VGZ les 2

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 3,4

VGZ les 2 

N4 LJ3

Moeilijk verstaanbaar gedrag

Escalatieladder en ABC piramide

Inhoud

• Moeilijk verstaanbaar gedrag
• Escalatie ladder en ABC piramide
• MVB en gedrag
• EMB en gedrag
• Autisme en gedrag

Moeilijk verstaanbaar gedrag?!

Moeilijk verstaanbaar gedrag

Probleemgedrag:
Ook wel onbegrepen of moeilijk verstaanbaar gedrag genoemd, komt regelmatig voor bij mensen met een verstandelijke beperking. 

Er zijn geen harde criteria om gedrag als problematisch te definiëren, maar denk bijvoorbeeld aan:
agressief, automutilatie, teruggetrokken of angstig gedrag.

ABC piramide

A: Antecedent/voorafgaande: Wat ging er vooraf aan het gedrag?

B: Behavior: wat is het waarneembare gedrag?

C: Consequentie: Wat is de reactie op het gedrag en welk effect heet dat op toekomstig gedrag? 

Informatie verzamelen

Elke instelling heeft weer zijn eigen manier van signaleren, abc, stoplicht, signaleringsplan.

Het belangrijkste is dat in kaart word gebracht waar het gedrag vandaan komt en dat gedrag gezien word als communicatie en dat je als begeleider moet gaan begrijpen om het gedrag te kunnen sturen of zelf kunnen wegnemen

ABC model (Albert Ellis)

Bij wie (Sera, Jordy, Gino) denk je dat de kans op moeilijk verstaanbaar gedrag het grootst is en waarom?

01:38

Hoe zou moeilijk verstaanbaar gedrag bij Sera kunnen ontstaan?

04:39

Wat kunnen wij doen om probleem gedrag bij Jordy te voorkomen?

06:53

Welke vaardigheden heb je nodig als je met MVB cliënten werkt?

De cliënten die je net zag, in welke kleur zitten zij veel sneller in vergelijking met Sera, Gino en Jordy? En waarom?

Wat kan in de (nabije) toekomst een oplossing bieden?

Inzichten die bij EMB helpen

Autisme 

Veel cliënten met EMB hebben vaak ook een vorm van autisme.

Dit maakt begeleiden en anticiperen op mogelijk probleemgedrag nog lastiger.

In de volgende les (co morbiditeit) gaan we daar dieper op in.

Opdracht

• Maak de opdracht in Word, maak er een verslagje van, door alle antwoorden te beantwoordden en toe te lichten;
• Lever de opdracht deze les in;
• Als de opdracht ingeleverd is, ga je stil werken aan een opdracht voor jezelf, of leren voor de toets AFP. 

Opdracht

• Bedenk een situatie die je hebt meegemaakt op stage of in je dagelijkse leven;
• Pak hierbij de escalatie ladder en de ABC piramide;
• Geef aan waar de cliënt zat op de escalatie ladder en waarom;
• Geef aan wat voor gedragsfase die cliënt/persoon zat en wat voor interventies je hierbij hebt toegepast;
• Doe dit in tweetallen, dit presenteren jullie deze les (als er tijd is) en anders volgende les aan de klas.