sch - ch - cht

woorden met sch?
1 / 11
volgende
Slide 1: Woordweb
NT2Hoger onderwijs

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

woorden met sch?

Slide 1 - Woordweb


A
schoen
B
schaar
C
scheur
D
scheer

Slide 2 - Quizvraag


A
necht
B
nicht
C
nacht
D
nucht

Slide 3 - Quizvraag


A
vacht
B
lecht
C
noch
D
lacht

Slide 4 - Quizvraag

schrijf het woord

Slide 5 - Open vraag

schrijf het woord

Slide 6 - Open vraag

Welk woord past in de zin?
"Wat is er ............ ?"
A
toch
B
graag
C
niet
D
nacht

Slide 7 - Quizvraag


A
snoep
B
Chocolade
C
Sjocolade
D
schocolade

Slide 8 - Quizvraag


A
chauf
B
Chauffoer
C
cheuffeur
D
chauffeur

Slide 9 - Quizvraag


A
schoffeur
B
shauffoer
C
cheuffeur
D
chauffeur

Slide 10 - Quizvraag


A

Slide 11 - Quizvraag