HV3 GS 6.2 Eenheid en verdeeldheid in Europa

HV3 GS  6.2 Eenheid en verdeeldheid in Europa
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

HV3 GS  6.2 Eenheid en verdeeldheid in Europa

Slide 1 - Tekstslide

In deze (zelfstandige) les leer je:
- hoe in Europa nieuwe staten ontstonden

- hoe de Europese Unie zich ontwikkelde
- hoe de Europese Unie werkt
- hoe de internationale machtsverhoudingen in Europa veranderden na 1990

Bekijk nu eerst de uitlegvideo (volgende dia)


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Lesopdracht:
Lees nu stil en zelfstandig  paragraaf 6.2  en.. 
arceer belangrijke delen/begrippen  uit de tekst.
timer
6:00

Slide 4 - Tekstslide

Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde
Oprichting Warschaupact
Duitsland wordt in 2 delen gesplitst
De NAVO wordt opgericht
Er ontstaat ruzie tussen VS en SU, begin van de Koude Oorlog

Slide 5 - Sleepvraag

Welke gebeurtenis wordt meestal gezien als het einde van de Koude Oorlog?
A
De val van de Berlijnse Muur (november 1989)
B
De invoering van de euro (januari 2002)
C
Het einde van de Sovjet-Unie (december 1991)
D
De aanval op de Verenigde Staten (september 2001)

Slide 6 - Quizvraag

Einde Sovjet-Unie
  • Protesten tegen het communisme en de slechte economie dankzij de glasnost en perstroijka van Gorbatsjov
  • Volken die bij de Sovjet-Unie hoorden wilden onafhankelijkheid.
  • Nationalisme zorgt voor het uiteenvallen van de Sovjet-Unie
  • De val van SU betekende het einde van de Koude Oorlog. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Joegoslavische burgeroorlogen
1991-1999






  • Voorbeeld van het terugkerende nationalisme
  • In Joegoslavië, dat na de Eerste Wereldoorlog was ontstaan, leven veel verschillende volken
  • Na de val van de Sovjet-Unie willen zij (Slovenië, Kroatië en Bosnië-Herzegovina) onafhankelijk worden van Joegoslavië.
  • De Servische minderheid wil dit niet: zij wil juist een Groot Servië.

Slide 10 - Tekstslide







  • De Servische leider Milošević begint oorlogen in Slovenië en Kroatië, maar die verliezen de Serviërs al snel (1991). In Bosnië-Herzegovina duurt de oorlog echter drie jaar (1992-1995) 
  • Pas als de NAVO ingrijpt, komt er een akkoord en wordt Bosnië-Herzegovina een onafhankelijk land.


Slide 11 - Tekstslide








  • Nederlandse VN-soldaten, Dutchbat, krijgen als taak de stad Srebrenica te beschermen tegen de Servische troepen o.l.v. generaal Mladić
  • In deze stad zitten duizenden Bosnische moslims die zijn gevlucht.
  • Ze hopen dat ze veilig zijn in de stad...
Dutchbat is een afkorting van Dutch Batallion (Nederlands bataljon), het Nederlandse onderdeel van de VN-vredesmacht. Het laatste bataljon, Dutchbat III, was aanwezig bij de val van Srebrenica.

Slide 12 - Tekstslide






  • ...maar op 11 juli 1995 valt het Servische leger Srebrenica aan. 
  • Dutchbat krijgt geen toestemming van de VN om de Serviërs tegen te houden. 
  • Ook als de Servische soldaten de 8000 Bosnische mannen en jongens van hun families scheiden en meenemen, staan de Nederlandse blauwhelmen machteloos

Slide 13 - Tekstslide








  • Later blijkt dat de Serviërs bijna al deze mannen hebben vermoord

  • ‘Srebrenica’ is de grootste massamoord (genocide) in Europa sinds de Holocaust tijdens Tweede Wereldoorlog. 

Slide 14 - Tekstslide

De ontwikkeling van de EU
Na de val van de Berlijnse Muur kwam er meer Europese integratie (samenwerking) door:

  1. invoering van de Euro  
  2. Verdrag van Schengen.
  3. Meer landen werden lid.
  4. Voormalig Oostblok landen werden lid. 

Kroatië als laatste erbij (2013)

Verenigd Koninkrijk weg (Brexit) 2020

Slide 15 - Tekstslide

Wie is de baas?
  • Europese Raad: de regeringsleiders van alle lidstaten bepalen het beleid in grote lijnen.
  • Europese Commissie: de 'regering' van de EU. 
  • Europees Parlement: gekozen door Europese burgers. Het parlement controleert , maakt en  keurt wetten goed of af.
  • Raad van de Europese Unie: groep ministers uit alle EU-landen die stemt over alle wetsvoorstellen.

Slide 16 - Tekstslide

Poetin
  • In 1999 werd Vladimir Poetin president. Hij vond de neergang onverdraaglijk en wilde van Rusland weer een sterk land maken, dat internationaal meetelde. 
  • Om de economie op gang te helpen, voerde hij ingrijpende hervormingen door. Gas en olie bedrijven werden van de staat (Gazprom bijvoorbeeld). Met de opbrengsten versterkte hij het leger.

Slide 17 - Tekstslide

Tsjetsjenië
  •  In 1991 wil de voormalige Sovjet-Republiek Tsjetsjenië onafhankelijk verder tegen de zin van Rusland in.

  • Rusland weet met veel geweld, onder leiding van nieuwe leider Poetin, Tsjetsjenië bij Rusland te voegen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Een autoritair bewind

  • In het Rusland van Poetin is weinig ruimte voor kritiek. Critici van het bewind, zoals Navalny, werden/worden vaak gearresteerd en opgesloten.
  • Poetin kiest voor een autoritaire stijl van regeren: het gezag ligt bij hem en zijn vertrouwelingen. 
  • Er worden regelmatig verkiezingen gehouden, maar tegenstanders van het bewind mogen niet meedoen.
  • De staat houdt toezicht op de media en dwingt ze om Poetin te steunen.

Slide 20 - Tekstslide

Maidanopstand in Oekraïne (2014)


 Poetin wil niet dat het Westen invloed krijgt in de buurlanden van Rusland. Toen Oekraïne een verdrag wilde sluiten met de Europese Unie, was Poetin daar fel tegen. Hij zette de Oekraïense president onder druk om het verdrag niet te tekenen. Maar toen deze weigerde zijn handtekening te zetten, brak er in Kiev een bloedige opstand uit. De Oekraïense president werd afgezet en een prowesterse regering nam de macht over.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Annexatie van de Krim 



Poetin vond de machtswisseling in Oekraïne onaanvaardbaar. Hij wilde het land straffen en de wereld laten zien dat Rusland niet over zich heen liet lopen. Als doelwit koos hij de Krim: een schiereiland in de Zwarte Zee, dat Rusland in 1954 aan Oekraïne had gegeven. Begin 2014 namen Russische militairen er de macht over. Hier zie je hen bij een blokkade. Een jaar later werd de Krim bij Rusland ingelijfd.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

De ramp met vlucht MH-17

  • In 2014 brak er een opstand uit in Oost-Oekraïne. De opstandelingen werden geholpen door Russische militairen. 
  • Op 17 juli 2014 werd een overvliegend passagiersvliegtuig op weg naar Maleisië geraakt door een luchtdoelraket. Op de foto zie je een brokstuk van het toestel. 298 mensen verloren het leven, onder wie 196 Nederlanders. Volgens onderzoekers hadden Russische militairen in Oost-Oekraïne de raket afgevuurd, maar Poetin wees elke verantwoordelijkheid af.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Welke staten zijn na het einde van de Koude Oorlog uiteengevallen?
A
de Sovjet-Unie en Duitsland
B
Joegoslavië en de Sovjet-Unie
C
Frankrijk en Hongarije
D
Hongarije en Italië

Slide 27 - Quizvraag

Uit welke volkeren bestond een nieuwe 'veelvolkerenstaat' Joegoslavië?
A
Kroaten, Bosniërs, Serven
B
Bulgaren, Litouwers, Polen
C
Hongaren, Bulgaren en Tartaren
D
Kroaten, Serven en Albanezen

Slide 28 - Quizvraag

Wat heeft Nederland te maken met de oorlog in Joegoslavië?
A
Nederlands leger vocht daar
B
Nederlandse VN soldaten vochten daar
C
Nederlandse kolonies waren daar
D
Niets

Slide 29 - Quizvraag

Centrale vraag = 
waarom zorgt een gebeurtenis  voor eenheid of juist  verdeeldheid binnen Europa?
Onderzoek in tweetallen twee van de volgende zaken en geef antwoord op de centrale vraag
- het eind van de Sovjet-Unie en start nieuwe staten
- de uitbreiding van Poetin's macht
- de ramp met de MH17
- oorlog in Joegoslavië
- de annexatie van de Krim
-de oorlog in Oekraïne

Slide 30 - Tekstslide