In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Begrijpend lezen oefenen H1E
Slide 1 - Tekstslide
Hoe kun je een alinea herkennen? Noem twee manieren
Slide 2 - Woordweb
Een tekst heeft als onderwerp ‘het coronavirus’. Bedenk twee deelonderwerpen die in deze tekst kunnen voorkomen.
Slide 3 - Woordweb
Welke tekstsoort hoort bij het doel overtuigen?
Slide 4 - Open vraag
Welke tekstsoort hoort bij het doel informeren?
Slide 5 - Open vraag
Op welke drie manieren kan een schrijver zijn tekst afsluiten? Noem ze alle drie.
A
anekdote, samenvatting, advies
B
samenvatting, nieuw deelonderwerp, conclusie
C
aanleiding, advies, anekdote
D
advies, samenvatting, conclusie
Slide 6 - Quizvraag
Welk tekstdoel hoort bij de tekstsoort ‘reclametekst?
A
informeren
B
activeren
C
opiniëren
D
folder
Slide 7 - Quizvraag
Waarnaar kan een verwijswoord verwijzen?
A
een woord
B
Een woord of woordgroepje
C
Een woord, woordgroepje of een (deel van een) zin
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Lees het deel 'Het maakt … dat gebeurde.' nog een keer. De belangrijkste informatie van dit deel kun je in een paar woorden noteren.
Welke woorden geven de belangrijkste informatie weer?
A
accentloos vreemde taal spreken
B
altijd accentloos spreken
C
eerst apps leren ontwikkelen
D
idee voor ontwikkelen WolKi
Slide 10 - Quizvraag
Uit hoeveel alinea’s bestaat deze tekst?
A
8
B
7
C
4
D
5
Slide 11 - Quizvraag
Waar verwijst ‘ze’ in alinea 2 naar? ‘Baby’s die WolKi nu gebruiken, leren als ze groot zijn zonder accent een vreemde taal spreken.’
Slide 12 - Open vraag
Hoeveel punten zou je de toetsvragen geven op de volgende slides?
Slide 13 - Tekstslide
Vraag: Wat is het onderwerp van de tekst? Antwoord: De WolKi app is bedoeld voor baby’s van min drie maanden tot twee jaar. Uitleg: Een leerling kan nu het onderwerp van tekst 1 goed opschrijven.
A
0 punten
B
2 punten
C
1 punt
D
3 punten
Slide 14 - Quizvraag
Vraag: Welk doel heeft het stukje boven tekst 2 ' Stap(el) voor stap(el)' Antwoord: de lezer nieuwsgierig maken en het onderwerp noemen. Uitleg: De leerling kan op een aantrekkelijke manier de tekst kort samenvatten.