3.3 Water op aarde

3.3 Water op aarde
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

3.3 Water op aarde

Slide 1 - Tekstslide

Hitler had een grote haat aan joden. Deze haat tegen joden was niet Hitler's uitvinding maar heet:
A
Krediet
B
Totalitaire staat
C
Antisemitisme
D
Nationaal-Socialisme

Slide 2 - Quizvraag

Veel Europese landen hadden het moeilijk na de Eerste Wereldoorlog. Hoe kon het dat het wel heel goed ging met Amerika?

Slide 3 - Open vraag

Leerdoelen
  1. Je weet hoe water verdeeld is over de aarde en hoe de waterkringloop werkt.
  2. Je begrijpt hoe rivieren die uit gletsjers zijn ontstaan, verweringsmateriaal verplaatsen.
  3. Je kan uitleggen welke verschillen er zijn tussen gletsjerrivieren, regenrivieren en gemengde rivieren.
  4. Je begrijpt waarom er in Nederland veel grind, zand en klei door de rivieren wordt afgezet.



Slide 4 - Tekstslide

Waterkringloop
  • Meer dan 70% van de aarde is water!
    - Ongeveer 97% zout water

  • Tekort aan (zoet) water steeds vaker een probleem
    - Potentieel probleem voor in de toekomst!

Slide 5 - Tekstslide

Korte Waterkringloop
We vergelijken twee waterkringlopen: de korte en de lange

  • De korte waterkringloop
  1. De zon verdampt water
  2. De damp stijgt op en vormt een wolk
  3. De wolk regent weer terug in de zee of op land

Slide 6 - Tekstslide

Lange waterkringloop
We vergelijken twee waterkringlopen: de korte en de lange


  • De korte waterkringloop
  1. Verdampt water regent neer op het land
  2. Stroomt via grondwater of rivier terug naar de zee
  3. Sneeuw hoog in de bergen kan het soms langer vasthouden

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Gletsjers
  • Sneeuw valt hoog in de bergen in dikke lagen
    - Door druk wordt het ijs
  • Zwaartekracht schuift de ijsmassa langzaam naar beneden
    - Een soort van rivier van ijs: een gletsjer

  • Wanneer het laag genoeg komt en smelt: een gletsjerrivier

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Gletsjers
  • 's Nachts vriest het vaak maar overdag kan ijs smelten
  • Gesmolten ijs dat weer bevriest zet uit
    - Ontstaan van verweringsmateriaal (rotsen/keien/stenen)

  • Grote stenen blijven bovenin de berg waar de rivier snel stroomt
  • Hoe lager je komt hoe kleiner het verweringmateriaal 

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 3.3
BK: Opdracht 1 t/m leerstof 4
KM: Opdracht 1 t/m leerstof 3

Slide 12 - Tekstslide

3.3 Water op aarde

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je weet hoe water verdeeld is over de aarde en hoe de waterkringloop werkt.
  2. Je begrijpt hoe rivieren die uit gletsjers zijn ontstaan, verweringsmateriaal verplaatsen.
  3. Je kan uitleggen welke verschillen er zijn tussen gletsjerrivieren, regenrivieren en gemengde rivieren.
  4. Je begrijpt waarom er in Nederland veel grind, zand en klei door de rivieren wordt afgezet.



Slide 14 - Tekstslide

Soorten rivieren
  • 2 soorten water bij rivieren:
  1. Smeltwater: Water van gesmolten ijs / gletsjers
  2. Regenwater: Water van regen
  • Wanneer beide in een rivier zitten: gemengde rivier
  • De Rijn: gemengde rivier ||| De Maas: een regenrivier

  • Stroomgebied: Het gebied waar het water stroomt naar zee

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Water en sedimentatie
  • Water dat we zien noemen we oppervlaktewater
    - Onder de grond is grondwater

  • Nederland is een erg plat land
  1. Hoog in de bergen stroomt de rivier snel
  2. Laag bij Nederland stroomt de rivier traag

Slide 17 - Tekstslide

Water en sedimentatie
  • Hoe trager de rivier is, hoe kleiner verweringsmateriaal zinkt

  1. Hoog in de bergen: Snel water en dus grote stenen die zinken
  2. Laagland: Traag water en dus kleine stenen/klei/zand
  • Sedimentatie: Het zinken van verweringsmateriaal in een rivier. 

Slide 18 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 3.3
Opdracht 1 t/m samenvatting

Slide 19 - Tekstslide