Lucky Reading Game - B4- mobiles
Lucky Reading Game
In groepjes van max. 3 leerlingen een examentekst lezen.
(deze groepjes zijn al bepaald - door het lot!)
Zorg ervoor dat iedereen de tekst begrijpt.
1 leerling per groepje komt naar voren - beantwoorden vraag
Iedereen komt een keer aan de beurt!
Je trekt een kaart en dat bepaalt je aantal punten.
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4
In deze les zitten 30 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
Lucky Reading Game
In groepjes van max. 3 leerlingen een examentekst lezen.
(deze groepjes zijn al bepaald - door het lot!)
Zorg ervoor dat iedereen de tekst begrijpt.
1 leerling per groepje komt naar voren - beantwoorden vraag
Iedereen komt een keer aan de beurt!
Je trekt een kaart en dat bepaalt je aantal punten.
Slide 1 - Tekstslide
De groepjes
Willemijn
1
Suus
Joppe
Kenji
2
Amber
Sem
Sienna
3
Jannes
Naomi
Tieme
4
Eliza
Furkan
Indy
5
Hailey
Arvin
Rozalie
Slide 2 - Tekstslide
Examentekst:
Mobile phones are dirty (2019-1-3)
Mobile phones are dirty (2019-1-3)
- ga als groepje bij elkaar zitten
- individueel: tekst lezen (5 min) in stilte
- in je groepje: bespreken tekst (5 min) zachtjes overleggen
- zoek moeilijke woorden op
- stel elkaar vragen over de tekst
- wie is 1? wie is 2? wie is 3? etc.
- wacht op instructie
Slide 3 - Tekstslide
Individueel lezen tekst
timer
5:00
Slide 4 - Tekstslide
Samen bespreken tekst
timer
5:00
Slide 5 - Tekstslide
De nummers 1...
Lees de vraag.
Schrijf het antwoord op.
Op mijn teken - laat je antwoord zien!
Antwoord goed = kaart trekken
Punten worden genoteerd.
Slide 6 - Tekstslide
VRAAG 1
Geef bij elke bewering aan of deze juist of onjuist is volgens alinea 1.
Schrijf de cijfers op van de juiste beweringen.
1 Er zitten meer bacteriën op een mobiele telefoon dan op een wc-bril.
2 Je mobiele telefoon wordt vies omdat je hem overal mee naartoe
neemt.
3 De kans dat je ziek wordt van de bacteriën op jouw mobiele telefoon is
klein.
Slide 7 - Tekstslide
VRAAG 1
Geef bij elke bewering aan of deze juist of onjuist is volgens alinea 1.
Schrijf de cijfers op van de juiste beweringen.
1 Er zitten meer bacteriën op een mobiele telefoon dan op een wc-bril.
2 Je mobiele telefoon wordt vies omdat je hem overal mee naartoe
neemt.
3 De kans dat je ziek wordt van de bacteriën op jouw mobiele telefoon is
klein.
Slide 8 - Tekstslide
Antwoord goed = kaart trekken
gewone speelkaart = aantal punten op de kaart
jack - queen - king = 10 punten
ace = 20 punten
joker = 0 punten
10 hearts = 30 punten
Slide 9 - Tekstslide
De nummers 2...
Lees de vraag.
Schrijf het antwoord op.
Op mijn teken - laat je antwoord zien!
Antwoord goed = kaart trekken
Punten worden genoteerd.
Slide 10 - Tekstslide
VRAAG 2
Waar loop je een grote kans om gevaarlijke bacteriën op een mobiele
telefoon te krijgen volgens alinea 2?
A bij de huisarts
B in de bus
C in de natuur
Slide 11 - Tekstslide
VRAAG 2
Waar loop je een grote kans om gevaarlijke bacteriën op een mobiele
telefoon te krijgen volgens alinea 2?
A bij de huisarts
B in de bus
C in de natuur
Slide 12 - Tekstslide
Antwoord goed = kaart trekken
gewone speelkaart = aantal punten op de kaart
jack - queen - king = 10 punten
ace = 20 punten
joker = 0 punten
10 hearts = 30 punten
Slide 13 - Tekstslide
De nummers 3...
Lees de vraag.
Schrijf het antwoord op.
Op mijn teken - laat je antwoord zien!
Antwoord goed = kaart trekken
Punten worden genoteerd.
Slide 14 - Tekstslide
VRAAG 3
Welke tip wordt er in alinea 3 gegeven om je mobiele telefoon schoon te
houden?
A Gebruik regelmatig een reinigingsspray voor je telefoon.
B Neem nooit je telefoon mee als je naar de wc gaat.
C Was altijd je handen voor je je telefoon gebruikt.
Slide 15 - Tekstslide
VRAAG 3
Welke tip wordt er in alinea 3 gegeven om je mobiele telefoon schoon te
houden?
A Gebruik regelmatig een reinigingsspray voor je telefoon.
B Neem nooit je telefoon mee als je naar de wc gaat.
C Was altijd je handen voor je je telefoon gebruikt.
Slide 16 - Tekstslide
Antwoord goed = kaart trekken
gewone speelkaart = aantal punten op de kaart
jack - queen - king = 10 punten
ace = 20 punten
joker = 0 punten
10 hearts = 30 punten
Slide 17 - Tekstslide
De eindstand... wie heeft er gewonnen?
Slide 18 - Tekstslide
De nummers 4...
Lees de vraag.
Schrijf het antwoord op.
Op mijn teken - laat je antwoord zien!
Antwoord goed = kaart trekken
Punten worden genoteerd.
Slide 19 - Tekstslide
VRAAG 4
What is true about Melanie Perkins according to paragraph 4?
A She had trouble finding reliable financers for her new business ideas.
B She offered a wider variety of products in her new company.
C She was invited to work in the United States by a rich business man.
D She won a prize with her new concept of a design programme.
Slide 20 - Tekstslide
VRAAG 4
What is true about Melanie Perkins according to paragraph 4?
A She had trouble finding reliable financers for her new business ideas.
B She offered a wider variety of products in her new company.
C She was invited to work in the United States by a rich business man.
D She won a prize with her new concept of a design programme.
Slide 21 - Tekstslide
Antwoord goed = kaart trekken
gewone speelkaart = aantal punten op de kaart
jack - queen - king = 10 punten
ace = 20 punten
joker = 0 punten
10 hearts = 30 punten
Slide 22 - Tekstslide
De nummers 5...
Lees de vraag.
Schrijf het antwoord op.
Op mijn teken - laat je antwoord zien!
Antwoord goed = kaart trekken
Punten worden genoteerd.
Slide 23 - Tekstslide
VRAAG 5
What is said about Canva in paragraph 5?
A It also sells wellness products and services now.
B It has turned into a successful company with many clients.
C Its employees work less hard than at other companies.
D Its working conditions make up for a low salary.
Slide 24 - Tekstslide
VRAAG 5
What is said about Canva in paragraph 5?
A It also sells wellness products and services now.
B It has turned into a successful company with many clients.
C Its employees work less hard than at other companies.
D Its working conditions make up for a low salary.
Slide 25 - Tekstslide
Antwoord goed = kaart trekken
gewone speelkaart = aantal punten op de kaart
jack - queen - king = 10 punten
ace = 20 punten
joker = 0 punten
10 hearts = 30 punten
Slide 26 - Tekstslide
De nummers 6...
Lees de vraag.
Schrijf het antwoord op.
Op mijn teken - laat je antwoord zien!
Antwoord goed = kaart trekken
Punten worden genoteerd.
Slide 27 - Tekstslide
VRAAG 6
What is the purpose of paragraph 6?
A to give a piece of advice
B to present an example
C to question an argument
Slide 28 - Tekstslide
VRAAG 6
What is the purpose of paragraph 6?
A to give a piece of advice
B to present an example
C to question an argument
Slide 29 - Tekstslide
Antwoord goed = kaart trekken
gewone speelkaart = aantal punten op de kaart
jack - queen - king = 10 punten
ace = 20 punten
joker = 0 punten
10 hearts = 30 punten
