Fase 3 – ernstige dementie (de verborgen ik)
Wanneer het dementieproces vordert, worden cliënten vaak passiever en meer in zichzelf gekeerd. Daarom wordt deze fase van ernstige dementie ook wel de ‘verborgen ik-fase’ genoemd.
Cliënten hebben vaak niet meer het vermogen om zelf initiatieven te nemen, zitten in een aangepaste rolstoel of lopen doelloos rond. Het wordt steeds moeilijker om contact te maken, ook omdat ze taal steeds slechter begrijpen en cliënten slechter of helemaal niet meer praten.