Aggregatietoestanden en faseovergangen

• Biologie
• Secundair onderwijs

Aggregatietoestanden en faseovergangen

Water komt in verschillende vormen voor op aarde, welke 3 aggregatietoestanden ken je?

IJsblokje 

= deeltjes trillen ter plaatse

Glas water

= deeltjes rollen over elkaar

Waterdamp

= deeltjes vliegen door elkaar +  voortdurend in beweging

- Zijn alle aggregatietoestanden samendrukbaar?

- Zijn alle aggregatietoestanden vervormbaar? 

Wat gebeurt er in dit deeltjesmodel?

1. De aggregatietoestand van de stof blijft hetzelfde.
2. De aggregatietoestand van de stof verandert.
3. Er wordt er nieuwe stof gevormd.

Fase overgangen

= fysisch verschijnsel

--> Door warmte toe te voegen of te verminderen. 

De moleculen veranderen NIET, maar de afstand tussen de deeltjes wel. 

Welke faseovergang zie je hier?
(vast -> vloeibaar)

1. stollen
2. sublimeren
3. condenseren
4. smelten

Welke faseovergang zie je hier?
(vloeibaar -> vast)

1. Stollen
2. Smelten
3. sublimeren
4. Condenceren

Welke faseovergang zie je hier?
(vloeibaar -> gas)

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke faseovergang zie je hier?
(gas -> vloeibaar)

1. Stollen
2. Smelten
3. Condenseren
4. Sublimeren

Sublimeren 

Vaste fase  ->  gasvormige fase

(slaat aggregatietoestand vloeibaar over) 

bv: geurblokje of droogijs

= vaste deeltjes gaan meteen over naar gasvormige deeltjes. 

Desublimeren 

Gasvormige fase  ->  vast fase

(slaat aggregatietoestand vloeibaar over) 

vb: wit gras in de winter, ook al heeft het niet gesneeuwd. (rijp)

= waterdamp uit de lucht slaat neer op koud oppervlak

Welke faseovergang zie je hier?

1. sublimeren
2. smelten
3. desublimeren
4. condenseren

Welke faseovergang zie je hier?

1. sublimeren
2. smelten
3. desublimeren
4. condenseren

Chemische reacties

= stofomzetting (tegenovergestelde van faseovergangen)

--> Hierbij worden WEL nieuwe stoffen gevormd!

--> waarneembare veranderingen