Hoofdletters & interpunctie deel 1

Hoofdletters en leestekens
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdletters en leestekens

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het eind van deze lessen weet je wanneer je hoofdletters, komma's en aanhalingstekens moet gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je hoofdletters?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

1: begin van een zin
Aan het begin van een zin:
  • Je begint een zin met een hoofdletter.
Als de zin met een afgekort woord begint, verschuift de hoofdletter naar het tweede woord:
  • 's Ochtends sta ik vroeg op.
  • 't Was vanochtend wel erg koud.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regel 1: begin van een zin
Als de zin met een cijfer of symbool begint, schrijf je geen hoofdletter aan het begin van de zin.
  • €15 betaalde hij voor het boek.
  • 86 jaar geleden werd mijn opa geboren.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
't is niks voor mij.
B
'T is niks voor mij.
C
't Is niks voor mij.
D
'T Is niks voor mij.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2: namen van personen
Je schrijft een hoofdletter bij voor- en achternamen, doopnamen en voorletters:
  • Elisabeth Sarah Jansen
Aanspreektitels (mevr.) en tussenvoegsels (van der) krijgen geen hoofdletter.
  • fam. Berkmans
  • Bert van den Brink

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2: namen van personen
Wanneer er voor het tussenvoegsel geen voornaam of voorletter wordt genoemd, krijgt het tussenvoegsel wel een hoofdletter.
  • meneer De Vries
Bij een tweede achternaam krijgt het tussenvoegsel geen hoofdletter.
  • mevrouw Van de Ven - de Vries 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
Wanneer gaat meneer Jansen slapen?
B
Wanneer gaat Meneer Jansen slapen?
C
Wanneer gaat meneer jansen slapen?

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
Lisa de Vries - de Groot
B
Lisa De Vries - De Groot
C
Lisa De Vries - de Groot

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3: namen van organisaties, merken, producten
Organisaties, merken en producten krijgen een hoofdletter.
  • Apple
  • Verenigde Naties
Soms gebruiken bedrijven de hoofdletters afwijkend, je neemt dit dan over.
  • iPhone

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
Wil jij een pepsi max?
B
Wil jij een Pepsi Max?
C
Wil jij een Pepsi max?

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
Amazon of Ebay?
B
Amazon of EBay?
C
Amazon of eBay?

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Bij aardrijkskundige namen van landen, steden, rivieren enzovoort gebruik je een hoofdletter.
  • Eindhoven
  • Amerikaanse president
Ook bij volken, talen of dialecten gebruik je een hoofdletter.
  • De Franse Fransman spreekt Frans
  • Limburgs dialect

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Bij een windstreek gebruik je geen hoofdletter.
  • Er komt vandaag een noordelijke wind.
Als de windstreek onderdeel is van een naam, gebruik je wel een hoofdletter.
  • Noordelijke IJszee

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Als je met de windstreek een cultureel, economisch of politiek gebied bedoelt, schrijf je een hoofdletter.
  • In het Nabije Oosten is de situatie erg gespannen.
  • Arme landen krijgen steun van het Westen.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
noord-brabant
B
Noord-brabant
C
Noord-Brabant
D
noord-Brabant

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
Met ananas erop is het geen Italiaanse pizza!
B
Met ananas erop is het geen italiaanse pizza!

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
Wat is een Westelijke zeestroom nou weer?
B
Wat is een westelijke zeestroom nou weer?

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed geschreven?
A
Woon jij aan de amstellaan?
B
Woon jij aan de Amstellaan?

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk woord krijgt een hoofdletter?
A
noorden
B
walvisstraat
C
kerstvakantie
D
hockey

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijn de hoofdletters juist geplaatst?

44 mensen rijden richting het Oosten van Holland.
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag

Het is geen gebied maar een richting.
Zijn de hoofdletters en leestekens juist geplaatst?

De coach riep naar de spits: "Jij neemt de penalty!"
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.

een 12-jarige jongen uit duitsland heeft afgelopen dinsdag de audi van zijn moeder in de prak gereden

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is juist?
A
Kerstboom
B
kerstboom

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is juist?
A
woensdag
B
Woensdag

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is juist?
A
meneer S. Van der Zee
B
meneer S. Van Der Zee
C
meneer S. van der Zee
D
meneer S. van der zee

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is juist?
A
goudse kaas
B
Goudse Kaas
C
Goudse kaas

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
ik blijf vandaag thuis omdat ik ziek ben

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet. --> mieke uit noord-brabant heeft veel dieren kippen schapen en honden

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of onjuist:
Mees riep: He, kijk uit voor die fietser!
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of onjuist:
engelse drop
A
Juist
B
Onjuist

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of onjuist:
Mercedes
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of onjuist:
Pieter Van Duinrade
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

de leraar biologie zei de wolf komt alleen in limburg voor (schrijf de zin correct op)

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is juist?
A
café Zeezicht
B
café zeezicht

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is juist?
A
lente
B
Lente

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aanhalingsteken of niet?
Maria denkt: ik wil daar ook graag bij zijn.
A
nee
B
ja

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of onjuist?
"Hier ben ik geboren", zei Annemarie.

A
juist
B
onjuist

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of onjuist?
Ik lust een hoop groentes, zoals: broccoli, boontjes en worteltjes.
A
juist
B
onjuist

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

deze zoogdieren worden met uitsterven bedreigd de siberische tijger de berggorilla en de afrikaanse neushoorn (schrijf de zin correct op)

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ik ga een vette voldoende halen zei hij
(schrijf de zin correct op)

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies