Zakelijke E-mail

Laatste periode Nederlands
4 Kader 8 lessen tot de toetsweek
4 Basis 8/9 lessen tot de toetsweek

Wat gaan we doen?
Herhalen leerstof voor het examen
Heel veel oefenen door het maken van opdrachten/oude examens

Toets in toetsweek 3: een oud examen


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Laatste periode Nederlands
4 Kader 8 lessen tot de toetsweek
4 Basis 8/9 lessen tot de toetsweek

Wat gaan we doen?
Herhalen leerstof voor het examen
Heel veel oefenen door het maken van opdrachten/oude examens

Toets in toetsweek 3: een oud examen


Slide 1 - Tekstslide

Uit welke twee onderdelen bestaat het examen Nederlands?

Slide 2 - Open vraag

Hoeveel schrijfopdrachten moet je kennen voor het examen?

Slide 3 - Open vraag

Welke schrijfopdrachten kunnen op het examen komen?
A
brief e-mail en artikel
B
Zakelijke email en zakelijke brief en artikel
C
Recept, nieuwsbericht of mail
D
Persoonlijke brief, persoonlijke mail en artikel

Slide 4 - Quizvraag

Over welke schrijfopdracht heb je nog GEEN uitleg gehad?

Slide 5 - Open vraag

Opbouw zakelijke brief
  • je eigen adres links bovenaan
  • het adres van de geadresseerde (ontvanger)
  • de plaats + datum (Heerenveen, 22 maart 2021)
  • het onderwerp van de brief
  • de aanhef (Geachte heer/mevrouw...)
  • daarna de inhoud (inleiding, middenstuk, slot)
  • slotgroet (Met vriendelijke groet,)
  • voor- en achternaam
    al deze onderdelen zijn losse alinea's!

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Nederlands
Het schrijven van een zakelijke e-mail

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De opmaak
  • Vul de onderwerpsregel in  (kort en bondig)

  • Aanhef
  • Inleidende zin
  • Alinea 1
  • Alinea 2
  • Afsluitende zin
  • Slotformule
  • Naam

Slide 11 - Tekstslide

Regels voor het schrijven van een zakelijke email

Slide 12 - Tekstslide


Een zakelijke email 

Slide 13 - Tekstslide

Welke taal gebruik je in een zakelijke e-mail altijd? Meer antwoorden mogelijk.
A
Informeel
B
Formeel
C
Hallo
D
Beste of Geachte

Slide 14 - Quizvraag

Met welk woord begint de aanhef van een zakelijke e-mail altijd?
A
Beste
B
Geachte
C
Hallo
D
Beste of Geachte

Slide 15 - Quizvraag

Je schrijft de zakelijke e-mail aan Lars Wouters. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte meneer Wouters,
B
Geachte Lars Wouters,
C
Geachte heer,
D
Geachte heer Wouters,

Slide 16 - Quizvraag

Je schrijft de zakelijke e-mail aan de klantenservice van de Hema. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte klantenservice,
B
Geachte Hema,
C
Geachte heer/mevrouw,
D
Geachte medewerker,

Slide 17 - Quizvraag

Hoofdletters en andere leestekens
  • Je voor- en achternaam beginnen met hoofdletters
  • Namen van steden, landen, merken: met hoofdletters
  • na de aanhef een komma
  • Na de afsluiting een komma



Slide 18 - Tekstslide

Gebruik leestekens!
  • Als je een lange zin schrijft, gebruik dan leestekens (komma etc)
  • Als je een vraag stelt, zet er het leesteken ? achter.
  • Vergeet de punten niet, aan het einde van een zin.



Slide 19 - Tekstslide

Schrijfwijze van namen in de aanhef


Geachte mevrouw Sluis,
Geachte mevrouw Sluis - van Wiel,
Geachte mevrouw De Waag - Dekkers,
Geachte mevrouw Van Geest - van der Togt,
Geachte heer Wagemakers,
Geachte heer Van 't Lam,

Slide 20 - Tekstslide

De inleidende zin
  • In de inleidende zin vertel je altijd waarom je de e-mail schrijft.
  • Als in de opdracht staat dat je jezelf moet voorstellen, dan doe je dat ook in de inleidende zin.

Slide 21 - Tekstslide

Het middenstuk
  • Je zakelijke e-mail bestaat altijd uit minimaal twee alinea's in het middenstuk 
  • In deze alinea's beschrijf je de meeste verplichte punten uit de opdracht 
  • Maak gebruik van de situatiebeschrijving om de verplichte punten te verwerken 
  • Staat de info niet in de situatieomschrijving? Bedenk het dan zelf! 
  • Beschrijf deze punten kort en bondig 
  • Gebruik makkelijke taal! Zo voorkom je spelfouten. Moet wel formeel blijven.

Slide 22 - Tekstslide

Afsluitende zin
In de afsluitende zin sluit je de e-mail netjes af. Je kan hier vaak het laatste verplichte punt voor gebruiken.
  • Ik hoop spoedig van u te horen.
  • Ik ontvang graag snel een reactie.
  • Ik vraag u om binnen twee weken te reageren.

Slide 23 - Tekstslide

Slotformule en naam
Gebruik een van de twee slotformules:
  • Met vriendelijke groet,
  • Hoogachtend,
Soms staat in de opdracht welke slotformule je kan gebruiken.

Sluit af met je voornaam en achternaam.

Slide 24 - Tekstslide

Conventies (regels) zakelijke e-mail

  • Aan:
  • Onderwerp:
  • Aanhef                  (Geachte heer/mevrouw,)
  • Inleiding               (Mijn naam is.............)
  • Kern                        (Vertel waar je e-mail over gaat)
  • Slot                          (Vertel wat je graag zou willen) 
  • Slotformule         (Met vriendelijke groet, )
  • Jouw naam   
  • In totaal minimaal 100 woorden, tel dus de woorden. (tip. zet voor elke zin het aantal woorden)

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht

Slide 26 - Tekstslide

Oefen regelmatig
Oefenen voor het examen via deze link:

https://quizlet.com/nl/772989043/belangrijke-examenwoorden-vmbo-tl-flash-cards/?x=1jqt

Slide 27 - Tekstslide