Week 19 2 TL Duits

Programm
Planung
Grammatik
Üben
Aufgaben









1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Programm
Planung
Grammatik
Üben
Aufgaben









Slide 1 - Tekstslide

Planung für heute
Rückblick
         - was machten wir gestern?
Grammatik
          - Aufgabe 1 Sehen S. 138 + Aufgabe 2 Lesen S. 140
           - Aufgabe 3 S. 140 Grammatik-> Einführung

     
         

       

Slide 2 - Tekstslide

Kapitel 3
  • Blader door het hoofdstuk (vanaf blz. 136)
  • Bedenk waar het hoofdstuk over gaat
  • Wat ga je leren?

Doe dit alleen en in stilte
Na 2 minuten vul je het in de lessonup.app in

timer
2:00

Slide 3 - Tekstslide

Wat ga je in Kapitel 3 leren?

Slide 4 - Woordweb

Rückblick
Was lerntet ihr letzte Woche?



Slide 5 - Tekstslide

Aufgabe 1 S. 138 Sehen
Bekijk eerst het plaatje-> Waar gaat de video over?

Lees de vragen
Kijk het filmpje
Geef antwoord
Kijk nog een keer het filmpje

Slide 6 - Tekstslide

Aufgabe 2 + 3 ab Seite 140
Lees eerst de vragen
Maak de opdrachten
Werk alleen en in stilte
Stel vragen als je vastloopt
timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

het voltooid deelwoord 

Slide 8 - Tekstslide

Wat is eigenlijk het voltooid deelwoord?

Slide 9 - Tekstslide

Kijk naar de onderstaande zinnen
Ik heb brood gegeten.
Piet heeft de pop gemaakt.
Saskia heeft de fiets gemaakt.
Jan is naar Enschede gegaan.

Slide 10 - Tekstslide

Ahhh ik weet het al......
Als je wil vertellen dat iets al gebeurd is, dan gebruik je een voltooid deelwoord in een zin. Voltooid betekent dat iets af is.
Dus je vertelt iets in de verleden tijd. 

Slide 11 - Tekstslide

Hoe maak je de zinnen in een verleden tijd?
Kijk naar de onderstaande zinnen.
Ik heb  een  appel gekocht  
Ich habe  einen Apfel gekauft

Ik heb de hele nacht gespeeld 
Ich habe die ganze Nacht gespielt

Slide 12 - Tekstslide

 Hoe maak je een voltooid deelwoord in het Duits?

Slide 13 - Tekstslide





Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Het voltooid deelwoord van het werkwoord kaufen is
A
gekauft
B
gekaufd
C
kauft
D
kaufen

Slide 16 - Quizvraag

Het voltooid deelwoord van het werkwoord wohnen is
A
wohnen
B
gewohnd
C
gewohnt
D
wohnt

Slide 17 - Quizvraag

Het voltooid deelwoord van het werkwoord machen is
A
macht
B
gemacht
C
machen
D
gemachd

Slide 18 - Quizvraag

Het voltooid deelwoord van het werkwoord spielen is
A
gespielt
B
spielt
C
gespield
D
spield

Slide 19 - Quizvraag

Wie lange hast du in Berlin ..............?
A
gewesen
B
gewohnt
C
gelacht
D
restaurierd

Slide 20 - Quizvraag

Ich habe lange ...
A
gewart
B
gewartet
C
gewarten

Slide 21 - Quizvraag

Er hat viel ...
A
geret
B
geredet
C
gereden

Slide 22 - Quizvraag

Het sterke werkwoord

(in de verleden tijd verandert de klank)

vb spreken-sprak-gesproken

sprechen-sprach-gesprochen


bekijk blz. 142


Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Het voltooid deelwoord van werden is:
A
gewerden
B
geworden
C
gewert
D
gewerdet

Slide 25 - Quizvraag

Het voltooid deelwoord van haben is
A
gehabt
B
gehaben
C
gehast
D
gehabd

Slide 26 - Quizvraag

Het voltooid deelwoord van sein is:
A
gewest
B
gewezen
C
gewesen
D
geworden

Slide 27 - Quizvraag

Het voltooid deelwoord van essen is
A
geessen
B
gegest
C
gegessen

Slide 28 - Quizvraag

ich bin ...
A
gefahrt
B
gefähren
C
gefahren

Slide 29 - Quizvraag

Waar ben jij geweest?

Slide 30 - Open vraag

Ik heb gegeten

Slide 31 - Open vraag

Zij heeft gedronken

Slide 32 - Open vraag

Jij hebt gegeven.

Slide 33 - Open vraag

Aufgaben 

Aufgabe 3 auf Seite 140
Aufgabe 4 auf Seite 142
Aufgabe 5 auf Seite 142
Aufgabe 6 auf Seite 143
Aufgabe 7 auf Seite 143

Slide 34 - Tekstslide