Hoofdstuk 4 - Arm en Rijk

Een wereld van verschillen
Paragraaf 4.1

    Je weet hoe je welvaart en armoede herkent als je door een land reist.
    Je begrijpt dat de armoedegrens in een rijk land hoger ligt dan in een arm land.
    Je kunt met cijfers en kaarten aantonen wat een rijk en wat een arm land is.

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Een wereld van verschillen
Paragraaf 4.1

    Je weet hoe je welvaart en armoede herkent als je door een land reist.
    Je begrijpt dat de armoedegrens in een rijk land hoger ligt dan in een arm land.
    Je kunt met cijfers en kaarten aantonen wat een rijk en wat een arm land is.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Het 'rijkste land ter wereld' is..
A
Qatar
B
Nederland
C
Luxemburg
D
Somalië

Slide 3 - Quizvraag

Het 'armste land ter wereld' is..
A
Congo
B
Burundi
C
Liberia
D
Somalië

Slide 4 - Quizvraag

Hoe meet ik 'arm' of 'rijk'

Slide 5 - Open vraag

Wat is een andere naam voor een rijk land?
A
Primair land
B
Welvarend land
C
Derdewereldland
D
Ontwikkelingsland

Slide 6 - Quizvraag

Bij welk bedrag ligt de armoedegrens in Nederland voor een gezin met 2 kinderen? (per maand)
A
1000 euro
B
1500 euro
C
2000 euro
D
2500 euro

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Link

Slide 9 - Link

Verbanden / correlatie
Positieve verbanden -> versterken elkaar.
'Hoe meer geld -> hoe meer eten'
'Hoe minder geld -> hoe minder eten'

Negatieve verbanden -> remmen elkaar af.
'Hoe meer geld -> hoe minder kinderen'
Hoe minder geld -> hoe meer kinderen'
'hoe-hoe' zinnen

Slide 10 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van 'zwart werken'
A
Oppassen
B
Krantenwijk
C
Bijles geven
D
vrijwilligerswerk

Slide 11 - Quizvraag

Soorten beroepen
Werk vormt de basis voor het inkomen van mensen.
De beroepen zijn in te delen in sectoren.

Neem de tabel op de volgende slide over in je schrift.

Slide 12 - Tekstslide

Economische sectoren
Naam
Primair
Secundair
Tertiair
Uitleg
Je gebruikt de natuur
Je bewerkt een natuur-product
Je (ver)koopt iets of voert een dienst uit
Voorbeeld
Visser of boer
Fabrieksarbeider
Kantoorpersoneel of gezondheidszorg
Landbouw
Industrie
Diensten

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Tekstslide

Arm en Rijk? Arm of Rijk!
'Wanneer ben je arm?'

Armoedegrens = het inkomen wat iemand moet hebben om te kunnen voorzien in de basisbehoeften.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Inkomensverschillen
Rijke landen -> centrumlanden

Landen met een gemiddeld inkomen -> semi periferie

Arme landen -> periferie landen
MOL Landen

Slide 18 - Tekstslide

Meten van Welvaart en Welzijn
Paragraaf 4.2

 -    Je weet hoe je welvaart en welzijn meet.
    - Je begrijpt dat welzijn meer zegt over de levensomstandigheden in een land dan welvaart.
 -  Je kunt de wereld indelen naar ontwikkelingsgraad.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Werk

Slide 22 - Woordweb

In welk land was het Bruto Nationaal Product (BNP/BBP) het grootst?
A
Nederland
B
Bolivia
C
China
D
Malawi

Slide 23 - Quizvraag

In welk land is het BNP per inwoner het grootst?
A
Nederland
B
Bolivia
C
China
D
Malawi

Slide 24 - Quizvraag


Slide 25 - Open vraag

Welzijn
Gaat niet over geld maar over 'hoe gaat het met je'.

  • De basisbehoeften
  • De koopkracht

Slide 26 - Tekstslide

De basisbehoeften
Naam
Indicator
Voedselzekerheid
Aantal KJ per dag
Onderwijs
Alfabetiseringraad
Woonsituaite
Stromend water
Gezondheidszorg
Levensverwachting + zuigelingensterfte

Slide 27 - Tekstslide

Ongelijkheid
Paragraaf 4.3


Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

In welk deel van Nederland is de welvaart het hoogst?
A
Noorden
B
Oosten
C
Zuiden
D
Westen

Slide 32 - Quizvraag

In welk deel van Nederland zijn de kosten het hoogst?
A
Noorden
B
Oosten
C
Zuiden
D
Westen

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Link

In Nederland is een kleiner verschil tussen Arm en Rijk dan in Burundi
Eens
Oneens

Slide 35 - Poll

Hoe noem je de rijkere mensen in een samenleving?
A
Elite
B
Paupers
C
Allochtonen
D
Tatta's

Slide 36 - Quizvraag