Herhaling H2

Paragraaf 2.1
Pinpas of portemonnee?
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 2.1
Pinpas of portemonnee?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 2.2
Waarom zou je sparen?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sander zet € 7.500 op de bank. Hij ontvangt 3% rente.

Hoeveel geld heeft hij op zijn bankrekening nadat de rente is bijgeschreven?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 2.3
Waarom zou je lenen?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je leent € 200. In totaal betaal je € 215 terug voor deze lening. Bereken hoeveel procent de rente is van het geleende bedrag.


Slide 14 - Open vraag

- De rente is € 215 - € 200 = € 15.
- € 15 : 200 x 100 = 7,5%
Paragraaf 2.4
Verzekeren, hoezo?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lynn heeft een reisverzekering. Tijdens haar vakantiereis raakt ze haar koffers kwijt. Ze heeft een schade van € 430. Haar eigen risico is € 100.

Welk bedrag krijgt Lynn als schadevergoeding?
A
€ 430
B
€ 100
C
€ 330
D
Lynn krijgt geen schadevergoeding.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
Oefenen voor het proefwerk:
  • Paragraaf 1: opdracht 2 en 3
  • Paragraaf 2: opdracht 14
  • Paragraaf 3: opdracht 41 en 42
  • Paragraaf 4: opdracht 53

  • Rekenopdracht 4
  • Plusopdracht 21

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies