Nederlands - Woordenschat - DE - H6

NEDERLANDS
WOORDENSCHAT DIENSTVERLENING EN ECONOMIE

6. DE RECEPTIE
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapsonderwijsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

NEDERLANDS
WOORDENSCHAT DIENSTVERLENING EN ECONOMIE

6. DE RECEPTIE

Slide 1 - Tekstslide

Maak opdracht 1
bladzijde 96 en 97

Slide 2 - Tekstslide

Onderstreep de woorden die gaan over het werk dat Natasha doet in de tekst bij opdracht 1.

Slide 3 - Tekstslide

Wat doet een receptiemedewerker?

Slide 4 - Woordweb

DE RECEPTIE
Bladzijde 97 en 98

Slide 5 - Tekstslide

Welke woorden passen bij de plaatjes?

Slide 6 - Tekstslide

Maak opdracht 2 t/m 11
bladzijde 99 t/m 102

Slide 7 - Tekstslide

Welke zin klopt?
A
Als receptiemedewerker hoef je niet te letten op je houding en manieren.
B
Bij de receptie ontvang je bezoekers, die soms een afspraak hebben.
C
Als receptiemedewerker mag je vaak afwezig zijn.
D
Van dienst zijn betekent dat je mensen iets aanbiedt.

Slide 8 - Quizvraag

DE RECEPTIE 2
Bladzijde 103 en 104

Slide 9 - Tekstslide


Dit is een voorbeeld van:
A
Navragen
B
Een klacht indienen
C
Een legitimatiebewijs
D
Aanmelden

Slide 10 - Quizvraag


Dit is een voorbeeld van:
A
Een klacht indienen
B
Navragen
C
Informatie vragen
D
Een legitimatie

Slide 11 - Quizvraag

Bekijk het filmpje.
  • Welke receptietaken heb je gezien?
  • Lijkt het werk jou leuk?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Maak opdracht 12 t/m 20
bladzijde 104 t/m 110

Slide 14 - Tekstslide

Bij opdracht 18
Bespreek samen de antwoorden.

Slide 15 - Tekstslide

Waar gaan de plaatjes over?
Voor welke reactie zou jij kiezen en waarom?

Slide 16 - Tekstslide

Maak opdracht 21
bladzijde 110

Slide 17 - Tekstslide

       Maak een kloppende zin met het woord.

Slide 18 - Tekstslide

Wat vond je belangrijk om te leren?

Slide 19 - Woordweb