In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Winkel artikelpresentatie: Spiegelen en FIFO
Hoofdstuk 2a - Ompakken
Slide 1 - Tekstslide
Na deze les weet jij:
- Wat spiegelen is
- Waarom je moet spiegelen
- Wat FIFO betekent
Slide 2 - Tekstslide
Herhaling vorige lessen
- Soorten winkels (winkelvorm)
- Werkzaamheden in een winkel
- FIFO-systeem
Slide 3 - Tekstslide
Soorten winkels (winkelvorm)
Slide 4 - Woordweb
Werkzaamheden in een winkel?
Slide 5 - Woordweb
Waarom moet je vakkenvullen in een winkel?
Slide 6 - Open vraag
Spiegelen?
Slide 7 - Woordweb
Spiegelen
Soms staat er te weinig om het vak aan te vullen. Of het vak ziet er heel leeg uit.
Dan moet je spiegelen:
Dit betekent de artikelen vooraan en naast elkaar zetten.
Slide 8 - Tekstslide
Het schap met shampoos begint steeds leger te raken. Alleen achterin staan nog een aantal flacons. Mirjam zet deze vooraan zodat het lijkt of het schap weer vol is. Dit noem je?
A
Vakkenvullen
B
Bijvullen
C
Prijzen
D
Spiegelen
Slide 9 - Quizvraag
Waarom moet je spiegelen?
Slide 10 - Woordweb
Waarom Spiegelen?
Het lijkt goed gevuld.
Het ziet er netjes uit en dat ziet een klant graag.
Voorkomt diefstal. Een dief pakt minder snel iets uit een schap als dat een duidelijk zichtbaar lege plek achterlaat.
Slide 11 - Tekstslide
Welke presentatie is gespiegeld?
A
presentatie 1
B
presentatie 2
Slide 12 - Quizvraag
Waar moet je op letten als je gaat vakkenvullen? (zie blz. 21-22)
Slide 13 - Woordweb
Waar moet je naar kijken als je wil kijken tot hoe lang iets houdbaar is?
A
Prijs
B
Schap
C
Streepjescode
D
Datum
Slide 14 - Quizvraag
FIFO-systeem
Bij het aanvullen van producten gebruik je vaak het FIFO-systeem. Dit betekent dat je nieuwe artikelen achter de oudere artikelen zet. [First in, first out]
Slide 15 - Tekstslide
1
2
3
4
22 januari 2022
15 februari 2022
7 december 2021
19 juni 2021
Slide 16 - Sleepvraag
Vandaag
- Spiegelen
- Omgaan met klanten tijdens het werk
Slide 17 - Tekstslide
Bekijk het schap. Wat kan er beter aan deze presentatie? Noem 2 dingen.
Slide 18 - Open vraag
Waar moet je op letten?
- Zorg dat de producten goed vooraan staan
- Zorg dat de artikelen op de goede plek staan
- FIFO
Slide 19 - Tekstslide
Klanten..
Je bent hard aan het werk, bezig met vakkenvullen en/of spiegelen.. En dan komen er klanten..
Wat moet je dan doen?
Slide 20 - Tekstslide
Wat moet je doen?
Slide 21 - Open vraag
Klanten en werken..
- Een winkelende klant mag van jou geen last hebben.
- Zorg dat een klant altijd bij alle artikelen kan ook al ben jij in dit schap aan het werk.
Slide 22 - Tekstslide
Klanten..
Houd je aan deze regels:
Verwijder karren en containers die je niet nodig hebt.
Ruim afval gelijk op.
Doe een stapje opzij als de klant iets wil pakken. (nu 1,5 meter)
Begroet iedere klant vriendelijk die langs je loopt.
Houd de klant in het oog, zodat je kunt helpen als het nodig is.
Slide 23 - Tekstslide
De klant mag tijdens het opruimen en vakkenvullen zo min mogelijk last van je hebben. Hoe zorg je hiervoor? (zie blz 23)