Break-Even

Break-Even
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Break-Even

Slide 1 - Tekstslide

Hoe bereken je de totale opbrengst?
A
omzet x afzet
B
inkoopprijs x afzet
C
verkoopprijs x afzet
D
omzet x verkoopprijs

Slide 2 - Quizvraag

Ellen heeft een winkel waar ze dekbedden verkopen. De verkoopprijs van 1 dekbed is €100,-.De inkoopkosten per dekbed zijn €50,-
In 2024 worden er 600 dekbedden verkocht.
Bereken de omzet.
A
60.000
B
30.000
C
90.000
D
0

Slide 3 - Quizvraag

Ellen heeft een winkel waar ze dekbedden verkopen. De verkoopprijs van 1 dekbed is €100,-.De inkoopkosten per dekbed zijn €50,-De huurkosten per kwartaal zijn €2.500.-
De loonkosten per maand zijn €2000,-
In 2024 worden er 600 dekbedden verkocht.
Bereken de totale kosten voor 2024.

A
30.000
B
64.000
C
34.500
D
84.000

Slide 4 - Quizvraag

Ellen heeft een winkel waar ze dekbedden verkopen. De verkoopprijs van 1 dekbed is €100,-.De inkoopkosten per dekbed zijn €50,-De huurkosten per kwartaal zijn €2.500.-
De loonkosten per maand zijn €2000,-
In 2024 worden er 600 dekbedden verkocht.
Bereken de totale winst.

A
4.000
B
25.500
C
-4.000
D
30.000

Slide 5 - Quizvraag

Ellen heeft een winkel waar ze dekbedden verkopen. De verkoopprijs van 1 dekbed is €100,-.De inkoopkosten per dekbed zijn €50,-De huurkosten per kwartaal zijn €2.500.-
De loonkosten per maand zijn €2000,-
Hoeveel dekbedden moet Ellen in 2024 verkopen om quitte te spelen? (zonder winst of verlies)
A
90
B
360
C
680
D
1080

Slide 6 - Quizvraag

Een ondernemer maakt onderscheid tussen variabele en constante kosten. Variabele kosten zijn ......... van de afzet.
A
Afhankelijk
B
Onafhankelijk

Slide 7 - Quizvraag

Constante kosten zijn onafhankelijk van de afzet. Als de afzet verandert (binnen capaciteitsgrenzen), veranderen de totale constante kosten .........
A
ook
B
niet

Slide 8 - Quizvraag

Constante kosten worden ook wel ......... kosten genoemd.
A
vaste
B
flexibele
C
verzend
D
huur

Slide 9 - Quizvraag

De afzet is het aantal goederen of diensten dat geproduceerd of verkocht wordt. De afzet wordt vaak afgekort met de q van quality.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide