=X









Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels Romeinse cijfers
  • Hoogste cijfer vooraan, dus eerst de duizendtallen, dan de honderdtallen, dan de tientallen en ten slotte de eenheden.
  • Elk symbool niet vaker dan drie keer gebruikt. dus niet VIIII maar IX
  • De getallen V, L en D worden nooit vaker dan een keer gebruikt.
  • De I, X en C mogen  1x vóór een hogere waarde staan om aan te geven dat je die hogere waarde moet verlagen:
  •  De symbolen V, L en D worden niet gebruikt om afgetrokken te worden, dus niet VL maar XLV en niet VC maar XCV. 







Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een arts schrijft het volgende voor;
Ibuprofen DC mg da XXV
S IV dd I tabl
Hoeveel tabletten geef je mee van welke sterkte en wat is de dosering?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke eenheden zijn belangrijk in de apotheek?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Metrieke stelsel 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1200mg =? g

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

0,25 kg = ? g

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

12 mg = ? µg

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
Maak uit het boek "Farmaceutische rekenen" de vragen van hoofdstuk 4.2

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.2 Vraag 1 
a 2 g = µg
b 4 g = mg
c 4 mg = µg
d 500 mg = g
e 3,5 kg = g


f   5,5 kg = mg
g  375µg = mg
h  1 mg = µg
i   786 mg = g
j   30 mg = g
k  400 mg = g

Slide 16 - Tekstslide

a 2 g = 2000µg
b 4 g = 4000mg
c 4 mg = 4000µg
d 500 mg = 0,5g
e 3,5 kg = 3500g
f 5,5 kg = 5.500.000mg
g 375µg = 0,375mg
h 1 mg = 1000µg
i 786 mg = 0,786g
j 30 mg = 0,03g
k 400 mg = 0,4g

Extra vragen
a 2,05 g = mg
b 120 mg = g
c 16 mg = µg
d 25.500 µg = mg
e 8400 µg = mg


f 0,45 mg = µg
g 251mg = g
h 6,98 g = mg
i 0,316 kg = g
j 9000 mg = g

Slide 17 - Tekstslide

a 2,05 g = 2050mg
b 120 mg = 0,12g
c 16 mg = 16.000µg
d 25.500 µg = 25,5mg
e 8400 µg = 8,4mg
f 0,45 mg =450 µg
g 251mg = 0,251g
h 6,98 g = 6980mg
i 0,316 kg = 316g
j 9000 mg = g
Vragen? 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies