Spelling: Thema 4 week 3 week 11

Herhalen
  1. buiginkje
  2. klontje
  3. cactus
  4. grappig
  5. zigzag
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Herhalen
  1. buiginkje
  2. klontje
  3. cactus
  4. grappig
  5. zigzag

Slide 1 - Tekstslide

Spelling week 3 les 11
Ik kan verkleinwoorden met -etje spellen.

bijvoorbeeld:
bril > brilletje


Slide 2 - Tekstslide

Ken je verkleinwoorden die eindigen
op -etje?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Ik doe het voor
  • kar
  • karretje

Slide 5 - Tekstslide

Wat gebeurde er nog meer?

Slide 6 - Tekstslide

Ik doe het voor
  • kam
  • kammetje

Slide 7 - Tekstslide

Ik doe het voor
  • big
  • biggetje

Slide 8 - Tekstslide

Samenvatting
Hoor je /utje/ aan het eind van het verkleinwoord? Schrijf /etje/

Let op; het wordt nu een gesloten klankgroep, dus je schrijft 2 dezelfde medeklinkers.

Slide 9 - Tekstslide

We doen het samen
  • bal
  • balletje

Slide 10 - Tekstslide

We doen het samen
  • zon
  • zonnetje

Slide 11 - Tekstslide

We doen het samen
  • zon
  • zonnetje

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak dictee 11. Deze staat in spelling extra!
Maak flitsles 11. Deze staat in spelling extra!

Slide 13 - Tekstslide