Les 2: Social talk

Les 2 en 3: Social talk
Social talk
Praten over koetjes en kalfjes
Prietpraat
Smalltalk
Alledaagse praatjes
Koffiepraatjes
Kletspraatjes

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
OmkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 2 en 3: Social talk
Social talk
Praten over koetjes en kalfjes
Prietpraat
Smalltalk
Alledaagse praatjes
Koffiepraatjes
Kletspraatjes

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
De komende twee weken houden we ons bezig met "social talk".

Aan het einde van deze les weet je wat een social talk is, heb je ontdekt waar jouw leerpunten  liggen, heb je startzinnen bedacht en weet je hoe je een gesprek gaande kunt houden.
Aan het eind van les 3 lever je een filmpje in waarin jij een social talk voert. Dit is voor een cijfer.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt informele en formele gespreksvormen. Wat is het verschil?
Informeel: belangrijk om een goede sfeer te creëren
Je moet een informeel gesprek kunnen voeren om vertrouwen van je gesprekspartner, vooral bij patiënten, te wekken.



Slide 3 - Tekstslide

formeel: deze bereidt je voor
informeel: gebeurt spontaan
1-Gespreksfases
Welke gespreksfases zijn er?

  1. Contact leggen
  2. Gesprek op gang brengen
  3. Afsluiten
  4. Vul opdracht in: gespreksfases, opdracht 1

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2-Alledaagse gesprekken voeren
Dit doe je eigenlijk de hele dag door.
  1. Het gaat om een spontaan en vrijblijvend gesprek
  2. Je komt er de tijd aangenaam mee door
  3. Je bereidt ze niet voor
  4. Je kunt gemakkelijk op een ander onderwerp overgaan
  5. Je kunt het gesprek op elk moment afsluiten

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem eens een voorbeeld wanneer je allemaal "alledaagse gesprekken" voert.

Heb jij vandaag nog een "alledaags gesprek" gevoerd?
  • Vul opdracht 2 in.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3- Contact leggen
Vind jij het lastig om contact te leggen met anderen? Geen nood, dit kun je leren.

Hoe leg je dit contact?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 - Contact leggen
  1. Stap op de ander af en zeg "Hallo", geef eventueel een hand
  2. Houdt oogcontact en toon belangstelling
  3. Luister zorgvuldig en let op lichaamstaal
  4. Bedenk vooraf waarover je zou kunnen praten (dit kan zelfs als je iemand nog niet kent)  
  5. Oefening: ga tegenover elkaar staan  en bedenk een startzin die je zou kunnen gebruiken voor een "alledaags praatje". Een startzin werkt het beste als je iemand uitnodigt te vertellen (open vragen)
  6. Vul opdracht 3 in.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4-Gesprekken gaande houden
Hoe houdt je een gesprek gaande en zorg je ervoor dat er geen stiltes vallen?
  • open en gesloten vragen

Wat is het verschil? Noem eens een paar voorbeelden?
  • Invullen opdracht 4

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5- Stimuleren tot doorpraten
In de praktijk is het de bedoeling de patiënt te laten praten. Hoe zorg je ervoor dat je zelf niet constant aan het woord bent?
  • Zorg voor een open, luisterende houding (knik, hum, etc)
  • Stel vervolgvragen 
  • Laatste zin of woorden herhalen
  • Oefening: docent zegt iets en jij herhaalt vragen de laatste woorden.
  • Invullen opdracht 5

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6- Gesprek afronden
Een informeel gesprek mag je altijd eindigen.
Noem altijd de reden waarom je het gesprek wil beëindigen.

Vb: "Ik zie dat mijn collega me nodig heeft", "Het is al half 4, ik moet echt door met mijn werk"
Liever niet: "Ojee, ik zit mijn tijd te verdoen". Waarom niet?
  • Invullen opdracht 6

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week
- Gesprekskaart invullen
- Voorbereiden voor het filmpje
- Beoordeling filmpje uitleggen
- Aan de slag met het filmpje
-Aan de slag met Small talk

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies