Par. 4 - Oplossingen

Deze les
Vorige les
Hoofdstuk 5 - Par 3 - Adsorberen en chromatograferen
Lesdoelen
- Ik kan uitleggen wat een oplossing is
- Ik kan het verband tussen temperatuur en oplosbaarheid uitleggen
- Ik kan rekenen met oplosbaarheid
Instructie
Hoofdstuk 5 - paragraaf 4 - Oplossingen
Aantekeningen
Overschrijven van het bord
Prakt. opdr.
Aantal oefenopgaven
Huiswerk nu af
X
Evaluatie
Klassikale vragen over de leerdoelen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Deze les
Vorige les
Hoofdstuk 5 - Par 3 - Adsorberen en chromatograferen
Lesdoelen
- Ik kan uitleggen wat een oplossing is
- Ik kan het verband tussen temperatuur en oplosbaarheid uitleggen
- Ik kan rekenen met oplosbaarheid
Instructie
Hoofdstuk 5 - paragraaf 4 - Oplossingen
Aantekeningen
Overschrijven van het bord
Prakt. opdr.
Aantal oefenopgaven
Huiswerk nu af
X
Evaluatie
Klassikale vragen over de leerdoelen

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog?
Wat is het verschil tussen adsorberen en absorberen?

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog?
Wat is het verschil tussen adsorberen en absorberen?

Bij adsorberen binden stoffen chemisch aan elkaar
Bij absorberen 'plakken' stoffen tijdelijk aan elkaar

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdstuk 5
Paragraaf 4

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Oplosbaarheid
Het aantal gram dat maximaal in 1 liter oplosmiddel kan oplossen bij een bepaalde temperatuur

Verzadigde oplossing
De maximale hoeveelheid stof is opgelost

Onverzadigde oplossing
Er is ruimte voor meer stof in de oplosmiddel

Slide 6 - Tekstslide

Oplosbaarheid

Slide 7 - Tekstslide

Oplosbaarheid
Thee met suiker (voorbeeld)
Water is heet --> meer suiker kan opgelost worden
Water koelt af --> minder suiker kan opgelost worden
                                  Een deel van de suiker slaat neer

Daarom moet je steeds roeren in je thee!

Slide 8 - Tekstslide

Oefenen

Slide 9 - Tekstslide

Oefenen
1000 g
1000 g
1 g
1 L
1000 ml
1 ml
350 ml

Slide 10 - Tekstslide

Oefenen
1000 g
1000 g
1 g
350 g
1 L
1000 ml
1 ml
350 ml
Er kan 350 gram calciumchloride worden opgelost in 350 ml water van 20 graden

Slide 11 - Tekstslide

Oefenen

Slide 12 - Tekstslide

Oefenen (met tabel)
228 g
350 ml
Oplosbaarheid = g/L

Slide 13 - Tekstslide

Oefenen (met tabel)
228 g
0,65 g
650 g
650 g
350 ml
1 ml
1000 ml
1 L
Oplosbaarheid = g/L
De oplosbaarheid van calciumchloride is 650 g/L

Slide 14 - Tekstslide

Oefenen (met formule)
Oplosbaarheid = g/L
228 : 350 = 0,65 g/ml = 650 g/L

Slide 15 - Tekstslide

Oefenen 
(met kruislingsvermenigvuldigen)

Slide 16 - Tekstslide

Oefenen 
(met kruislingsvermenigvuldigen)
30 g
X
250 ml
100 ml

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen 
(met kruislingsvermenigvuldigen)
30 g
X
250 ml
100 ml
X = 30 x 100 : 250 = 12 g

Slide 18 - Tekstslide

Oefenen 
Suikergehalte is 12 g per 100 ml

Slide 19 - Tekstslide

Oefenen 
Suikergehalte is 12 g per 100 ml
12 g
0,12 g
120 g
120 g
100 ml
1 ml
1000 ml
1 L
Suikergehalte is 120 g/L

Slide 20 - Tekstslide

Huiswerk
Wat
- Lees eerst de tekst, als dat niet klaar was

- Huiswerk opgave
   H5 - par. 4 - 32 t/m 39
Hoe
In je werkboek of online
Hulp
Boek, Buurman, Bureau
Tijd
Tot 5 minuten voordat de les eindigd
Klaar
Laat je werk zien aan de docent
Je mag iets voor jezelf doen
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide