Paragraaf 4.4 De macht van de vorsten

Hoofdstuk 4: Steden en Staten 

Paragraaf 4.4
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4: Steden en Staten 

Paragraaf 4.4

Slide 1 - Tekstslide

Geschiedenis
Leerdoelen
4.4 De Macht van Vorsten
In deze paragraaf leer je;
  • hoe Engelse, Franse en Bourgondische vorsten (koningen) machtiger werden.
  • hoe vorsten samenwerkten met de drie standen.
  • hoe Duitse koningen minder machtig bleven.

Slide 2 - Tekstslide

Geschiedenis
Herhaling 4.2
Stadsrechten
  • Door vrijheden te kopen kregen marktplaatsen/dorpen stadsrechten
  • Deze kregen ze van vorsten of hoge edelen
  • Met deze rechten werd een dorp een stad

Steden mochten vanaf dat moment:
  • Hun eigen stadsbestuur vormen
  • Zelf zorgen voor hun rechtspraak
  • Een stadsmuur bouwen
  • Eigen belasting heffen (laten betalen) - Tol




Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Met welk stadsrecht heeft deze foto te maken?

Slide 5 - Open vraag

Geschiedenis
Uitleg 4.4
Drie Vorsten
Vorst of Vorsten is een ander woord voor;

Koning of Koningen 

Frankrijk: Koning Lodewijk IX


Slide 6 - Tekstslide

Geschiedenis
Uitleg 4.4
Drie Vorsten
De koningen werden steeds machtiger en rijker. Dit had te maken met de opkomst van steden;

  • Verkochten stadsrechten
  • Verdienden veel geld aan belastingen


Koninklijk paleis in Parijs (geschilderd rond 1412)

Slide 7 - Tekstslide

Wat wilden de steden terug voor de hulp aan de koning?
A
Geld
B
Stadsrechten
C
Grond
D
Voedsel

Slide 8 - Quizvraag

Geschiedenis
Uitleg 4.4
Drie Vorsten
Dit geld gaf de Franse vorst uit aan;
  • Ambtenaren =
Mensen in dienst van de koning die helpen bij het besturen

  • Een eigen leger=
  • Vanaf 1337 verovert Engeland grote delen van Frankrijk ->


Slag bij Maupertuis, 1356 (geschilderd omstreeks 1475)

Slide 9 - Tekstslide

Geschiedenis
Uitleg 4.4
Drie Vorsten
Vanaf 1453 is Engeland verdreven uit heel Frankrijk. 

  • Zowel de Franse als de Engelse koningen gingen hun land meer als één staat besturen 
  • Staatsvorming


Slag bij Maupertuis, 1356 (geschilderd omstreeks 1475)

Slide 10 - Tekstslide

Geschiedenis
Uitleg 4.4
Staatsvorming
  • De koningen maakten wetten voor het hele land
  • Deze landelijke wetten werden belangrijker dan lokale wetten

Bijvoorbeeld: De wetten die gelden voor Frankrijk zijn belangrijker dan de weten in Parijs


Slide 11 - Tekstslide

Geschiedenis
Uitleg 4.4
Staatsvorming
  • De koningen maakten van hun land één staat met één bestuur

  • Dit noemen we staatsvorming


Slide 12 - Tekstslide

Filmpje
Centraal geregeld

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Geschiedenis
Uitleg 4.4
Centralisatie 
Net als bij 112 wilden koningen alles centraal gaan regelen;
  • Met geld van steden kon hij soldaten en ambtenaren regelen
  • Met hen bestuurde hij het land vanuit de hoofdstad
  • Dit besturen vanuit één centrale plek is centralisatie

Slide 15 - Tekstslide

Centralisatie

Slide 16 - Tekstslide

Wat bedoelen we met staatsvorming?
A
als een land wordt bestuurd door een vorst
B
als een land steeds meer vanuit één plek wordt bestuurd
C
als een land steeds meer als eenheid wordt bestuurd
D
als een land een naam krijgt, zoals Nederland

Slide 17 - Quizvraag

Geschiedenis
Aan de slag
Paragraaf 4.4 maken in je  werkboek




Slide 18 - Tekstslide