2 vmbo-bk thema 2.6 Voeding en vertering: je gebit

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

2.6 Je gebit

Wat gaan we vandaag doen?

Herhalen 2.5 Eten in de keuken

Nieuwe theorie: 2.6 Je gebit

Zelf aan de slag

Huiswerk dinsdag 22 februari

Proefwerk thema 2. Leer thema 2 bs 2.1 t/m 2.8

Wat heb je gisteren tijdens de quiz al geleerd over je gebit?

Herhalen: 2.5 Eten uit de keuken

De meeste voedingsmiddelen komen van planten en/of dieren.

Sommige voedingsmiddelen bestaan uit meerdere grondstoffen (ingrediënten).

Dit noem je samengestelde producten.

Een pannenkoek bijvoorbeeld is een samengesteld product uit meel, ei en melk

2.5 Eten uit de keuken

Je kan op verschillende manieren je voedsel klaarmaken. Dit klaarmaken heet bereiden. Soms verhit je het voedsel:

- koken

- bakken

- frituren

Sommige voedingsmiddelen hoef je niet te verhitten en kan je rauw eten.

2.5 Eten uit de keuken

Voordelen van bereiden:

- het voedsel wordt lekkerder

- veel schadelijke bacteriën en schimmels gaan dood

- vaak is bereid voedsel gemakkelijker te koken

2.5 Eten uit de keuken

Voedsel kan besmet zijn met bacteriën en schimmels. Hierdoor kan het voedsel bederven. Van bedorven voedsel kan je ziek worden.

Bedorven voedsel kan je herkennen aan smaak, geur en kleur.

2.5 Eten uit de keuken

Op de verpakking van veel voedingsmiddelen staat een houdbaarheidsdatum.

Dit is de datum tot wanneer je een voedingsmiddel kunt bewaren.

2.5 Eten uit de keuken

Om niet ziek te worden van voedingsmiddelen moet je hygiënisch werken in de keuken.

Voedselhygiëne betekent dat je schone manier met je voeding en keukenmaterialen omgaat.

2.5 Eten uit de keuken

Bij het bereiden van voedsel kun je bacteriën overbrengen van het ene voedingsmiddel op het andere.

Dit noem je kruisbesmetting.

Gebruik daarom verschillend keukenmateriaal voor de verschillende voedingsmiddelen. Bijvoorbeeld gekleurde snijplanken.

Nieuw: 2.6 Je gebit

Je gebit bestaat uit tanden en kiezen.

Met je tanden kun je voedsel afbijten en met je kiezen maal je het voedsel fijn.

Er bestaan 2 soorten tanden: snijtanden en hoektanden.

De bouw van tanden en kiezen

snijtanden en kiezen hebben een:

- kroon

- wortel

2.6 Je gebit

onderdelen van tanden en kiezen:

- tandbeen

- glazuur: beschermt het tandbeen, is hard

- bloedvaten en zenuwen: lopen binnen in de tand

- tandvlees: bedekt de kaak

2.6 Je gebit

tandplak:

- dun laagje aanslag op je tanden en kiezen, op de overgang van het glazuur naar het tandvlees

- ontstaat elke dag

- bevat bacteriën die gaatjes kunnen veroorzaken

2.6 Je gebit

verzorging van je gebit:

- 2x per dag poetsen, minimaal 2 minuten

- tandpasta met fluoride (herstelt het tandglazuur)

- 2x per jaar naar de tandarts

Zelf aan de slag 2.6 Je gebit

• lees blz. 111 t/m 116
• laptop: maak opdracht 33 t/m 37 (maak opdracht 34 ook in je boek) en de test jezelf 

Klaaropdracht?

• Afmaken schijf van 5 opdracht (basis en kaderdeel)

Inleveren via de privéchat in Teams

• Maken opdrachtenboekje opdracht 8 (blz. 16 en 17)