De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.
Groep 3/4:
onderscheiden verschillende geluiden: hard/zacht, hoog/laag
ordenen geluiden: van hoog naar laag of van hard naar zacht
onderscheiden klanken van verschillende instrumenten: tokkelen, blazen, aanslaan
Groep 5/6:
onderscheiden verschillende geluiden: hard/zacht, hoog/laag
ordenen geluiden: van hoog naar laag of van hard naar zacht
onderscheiden klanken van verschillende instrumenten: tokkelen, blazen, aanslaan
geluid is afkomstig van bronnen
bouw en materiaal van de bron bepalen aard van geluid
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekBasisschoolGroep 4,5
In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Techniek: Kerndoel 42
De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.
Groep 3/4:
onderscheiden verschillende geluiden: hard/zacht, hoog/laag
ordenen geluiden: van hoog naar laag of van hard naar zacht
onderscheiden klanken van verschillende instrumenten: tokkelen, blazen, aanslaan
Groep 5/6:
onderscheiden verschillende geluiden: hard/zacht, hoog/laag
ordenen geluiden: van hoog naar laag of van hard naar zacht
onderscheiden klanken van verschillende instrumenten: tokkelen, blazen, aanslaan
geluid is afkomstig van bronnen
bouw en materiaal van de bron bepalen aard van geluid
Slide 1 - Tekstslide
Techniek: Kerndoel 42
De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.
Groep 3/4
De kinderen zoeken uit waar de hoge en de lage tonen zitten op een muziekinstrument en bespreken en ordenen dat met elkaar.
Ze bespelen en luisteren naar verschillende muziekinstrumenten en bespreken de verschillende klanken.
Ze maken geluid met zelfgemaakte muziekinstrumenten en praten met elkaar over verschillen in geluid (hoog/laag, hard/zacht).
De leraar maakt een ontdekhoek met verschillende muziekinstrumenten.
Zij laat de kinderen in de kleine kring de muziekinstrumenten bespelen en praat met hen over hoge en lage tonen en hard en zacht geluid.
Zij laat de kinderen uitzoeken waar de hoge en waar de lage tonen op de muziekinstrumenten zitten.
Zij zorgt voor materiaal waarmee de kinderen naar eigen idee muziekinstrumenten bouwen.
Slide 2 - Tekstslide
Techniek: Kerndoel 42
De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.
Groep 5/6
De kinderen bouwen eenvoudige slaginstrumenten.
Ze ervaren dat geluid afkomstig is van een trillende bron, en dat de trilling de toonhoogte en luidheid bepaalt.
Ze gaan op zoek naar de bronnen van verschillende muziekinstrumenten en stemgeluid.
De leraar laat de kinderen de klank van verschillende zelfgebouwde slaginstrumenten onderzoeken.
Zij wijst de kinderen op het trillen van een bron en gaat daarna samen met de kinderen op zoek naar de aard van de bron bij verschillende geluidsinstrumenten of het eigen stemgeluid.
Slide 3 - Tekstslide
Welkom in de les
- Open op je iPad de lessonup app
- Log in met de code.
Slide 4 - Tekstslide
Dit ga je vandaag leren:
Je leert dat sommige mensen kijken met hun oren.
Je leert dat geluid bewegende lucht is.
Je leert wat stembanden zijn.
Je leert wat een echo is en hoe het werkt.
Slide 5 - Tekstslide
Kun je kijken met je oren?
Als je blind bent, moet je extra goed luisteren.
Je moet eigenlijk kunnen kijken met je oren.
Een blinde kan ook kijken door de ogen van een hond.
Slide 6 - Tekstslide
Oren op pootjes
Petra kan niet zien. Ze kan wel horen en praten tegen haar hond.
Maar hoe komt het geluid van Petra's stem in de oren van haar hond terecht?
Slide 7 - Tekstslide
Geluid is eigenlijk bewegende lucht.
Als je praat, laat je de lucht trillen.
Die trillingen worden opgevangen in de oorschelp.
Via de oorschelp komen de trillingen binnen in het oor.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Elastiekjes
Je stem, dat zijn eigenlijk je stembanden.
Stembanden zijn een soort elastiekjes in je keel.
Als je praat, laat je lucht langs die elastiekjes gaan.
Daardoor gaan ze bewegen.
De bewegende stembanden laten daarna de lucht op een bepaalde manier trillen.
Slide 10 - Tekstslide
Elastiekjes
Geluid is niets anders dan trillende lucht.
Goed ademhalen is dus belangrijk als je praat.
Probeer maar eens te praten terwijl je je adem inhoudt.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Een aantal vragen:
Slide 13 - Tekstslide
Als je praat, gaat de ... trillen.
A
trillingen
B
lucht
C
stem
D
oor
Slide 14 - Quizvraag
De ... komen terecht in het oor van de ander.
A
trillingen
B
lucht
C
stem
D
oor
Slide 15 - Quizvraag
De ander hoort jouw ...
A
trillingen
B
lucht
C
stem
D
oor
Slide 16 - Quizvraag
Sommige mensen zeggen dat ze een glas kunnen breken met hun stem.
Zou dat echt kunnen, denk je?
Slide 17 - Tekstslide
Ik denk dat je een glas kunt laten breken met je stem.
A
ja
B
nee
Slide 18 - Quizvraag
Hier komt het antwoord.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Echo
In de bergen, in een grot of in een zoutpan kun je soms een echo horen.
Het is je eigen stem die weerkaatst tegen de wand van de bergen.