H6 NN 2-KGT Schrijven Voor een publiek

H6 Schrijven voor een publiek
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

H6 Schrijven voor een publiek

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Je leert schrijven voor een publiek. 

Slide 2 - Tekstslide

H6 Schrijven: Schrijven voor publiek

Slide 3 - Tekstslide

Publiekgericht schrijven
Om het schrijfdoel van een tekst te kunnen bereiken, moet de schrijver rekening houden met zijn publiek.
Wie kunnen er allemaal onder 'publiek' vallen?

Slide 4 - Tekstslide

Publiek
Als je gaat schrijven is het belangrijk om goed te weten voor welk publiek je dat doet. 



Slide 5 - Tekstslide

PUBLIEKSGERICHT SCHRIJVEN

Zo schrijf je een publiekgerichte tekst

Schrijf over een onderwerp dat je publiek aanspreekt en houd tijdens het schrijven rekening met je publiek. Bedenk voordat je gaat schrijven:
– Wat weet mijn publiek al over het onderwerp? 
_ Welke voorkennis heeft mijn publiek?

– Wat moet mijn publiek nog meer weten, denken, doen? 
– Welke feiten noem ik niet alleen maar, maar omschrijf ik?
– Welke voorbeelden kan mijn publiek begrijpen?

Slide 6 - Tekstslide

Publiek
Schrijf in de u-vorm voor volwassenen. Bij jongeren kun je 'je' gebruiken. 
Pas je lay-out aan. Voor jongeren mag je bijv. meer afbeeldingen, kleuren, verschillende lettergrootte gebruiken. 

Slide 7 - Tekstslide

Maken in het lesboek
blz. 148-149
Maak de startopdracht.
Maak daarna opdracht 1 en 2. 
Snel klaar? Maak dan nog opdracht 3. 

Slide 8 - Tekstslide

Wat moet je kunnen?
- Je kan je verdiepen in het publiek waarvoor je wilt gaan schrijven. 
- Je kan je woordgebruik en de lay-out van je tekst aanpassen aan het publiek. 

Slide 9 - Tekstslide

Einde les

Slide 10 - Tekstslide