l'ordre des mots

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

de woordvolgorde in de Franse zin is over het algemeen zo:

onderwerp-hele gezegde-lijdend voorwerp-meewerkend voorwerp

Je donne un cadeau à ma soeur

J'ai donné un cadeau à ma soeur

Als je de zin ontkennend moet maken zet je ne (n') voor de persoonsvorm en het tweede deel van de ontkenning achter  de ontkenning

Je ne donne pas un cadeau à ma soeur

Je n'ai pas donné un cadeau à ma soeur

bijvoeglijke bepalingen (bijv. gisteren, morgen, vorig jaar enz.)

zet je meestal aan het begin van de zin:

Hier j'ai donné un cadeau à ma soeur.

L'année dernière je suis allé en France.

Als je een zin vragend moet maken zijn er verschillende manieren:

1. een vraagteken achter de zin zetten

Tu donnes un cadeau à ma soeur?

2. Het onderwerp en de persoonsvorm omdraaien

donnes-tu un cadeau à ma soeur?

3. Est-ce que/est-ce qu' voor de zin zetten

Est-ce que tu donnes un cadeau à ma soeur?

zet de woorden in de juiste volgorde:
je/j'-à- ai- Paris-grandi

zet de woorden in de juiste volgorde:
a-une-écrit-il-lettre-directeur-au

zet de woorden in de juiste volgorde:
à-passé-mois-elle-Tokyo-a-trois

zet de woorden in de juiste volgorde:
ne/n'-compris-as-question-tu-la-pas

zet de woorden in de juiste volgorde:
voulons-ne-Amérique-en-pas-nous-aller

zet de woorden in de juiste volgorde:
?- tu-des-mangé-ne/n-est-escargots-as-ce-jamais-que

een beetje uitdaging voor de komende week:

zin in een groepscompetitie?

ga nu naar:

www.nubeterfrans.nl

klik op:

*groepen

*sluit aan

*vul de volgende code in:

NBFxPZbDuHnbCaQ

*vul je naam in

*ik doe mee

en doe de dagelijkse test (en kijk wie er het beste scoort ;0) )