Aan het einde van de les kun je de juiste lidwoorden gebruiken
Aan het einde van de les ken je de cijfers van 0-20 en heb je deze cijfers herhaald
Aan het einde van de les weet je waar tekst B over gaat, kun je een forum over vakantie begrijpen en ken je de woorden die te maken hebben met familie en vakantie.
Slide 3 - Tekstslide
Contrôler les devoirs (10,11,12)
Slide 4 - Tekstslide
Corriger les devoirs (10,11,12)
Exercice 10a
1 A
2 B
Exercice 10b
1 Raphaël, Lilou
2 Raphaël, Lilou, Tom
3 Raphaël, Tom
4 Raphaël, Tom
5 MCSA Lilou
6 Raphaël, Tom
Slide 5 - Tekstslide
Corriger les devoirs
Exercice 10d
Réponse type:
Sébastien kan het best naar Disneyland gaan, want één van de thema’s van het park is de toekomst en Sébastien is dol op science fiction. Daarnaast is zijn zusje dol op prinsessen en die vind je in Disneyland en niet in Parc Astérix. Bovendien kun je in Disneyland ook in een bungalow verblijven.
Slide 6 - Tekstslide
Corriger les devoirs
Exercice 11a
1 vakantie
2 er is/ er zijn
3 het zwembad
4 met
5 ik eet/ eet ik
6 de familie/ het gezin
Exercice 11b : klassikaal de antwoorden door de docent gegeven
Slide 7 - Tekstslide
Corriger les devoirs
Exercice 12a
1 ça va?/comment ça va?/ ça va/comment ça va
2 je suis
3 c’est
4 j’aime/j’adore
5 dans
6 aussi/également
Exercice 12b
1 Salut, ça va?
2 Ça va bien. Et toi?
3 C’est quoi?
4 C’est un village de vacances.
Slide 8 - Tekstslide
Bron D: Grammaire et écrire
Instructie bron D op het bord.
Daarna? Maken: 16a,d,e
17a,d,e
18
Slide 9 - Tekstslide
BINGO
Slide 10 - Tekstslide
Les objectifs
Aan het einde van de les kun je de juiste lidwoorden gebruiken
Aan het einde van de les ken je de cijfers van 0-20 en heb je deze cijfers herhaald
Aan het einde van de les weet je waar tekst B over gaat, kun je een forum over vakantie begrijpen en ken je de woorden die te maken hebben met familie en vakantie.