H1 §1 Kantelt het economisch wereldbeeld - deel 1

H1 Wereldeconomie: winnaars en verliezers 
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld? 
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H1 Wereldeconomie: winnaars en verliezers 
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld? 

Slide 1 - Tekstslide

Weekplanning
Week 35
Week 36
Week 37
Week 38
Week 39
Deel 1
Week 40
Deel 2
Week 41
H1 §1


H1 §1

H1 §2
H1 §2
H1 §3
S.O.
H1 §1 t/m 3
H1 §4

Slide 2 - Tekstslide

Programma
Leerdoelen §1
Kennisclip §1 
Uitleg bij §1 
Aan de slag - verwerking
Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je weet waarom het economisch wereldbeeld kantelt. 
  2. Je begrijpt het verband tussen globalisering en de verschuiving van handelspatronen. 
  3. Je kunt m.b.v. een kaart voorspellen hoe het economisch wereldbeeld er in de toekomst uit zal zien. 
Belangrijke begrippen: BRICS-landen, lagelonenlanden, afzetmarkt, productieketen, globalisering, global shift

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Goederenproductie op drift
In 1990: 70% van de industriegoederen werden gemaakt in westerse landen. 

In 2018: nog maar de helft.

Wat is er gebeurd?

Slide 6 - Tekstslide

Goederenproductie op drift
Terwijl de industrie uit de westerse landen verdwijnt. Komen er steeds meer BRICS-landen.
Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika. Het zijn opkomende landen, waar de economie ontzettend snel groeit. 

In deze landen woont ruim 40% van de wereldbevolking. 

Slide 7 - Tekstslide

De rol van MNO's
MNO = een multinationale onderneming zoals Philips, Shell en Nike. 

De MNO's jagen de verschuiving aan. Dit doen zij op 2 manieren:
1. Sinds 1980 wordt de maakindustrie al verplaatst naar lagelonenlanden. Tegenwoordig kunnen deze landen ook producten ontwikkelen. 
2. Doordat de koopkracht in de BRICS-landen toeneemt, is er een groeiende afzetmarkt. 

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat? §1 Opdrachten  ( 1 t/m 4)
Hoe? Je mag samen werken met je buur, dit doe je fluisterend!
Hulp? Je buur en eventueel de atlas.
Vragen? Steek je vinger op, werk ondertussen wel alvast verder aan de volgende opdracht.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

De les van vandaag vond ik...
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

H1 Wereldeconomie: winnaars en verliezers 
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld?

Meten van welvaart 

Slide 14 - Tekstslide

Welvaart en welzijn, wat is het?
Welvaart is de mate waarin je kunt voldoen in je behoeften. Geld speelt hier een belangrijke rol, want met dat geld kun je kopen wat je nodig hebt.

Bij welzijn gaat het over de levensomstandigheden van mensen. Je kijkt dan bijvoorbeeld naar de basisbehoeften (gezond voedsel, dak boven je hoofd, onderwijs en gezondheidszorg)

Slide 15 - Tekstslide

Hoe meet je welvaart en welzijn?
Verschillende manieren:
1. Het BNP per hoofd van de bevolking
2. De VN-welzijnsindex
3. De verdeling van de beroepsbevolking

Slide 16 - Tekstslide

1. BNP per hoofd van de bevolking
BNP = Bruto Nationaal Product

Het BNP zijn alle inkomsten die een land in een jaar heeft. 

Nederland --> 54900 euro
Nigeria --> 5900 euro 

Slide 17 - Tekstslide

2. VN-welzijnsindex
Kijkt naar het welzijn van de inwoners van een land, de volgende levensomstandigheden worden bekeken:
- Levensverwachting
- Koopkracht
- Analfabetisme

Slide 18 - Tekstslide

3. Verdeling van de beroepsbevolking
Beroepsbevolking = alle mensen die tegen betaling werken en de werkelozen. 

3 sectoren: 
Primair = landbouw
Secundair = industrie
Tertair = diensten

Slide 19 - Tekstslide

3. Verdeling van de beroepsbevolking

Nederland
Nigeria
Primair
2%
70%
Secundair
18%
10%
Tertair
80%
20%

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Aan de slag!
Wat? §1 Opdrachten
Hoe? Je mag samen werken met je buur, dit doe je fluisterend!
Hulp? Je buur en eventueel de atlas.
Vragen? Steek je vinger op, werk ondertussen wel alvast verder aan de volgende opdracht.
Klaar? Lees §2
Maak de opdrachten van §2

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Weekplanning
Week 35
Week 36
Week 37
Week 38
Week 39

Week 40

Week 41
H1 §1


H1 §1+2

H1 §2
H1 §3
Voorbereiden S.O.
S.O.
H1 §1 t/m 3
H1 §4

Slide 24 - Tekstslide

H1 Wereldeconomie: winnaars en verliezers 
§1: Indelen van de wereld

Slide 25 - Tekstslide

Verdeling van de beroepsbevolking
Beroepsbevolking = alle mensen die tegen betaling werken en de werkelozen. 

3 sectoren: 
Primair = landbouw
Secundair = industrie
Tertair = diensten

Slide 26 - Tekstslide

Beroepsbevolking en welvaart



Kijk goed naar de kaart->

Wat is het verband tussen de verdeling van de beroepsbevolking en de welvaart?

Gebruik een hoe…hoe-zin.

Slide 27 - Tekstslide

De wereld in systemen
Als we kijken naar de ontwikkeling, kun je de wereld indelen in:

1. Centrum 
2. Semiperiferie
3. Periferie


Slide 28 - Tekstslide

Centrum landen
De rijke landen in de wereld. 
Vooral op het noordelijk halfrond.
Hooge koopkracht, hoge productie
Veel mensen werken in de dienstensector. 
Deze landen beheersen de wereldhandel.

Slide 29 - Tekstslide

Semiperifere landen
Het zijn de landen die niet arm, maar ook niet rijk zijn. 
Gegroeid door de komst van de industrie.
Centrum landen vestigen hun bedrijven hier i.v.m. de lage lonen. 
Het inkomen is de laatste jaren erg gegroeid in deze landen.
Steeds grotere rol in de wereldhandel, denk aan de BRIC-landen

Slide 30 - Tekstslide

Perifere landen
De periferie
De landen met een laag inkomen.
Afhankelijk van de centrum landen
Gebrekkige technologie, lage productie
Kleine rol in de wereldhandel

Slide 31 - Tekstslide

De economische rol van de blokken verandert
Vroeger: 
Periferie --> grondstoffen
Semiperiferie --> halffabrikaten
Centrum --> eindproducten

En hoe is dat nu? Waar is deze foto gemaakt? En waarom daar? 

Slide 32 - Tekstslide

Globalisering
In de wereld raken we steeds meer met elkaar verbonden.
 
De internationale uitwisseling van goederen, kennis, geld en mensen noemen we globalisering.

Een ander woord voor globalisering is monidalisering.

Slide 33 - Tekstslide

Globalisering verandert het wereldsysteem, hoe?
In paragraaf 2 hebben we de wereld in 3 blokken verdeeld: het centrum, de semiperiferie en de periferie.

Na 1980 zijn er twee belangrijke dingen verandert in dit wereldsysteem.

Slide 34 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat? brief schrijven
Hoe? Met buurman/vrouw
Hulp? Je buur en eventueel de atlas.
Vragen? Steek je vinger op, werk ondertussen wel alvast verder aan de volgende opdracht.
Klaar? Lees §3
Maak de opdrachten van §3

Slide 35 - Tekstslide

Welvaart
De welvaart heeft een grote invloed op de koopkracht, levensverwachting en het onderwijs in een land. 

Welvaart heeft ook een grote invloed op het welzijn van de mensen in een land. 

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

De welvaart verschuift in het wereldsysteem
Dit noemen we ook wel de global shift.
De VS is de grootste economie ter wereld, samen met Europa en China vormen zij de drie machtsblokken in de wereld.
Maar...
Hoelang blijft dit nog zo? Er zijn veel opkomende landen met een groeiende economie en welvaart.
Vroeger was Europa het economisch zwaartepunt, dit verschuift nu in de richting van Azië 

Slide 38 - Tekstslide

Meten van welvaart met het BNP per hoofd als maatstaf
Het meten van de welvaart met het BNP per hoofd van de bevolking heeft ook nadelen, denk aan:
  1. Het BNP is een gemiddelde en laat daarom niet de ongelijkheid in een land zien. 
  2. De gegevens zijn niet volledig betrouwbaar, de informele sector telt niet mee.
  3. De koopkracht is moeilijk te vergelijken vanwege prijsverschillen in landen. 

Slide 39 - Tekstslide