5.4 automatische schakelingen

5.4 Automatische schakeling
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

5.4 Automatische schakeling

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Leerlingen kennen de onderdelen van een automatische schakeling
  • De leerlingen weten wat een transistor is en kunnen beschrijven hoe deze werkt. 
  • De leerlingen kunnen schakelingen maken met een transistor

Slide 2 - Tekstslide

schuifdeuren
waterkoker
Automatische schakelen

Slide 3 - Tekstslide

onderdelen automatische schakeling
  1. Sensor             Neemt waar & produceert een elektrisch                                          signaal  (b.v. LDR of NTC)
  2.  Schakelaar   Reageert op het signaal van de sensor                                               (schakelt stroom in of uit)
  3. Actuator        Voert gewenste actie uit (bv. lamp gaat aan of                                alarm gaat aan)

Slide 4 - Tekstslide

Sensoren

LDR (lichtsensor bij een lamp die in het donker aan gaat)

Meer licht --> lagere weerstand



NTC (in een thermostaat, op een koeler in de computer)

Hogere temperatuur --> lagere weerstand

Slide 5 - Tekstslide

Transistor
Transistor heeft 3 aansluitpunten:

Basis
Collector
Emitter

Slide 6 - Tekstslide

Transistor
Transistor heeft 3 aansluitpunten:
* Basis
* Collector
* Emitter

UIT: Geen stroom op Basis => geen stroom van Collector naar Emitter

AAN: Stroom op Basis => stroom gaat lopen van Collector naar Emitter

Slide 7 - Tekstslide

Waarom een transistor
  • Automatisch aan/uit zetten schakeling
  • Goedkoper dan een relais
  • Gebruikt minder energie
  • Nadeel: alleen lage spanning!

Werking:
  • De basis (B)
  • De collector (C) ; 
  • De Emitter (E)

Slide 8 - Tekstslide

Transistor

kan een actuator aan/uit zetten

= een automatische schakelaar



De transistor krijgt een klein beetje stroom op de Basis, dan kan er een grote stroom lopen van de Collector naar de Emitter



Met een kleine stroom (van B naar E) kan je een grote stroom laten lopen (van C naar E)

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

veel licht
weinig licht
 tip: weinig licht --> LDR hogere weerstand
1. waarom gaat het licht aan als het donker is 
2. welke component is de actuator in deze schakeling?

Slide 11 - Tekstslide

Hoeveel "pootjes" heeft de transistor?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quizvraag

Wat zijn de onderdelen van een transistor?
A
Basis, Collector, Emitter
B
Actuator, Sensor, Schakelaar
C
Actuator, Basis, Collector
D
Collector, Detector, Emitter

Slide 13 - Quizvraag

Een transistor wordt opgenomen als schakelaar. Door welk onderdeel wordt de transistor bediend?
A
Basis
B
Emitter
C
Collector
D
Een draadje

Slide 14 - Quizvraag

Wat is geen stroomrichting in een transistor
A
basis --> collector
B
basis --> emitter
C
collector - emitter

Slide 15 - Quizvraag

Bij een inbraakalarm is het alarm de:
A
Sensor
B
Verwerker
C
Actuator

Slide 16 - Quizvraag

Samenvatting
Automatische schakeling heeft 3 onderdelen:
  • sensor
  • schakelaar
  • actuator
Transistor is een automatische schakelaar
  • als er een kleine stroom loopt van de Basis naar de Emitter
  • kan een grote stroom lopen van de Collector naar de Emitter

Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag
Maak nu paragraaf 5.4 & kijk na

Afbuig groep: Bedenk nu zelf een schakeling (ook context) en controleer of je schakeling ook kan werken. Er liggen componenten in het lokaal om je schakeling ook daadwerkelijk te maken. 

Slide 18 - Tekstslide