HV1 oefentoets Hoofdstuk 8 paragraaf 1 en 2

1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vergeet niet de topografie te leren!

Slide 2 - Tekstslide

Land A
A
Venezuela
B
Suriname
C
Frans Guyana
D
Uruguay

Slide 3 - Quizvraag

Land F
A
Bolivia
B
Peru
C
Chili
D
Paraguay

Slide 4 - Quizvraag

Stad 4
A
Brasilia
B
Manaus
C
Porto Alegre
D
Porto Velho

Slide 5 - Quizvraag

Stad 10
A
Belém
B
Recife
C
Belo Horizonte
D
Cuiabá

Slide 6 - Quizvraag

Hoofdstad van land B
A
Paramaribo
B
Santiago
C
Asunción
D
Caracas

Slide 7 - Quizvraag

Hoofdstad land H
A
Caracas
B
Sucre
C
Quito
D
Asunción

Slide 8 - Quizvraag

Stad 3
A
Rio de Janeiro
B
Sao Paulo
C
Brasilia
D
Porto Alegre

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer je het verband moet aangeven tussen 2 begrippen, gebruik je in je antwoord meestal ........
A
Hoe.............hoe.......
B
Wie......wie............
C
Daardoor
D
Daarom

Slide 10 - Quizvraag

Bij een "leg uit" vraag moet je altijd een ....... en een ...... geven.
A
reden......opsomming
B
oorzaak......gevolg
C
begrip.......verklaring
D
feit.....mening

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer er in de vraag "leg uit" staat gebruik je meestal het woord
A
Hoe.............hoe.......
B
Wie......wie............
C
Daardoor
D
Daarom

Slide 12 - Quizvraag

In welk werelddeel ligt Brazilie?
A
Noord-Amerika
B
Azie
C
Afrika
D
Zuid-Amerika

Slide 13 - Quizvraag

Wat is geen buurland van Brazilië
A
Bolivia
B
Peru
C
Chili
D
Suriname

Slide 14 - Quizvraag

Welke stad ligt niet aan de oostkust
A
Sao Paulo
B
Manaus
C
Rio de Janeiro
D
Porto Alegre

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de hoofdstad van Brazilië?
A
Sao Paulo
B
Brasilia
C
Rio de Janeiro
D
Manaus

Slide 16 - Quizvraag

In Brazilië spreekt men
A
Braziliaans
B
Spaans
C
Portugees
D
Limburgs

Slide 17 - Quizvraag

Een groot gebied met tropisch regenwoud rondom de rivier de amazone
A
Oerwoud
B
Sawa
C
Savanne
D
Amazonegebied

Slide 18 - Quizvraag

Wie zijn de oorspronkelijke bewoners van het regenwoud in het amazone gebied?
A
Indianen
B
Nomaden
C
Amerikanen
D
Mexicanen

Slide 19 - Quizvraag

Waarom is de Amazone (tropisch regenwoud) zo belangrijk voor de hele wereld?
A
Het gebied is het meest belangrijk voor de toeristen van over de hele wereld.
B
Het gebied is voor het grootste deel belangrijk voor het hout wat het oplevert.
C
Voor het leven op aarde. Het gebied wordt ook wel 'de longen van de aarde' genoemd.

Slide 20 - Quizvraag

Het noordenwesten van Brazilië
heeft een.......
A
tropisch regenwoud klimaat
B
een savanne klimaat
C
een woestijnklimaat
D
een zeeklimaat

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Wat is een reden van economische groei van Brazilië
A
Grote beroepsbevolking
B
Globalisering
C
Aanwezigheid van voldoende brandstoffen
D
Veel vruchtbare grond en aanwezigheid van grondstoffen

Slide 23 - Quizvraag

Mensen hebben meer contact met elkaar en nemen daardoor elkaars gebruiken over.
A
Wat is globalisering ?
B
Wat is economisch?
C
Wat is demografisch
D
Wat is politiek?

Slide 24 - Quizvraag

Wat is geen reden van economische crisis van Brazilië
A
Minder handel met China
B
Hoge werkeloosheid
C
Minder inkomsten olie export
D
Oude bevolking

Slide 25 - Quizvraag

Waarom wonen in Brazilie de meeste mensen aan de kust?
A
Vanwege het mooie weer aan de kust
B
In het binnenland zijn veel bergen
C
Veel mensen trokken er heen vanwege de werkgelegenheid
D
Ze moesten plaatsmaken voor stuwdammen

Slide 26 - Quizvraag

Wat is het verband tussen de bevolkingsdichtheid en de aanwezigheid van werk?
A
Hoe meer werk er is hoe hoger de bevolkingsdichtheid
B
Hoe lager de bevolkingsdichtheid hoe meer werk er is
C
Hoe meer werk er is hoe lager de bevolkingsdichtheid
D
Hoe minder werk er is hoe lager de bevolkingsdichtheid

Slide 27 - Quizvraag

Welke land hoort bij deze bevolkingsgrafiek?
A
Ontwikkelingsland (arm)
B
Opkomend land
C
Ontwikkeld land (rijk)

Slide 28 - Quizvraag

Welk land hoort er bij deze bevolkingsgrafiek?
A
ontwikkelingsland
B
opkomend land
C
ontwikkeld land

Slide 29 - Quizvraag

Gaat deze bevolkingsgrafiek over Brazilië?
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quizvraag

De bevolkingsgrafiek geeft aan hoeveel mensen er in een land wonen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Kies een juiste uitspraak over de bevolkingsgrafiek.
A
Dit is een land met een gemiddeld jonge bevolking
B
Dit is een land dat arm is.
C
Tussen 40 en 70 jaar geleden werden heel veel kinderen geboren.
D
Er is sprake van een toename van de (natuurlijke) bevolking.

Slide 32 - Quizvraag

Waar staat BRICS voor bij de BRICS-landen?
A
Een groep landen die samenwerken.
B
Een groep landen die economisch snel groeien.
C
Een groep landen die eerst in een groter rijk bij elkaar hoorden.
D
Een groep landen die achterblijven en steeds armer worden.

Slide 33 - Quizvraag

Met urbanisatiegraad wordt bedoeld
A
aantal stedelijke bebouwingen in een land
B
de hoeveelheid inwoners in een stad in een land
C
Het percentage stedelingen in een land
D
De hoeveelheid mensen die naar een stad trekt

Slide 34 - Quizvraag

Een hoge urbanisatiegraad is een kenmerk van een
A
arm land
B
rijk land

Slide 35 - Quizvraag

De urbanisatiegraad is het hoogst in in?
A
Nederland
B
Roemenië
C
Turkije
D
Nigeria

Slide 36 - Quizvraag

Wat is een een ander woord voor urbanisatiegraad?
A
Urbanisatietempo
B
Verstedelijkingsgraad
C
Urbanisatietemperatuur
D
Urbanisatieklimaat

Slide 37 - Quizvraag

Wat is het urbanisatietempo
A
Het percentage mensen dat in een stad woont
B
Hoe snel de urbanisatiegraad groeit
C
Hoe snel de verstedelijkingsgraad groeit
D
Het percentage mensen dat op het platteland woont

Slide 38 - Quizvraag

Waardoor stijgt de vraag naar energie in Brazilië?
A
Door de opkomende economie en de bevolkingsgroei
B
Door hun technopolen
C
Door hun handelspositie op de wereld
D
Doordat Brazilië een BRIC-land is

Slide 39 - Quizvraag

In Brazilië produceren ze bio ethanol. Dat is een brandstof gemaakt van......
A
Suikerbieten
B
Suikerriet
C
Hydro-electriciteit
D
Hout

Slide 40 - Quizvraag

Wat is het verband tussen de aanwezigheid van suikerriet in een land en het gebruik van bio ethanol?
A
Hoe meer suikerriet er is hoe meer bio ethanol er gebruikt wordt
B
Hoe minder suikerriet er is hoe minder bio ethanol er gebruikt wordt
C
Hoe meer suikerriet er is hoe minder bio ethanol er gebruikt wordt
D
Hoe minder suikerriet hoe meer bio ethanol er gebruikt wordt

Slide 41 - Quizvraag

Mensen hebben meer contact met elkaar en nemen daardoor elkaars gebruiken over.
A
Leg globalisering uit?
B
Wat is het verband tussen globalisering en de bevolking?
C
Welke gebruiken zijn er?
D
Waarom hebben mensen meer contact?

Slide 42 - Quizvraag

Aan welk woord herkende je in het vorige antwoord de "leg uit" vraag?
A
Hoe.....hoe
B
elkaars
C
gebruiken
D
daardoor

Slide 43 - Quizvraag

Wat geeft het BNP per hoofd niet aan?
A
Welzijn
B
Welvaart
C
Gemiddelde inkomen per persoon in een land

Slide 44 - Quizvraag

Om het welzijn te kunnen meten kijk je naar de 4 basisbehoeften. Welke 4 zijn dat?
A
Onderwijs, Onderdak, Gezondheidszorg, Voedsel
B
Onderwijs, Onderdak, BNP per hoofd, Analfabetisme
C
Analfabetisme, Gezondheidszorg, Voedsel, Onderwijs
D
Onderwijs, Onderdak, Gezondheidszorg, BNP per hoofd

Slide 45 - Quizvraag

Hoe meet je het onderwijs in een land? Door ....................... te meten.
A
Het BNP per hoofd
B
Het analfabetisme
C
Het Inkomen
D
Het ziekenhuisbezoek

Slide 46 - Quizvraag

Heb je nog vragen, zijn er nog dingen die je uitgelegd wil hebben?

Slide 47 - Open vraag