Debat les 2 - ballondebat 'dingen'

Extra les debatteren
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Extra les debatteren

Slide 1 - Tekstslide

Debat 
Doel: 
-wat is een debat
-hoe argumenteer je

1) filmpjes met uitleg en voorbeelden
2) oefendebat
3) argumenten bedenken

Slide 2 - Tekstslide

Waarom debatteren?
Spreekvaardigheid
Burgerschapskunde
Argumentatieleer

Slide 3 - Tekstslide

Een voorbeeld:
'Op weg naar het Lagerhuis'
'Jongerenlagerhuis'

'Het recht op spijbelen'

Let op: waar je naar kijkt is een debatwedstrijd

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Spreekoefening

Slide 8 - Tekstslide

gereedschap

Slide 9 - Woordweb

Maak een top 5: 
Schrijf op 1:  een belangrijk stuk gereedschap  

Slide 10 - Tekstslide

schoolbenodigdheden

Slide 11 - Woordweb

Maak een top 5: 
Sla een regel over
Schrijf op 2:  een belangrijke schoolbenodigdheid. 

Slide 12 - Tekstslide

App

Slide 13 - Woordweb

Maak een top 5: 
Sla een regel over 
Schrijf op 3:  een belangrijke app. 

Slide 14 - Tekstslide

elektrisch apparaat met een stekker eraan
(geen smartphone, laptop etc)

Slide 15 - Woordweb

Maak een top 5: 
Sla een regel over
Schrijf op 4:  een belangrijk elektrisch apparaat 

Slide 16 - Tekstslide

Stripfiguur

Slide 17 - Woordweb

Maak een top 5: 
Sla een regel over
Schrijf op 5:  een belangrijke stripfiguur. 

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht
Noteer bij 1 t/m 5:
Ik ben (een voorbeeld van een gereedschap, schoolbenodigdheid, app enz) en ik ben belangrijk want: 
      -drie argumenten
      -voorbeelden
Richtlijn: je moet over 1 t/m 5 elk 45 seconden vol kunnen praten.

Slide 19 - Tekstslide

Wat zijn goede argumenten?
  • Objectieve argumenten - deze argumenten zijn gebaseerd op feiten en kan je controleren.
  • Subjectieve argumenten - deze argumenten komen voort uit ervaringen, vermoedens, vergelijkingen of emoties en moet je dus goed kunnen onderbouwen.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht ronde 1 
In de luchtballon stappen een gereedschap, een app, schoolbenodigdheid, een elektrisch apparaat en een stipfiguur.
Zij presenteren zich in en vertellen in één minuut waarom zij in de luchtballon moeten blijven. 
Dit doen zij door objectieve en subjectieve argumenten te gebruiken.

Slide 22 - Tekstslide

wie moet er uit de ballon? Let vooral op de manier van spreken, niet op de inhoud?
1
2
3
4
5

Slide 23 - Poll

Opdracht ronde 2
In de luchtballon zitten nog drie 'personen'/dingen.
Zij presenteren in één minuut waarom de twee anderen de luchtballon moeten verlaten.  
Dit doen zij door objectieve en subjectieve argumenten te gebruiken.

Slide 24 - Tekstslide

wie moet er uit de ballon?
1
2
3

Slide 25 - Poll

waarom heeft X gewonnen?

Slide 26 - Tekstslide

Maak groepen van 4 leerlingen. 
  1. Stelling 1: De overheid moet meer belasting heffen op vlees en minder belasting heffen op groente.
  2. Stelling 2:Jongeren moeten verplicht een jaar lang van gezin ruilen met een leeftijdsgenoot uit een andere groep.
  3. Stelling 3: Politieagenten moeten altijd iedereen preventief kunnen fouilleren.
  4. Stelling 4: De zomervakantie moet een week korter en de kerstvakantie een week langer.


Slide 27 - Tekstslide

Je krijgt als groepje een stelling toegewezen.
1. Noteer de stelling en de groepsleden op het blaadje dat je krijgt uitgereikt
2. Bedenk bij de stelling drie argumenten vóór
3. Bedenk bij de stelling drie argumenten tégen
4. Geef bij elk argument zoveel mogelijk voorbeelden, noteer deze voorbeelden in steekwoorden.

Slide 28 - Tekstslide

Oefen het presenteren van het argument. 

Gebruik:
voorbeelden om je argument toe te lichten;
signaalwoorden;

Je hebt 1 minuut de tijd om je argument te presenteren. 
Na de meivakantie gaan we echt debatteren. 

Slide 29 - Tekstslide

Ik kan argumenteren
010

Slide 30 - Poll

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll