6.4 Meer of minder productie?

6. Productie en markt
6.4 Meer of minder productie?
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

6. Productie en markt
6.4 Meer of minder productie?

Slide 1 - Tekstslide

Opgave 6 BLZ 170
De nieuwe evenwichtsprijs?
Evenwichtshoeveelheid?

Slide 2 - Tekstslide

Opgave 6 BLZ 170
De nieuwe evenwichtsprijs? 1,60
Evenwichtshoeveelheid? 40 KG

Slide 3 - Tekstslide

Opgave 9 BLZ 171
Stadfietsen?
Totaal?

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 9 BLZ 171
Stadfietsen? 43%= 399.040
Totaal? 399.040/43*100= 928.000

Slide 5 - Tekstslide

6.4 Meer of minder productie?
  • Ik kan voorbeelden van productiekosten onderverdelen in                         vaste en variabele kosten.
  • Ik kan 3 factoren opsommen die de productiecapaciteit                                     van een bedrijf bepalen.
  • Ik kan de arbeidsproductiviteit berekenen.
  • Ik kan 5 verschillende voorstellen doen om de                 arbeidsproductiviteit te verbeteren.

Slide 6 - Tekstslide

6.4 Meer of minder productie?
Soorten kosten
Er bestaan 2 soorten productiekosten:
  • Vaste kosten:
      Kosten die gelijk blijven, of je nu meer of minder produceert.
  • Variabele kosten
      Kosten die mee veranderen als je meer of minder produceert.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Vaste en variabele kosten
Vaste kosten
  • huisvesting
  • rentekosten
  • personeelskosten vaste medewerkers
  • afschrijving
Variabele kosten
  • materialen zoals verf, hout
  • energie
  • personeel uitzendkracht

Slide 10 - Tekstslide

6.4 Meer of minder productie?
Productiecapaciteit
De maximale productie die een bedrijf aankan, noemen we de productiecapaciteit:
word bepaald door:
  • Aantal mensen dat in het bedrijf werkt.
  • Aantal uren dat werknemers werken.
  • Hoeveelheid machines

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

6.4 Meer of minder productie?
       Arbeidsproductiviteit
  • De arbeidsproductiviteit is de hoeveelheid producten die een werknemer kan maken in een bepaalde tijd.
  • Hoe hoger de arbeidsproductiviteit, hoe lager de productiekosten.



Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

6.4 Meer of minder productie?
Arbeidsproductiviteit
De arbeidsproductiviteit kan je verhogen door:
  • nieuwe technologie
  • goede arbeidsverdeling
  • scholing
  • prestatieloon
  • betere arbeidsomstandigheden



Slide 15 - Tekstslide

Maatschappelijke opbrengsten
Maatschappelijke opbrengsten = alle voordelen die de samenleving heeft van een hogere productie bij bedrijven
Meer welvaart!
(meer behoeften bevredigen)

Slide 16 - Tekstslide

Maatschappelijke kosten
Maatschappelijke kosten = alle nadelen die de samenleving heeft van een hogere productie bij bedrijven

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

  • Meer productie
  • Meer werkgelegenheid
  • Meer vraag
  • Meer productie....
  • De welvaart stijgt
6.4 Meer of minder productie?                                                 Leerdoel

Slide 20 - Tekstslide

Negatieve gevolgen welvaart
  • Milieuschade
  • geluidshinder, stankoverlast, bodem- of luchtvervuiling
6.4.2 Meer of minder productie?                                                 Leerdoel

Slide 21 - Tekstslide

Maken/ Huiswerk
BLZ 173 Opgaven 6 t/m 11
Klaar? Kom bij mij nakijken

Slide 22 - Tekstslide