AFP 2 Thema 4 (Hormoonstelsel 1)

AFP 1 - Les 1
Anatomie, Fysiologie, Pathologie 2 - 
Thema 4
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

AFP 1 - Les 1
Anatomie, Fysiologie, Pathologie 2 - 
Thema 4

Slide 1 - Tekstslide

Weekplanning
  • Herhaling AFP 1: De koolhydraatvertering, vetvertering en eiwitvertering
  • Thema 1: Bloedsomloop
  • Thema 2: Hart
  • Thema 3: Hart- en vaatziekten
  • Thema 4: Hormoonstelsel
  • Thema 5: Hormoonproductie en rollen
  • Herhalingsles

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen - T4 Hormoonstelsel
Hormoonstelsel
Jij:
  •  Kunt de belangrijkste klieren van het hormoonstelsel (zoals hypofyse, schildklier, bijnieren, pancreas) identificeren
  • Kunt de functie van de belangrijkste klieren van het hormoonstelsel (zoals hypofyse, schildklier, bijnieren, pancreas) beschrijven.



Slide 3 - Tekstslide

 Exocrien v.s. Endocrien
Endocrien
Geen afvoerbuis, maar geeft af aan bloed
Spijsverteringsklieren, traanklier, zweetklier
Exocrien
Met een afvoerbuis, 
geven af aan holtes
Hormoonstelsel

Slide 4 - Tekstslide

Hormoonstelsel (endocriene systeem)
Organen  >  klieren   >   bloed  >   juiste plaats
Hormoonproductie         Hormoonuitscheiding    Hormoonvervoer       Hormonen doen hun werk
Hormoon =
Boodschappercel

Slide 5 - Tekstslide

Hormoonstelsel (endocriene systeem)
Functie: 
Het hormoonstelsel regelt allerlei lichaamsfuncties.
  • Temperatuur, bewustzijn, ademhaling, bloeddruk, hartslag, spijsvertering, slapen en voortplanting.
  • Reacties op lichamelijke en psychische stress.
  • De huishouding van water, suikers en zouten als natrium, kalium en calcium.
  • De groei en de ontwikkeling van allerlei organen en de seksuele ontwikkeling.

Slide 6 - Tekstslide

Endocriene organen
Hypofyse
Schildklieren
Bijnieren
Alvleesklier

Slide 7 - Tekstslide

Hypofyse functie
Hypofyse
1 cm doorsnede
"De aansturende computer"
  • De hypofyse stuurt de werking van een aantal hormoonproducerende klieren aan, zoals de bijnieren en de schildklier, bij vrouwen de eierstokken en bij mannen de zaadballen.

  • De hypofyse vormt zo de schakel tussen het centrale zenuwstelsel en het hormoonstelsel.

  • Er liggen hele kleine ‘eilandjes’ van hormoonproducerende cellen op, die elk een ander hormoon produceren of aansturen.

Slide 8 - Tekstslide

Hypofyse hormonen (7)
Hypofyse
1 cm doorsnede
"De aansturende computer"
Hormoon: ACTH (bijnierschorsstimulerend)
Functie: Stimuleert de schors van de bijnieren tot hormonen aanmaken

Hormoon: LH en FSH (Geslachtsklierstimulerend)
Functie: Stimuleert de geslachtsklieren tot hormonen aanmaken

Hormoon: Groeihormoon
Functie: Functioneert zelfstandig, stimuleert groei (kind en nieuwe aanmaak)

Hormoon: TSH Schilklierstimulerend hormoon
Functie: Stimuleert de schildklier tot hormonen aanmaken

Hormoon: Prolactine
Functie: Bij mannen en niet lacterende vrouwen geen functie, bij vrouwen met baby stimuleert het melkproductie

Slide 9 - Tekstslide

Hypofyse hormonen (7)
Hypofyse
1 cm doorsnede
"De aansturende computer"
Hormoon: ADH Antidiuretisch hormoon 
Functie: Stuurt naar nieren, daar heeft het de functie voor regulatie urine. Werkt samen met bijnieren de bloeddruk.

Hormoon: Oxytocine
Functie: Stimuleert bevalling (samentrekken, weeën) en borstklieren. Hechtingshormoon moeder-kind, maar kan ook in andere relaties worden aangemaakt. 




Slide 10 - Tekstslide

Schildklier functie
Schildklier
  • De schildklier produceert de hormonen T3 en T4. Deze schildklierhormonen regelen de stofwisseling in het lichaam. 

  •  In feite regelen de schildklierhormonen de snelheid van de stofwisseling. Hoe meer schildklierhormoon, hoe sneller de stofwisseling.

  • De schildklier wordt voor een belangrijk deel aangestuurd door de hypofyse
Direct boven het kuiltje in de hals

Slide 11 - Tekstslide

Schildklier hormonen (3)
Schildklier
Direct boven het kuiltje in de hals
Hormoon: T3 (Tri-joodthyronine)
Functie: Sterk effect op stofwisseling, groei en reguleert metabolisme (energie inzet en verbruik)

Hormoon: T4 (Thyriocine)
Functie: Het grootste deel van T4 bind zich aan eiwitten en een deel zweeft vrij rond. Bij te veel T4 kan dit worden omgezet worden naar T3. 

Hormoon: Calcitonine
Functie: Activeert vit. D, reguleert calcium (botopbouw/afbraak)


Slide 12 - Tekstslide

Bijnieren functie
Bijnieren
Liggen op de nieren
  • De bijnieren produceren diverse hormonen die nodig zijn om essentiële functies van het lichaam in stand te houden.

  • Denk hierbij aan de afbraak van voedingsstoffen, de reactie op stress en het evenwicht tussen water- en zout in het lichaam. 

  • De bijnieren worden aangestuurd door hormonen van de hypofyse.

Slide 13 - Tekstslide

Bijnieren hormonen (5)
Bijnieren
Liggen op de nieren
Hormoon: Adrenaline 
Functie: Helpt het lichaam reageren op stress, verhoogt de hartslag, bloeddruk en alertheid. (Hij weet doordat de hersenen signaleren, doorgeven aan hypofyse en deze het doorgeven aan de bijnieren)

Hormoon: Nor-adrenaline 
Functie: Helpt ook bij stressregulatie, laat de bloeddruk stijgen, waardoor er meer en sneller bloed en zuurstof op de juiste plek komt. 

Hormoon: Cortisol
Functie:  Stimulerende werking op ontsteking en rol bij immuunregulatie. 


Slide 14 - Tekstslide

Bijnieren hormonen (5)
Bijnieren
Liggen op de nieren
Hormoon: Testosteron/oestrogeen
Functie: Rol bij ontstaan en sturen seksuele ontwikkeling, invloed op energieniveau, menstruatiecyclus

Hormoon: Aldosteron 
Functie: Reguleert natrium/kalium, invloed op bloeddruk





Slide 15 - Tekstslide

Alvleesklier (eilandjes van de langerhans) functie
Alvleesklier eilandjes van de langerhans
(pancreas)
Zitten in de pancreas
  • De alvleesklier maakt onder andere het hormoon insuline aan, dat een rol speelt bij het op peil houden van de bloedsuikerspiegel. Dit wordt de hormonale oftewel endocriene functie van de alvleesklier genoemd. 

  • De alvleesklier reageert op de hoeveelheid suiker in het bloed. Is het suikergehalte verhoogd (bijvoorbeeld na een maaltijd), dan wordt er meer insuline aangemaakt en minder glucagon. 

  • Bij een te laag suikergehalte gaat de alvleesklier minder insuline produceren en meer glucagon.

Slide 16 - Tekstslide

Alvleesklier (eilandjes van de langerhans) hormonen (2)
Hormoon:
Functie: 
Alvleesklier eilandjes langerhans
(pancreas)
Zitten in de pancreas
Hormoon: Glucagon
Functie: Opgeslagen suiker in lever en spieren komt vrij wanneer bloedsuikerspiegel te laag is. 

Hormoon: insuline
Functie: Wanneer de bloedsuikerspiegel te hoog is stimuleert insuline om het af te voeren naar leven en spieren. 


Slide 17 - Tekstslide

Opdracht thema 4 hormoonstelsel
Maak voor jezelf een samenvatting voor thema 4 hormoonstelsel

Kies je eigen manier:

Slide 18 - Tekstslide