kernwoorden vooraf aan verhalen thema mythen en legenden




Kernwoorden 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
IPC- TaalBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les




Kernwoorden 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les....
Weet je wat kernwoorden zijn
Kun je kernwoorden kleuren in een tekst
Kun je met sleutelwoorden een samenvatting maken. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kernwoorden
Kernwoorden zijn de belangrijkste woorden uit een zin of tekst.

Ze hebben altijd iets te maken met het onderwerp van de tekst. 

Slide 3 - Tekstslide

kernwoorden worden ook wel sleutelwoorden genoemd.  De woorden zijn de sleutel tot een samenvatting van de tekst. 
soort woorden 
- zelfstandig naamwoorden
- telwoorden/ jaartallen
- werkwoorden
- bijvoeglijk naamwoord

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbeeld 1.
Hoe vaak speel jij buiten? 
Bouw je regelmatig boomhutten met je vriendjes? 

In deze twee zinnen zitten belangrijke woorden en minder belangrijke woorden. 
de kernwoorden voor dit stukje tekst zijn:
speel en buiten in de eerste zin
bouw en boomhutten in de tweede zin. 

Slide 5 - Tekstslide

De woorden hoe, jij, met, vaak, regelmatig en je zijn nu niet belangrijk, omdat ze niet veel vertellen over het onderwerp. Dit zijn dus geen kernwoorden.  Het gaat om wat je doet. 


voorbeeld 2 
Kevin en Martijn voetballen vaak in de tuin. Soms komt de bal dan in de tuin van hun chagrijnige buurman terecht. Vandaag gebeurt dat weer. De buurman schreeuwt over de schutting dat het nu maar eens afgelopen moet zijn met die flauwekul. Nog één keer en hij prikt de bal lek. 

Wat zijn de belangrijkste woorden in deze tekst? 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zin voor zin. 

Kevin en Martijn voetballen vaak in de tuin. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soms komt de bal dan in de tuin van hun chagrijnige buurman terecht. 


Slide 8 - Tekstslide

In deze zin vinden we de bal, in de tuin en chagrijnige buurman belangrijk. Door die woorden weet ik namelijk over wie de tekst gaat, wat er gebeurt en waar we zijn. 


Vandaag gebeurde dat weer. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze zin is niet zo belangrijk. Het doet er niet toe of het nou vandaag of gisteren was. Het is dus geen hoofdzaak, maar een bijzaak. 
De buurman schreeuwt over de schutting dat het nu maar eens afgelopen moet zijn met die flauwekul. 

Slide 10 - Tekstslide

Schreeuwen en afgelopen zijn belangrijke woorden, want die zeggen iets over de buurman. 


laatste zin
Nog één keer en hij prikt de bal lek. 

Slide 11 - Tekstslide

Dit is wel weer belangrijk, omdat we nu weten wat er gaat gebeuren. 

We markeren één keer en prikt lek. 
kernwoorden
We hebben nu de belangrijkste woorden van de tekst gemarkeerd. 
- voetballen
-bal in de tuin
- chagrijnige buurman
- schreeuwt afgelopen
- nog één keer 
- prikt lek 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

samenvatting
Je maakt van de kernwoorden korte zinnen. Als je dat doet krijg je een samenvatting. 

Een voetbal komt in de tuin van de chagrijnige buurman. Die schreeuwt: afgelopen! Nog 1 keer en hij prikt hem lek. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dus... kernwoorden
* sleutelwoorden
* onderwerp
* belangrijkste woorden van de tekst
* onmisbaar voor een tekst
* samenvatting van maken. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap voor stap
1. kijken naar de titel, plaatjes en kopjes
2. tekst lezen
3. kernwoorden per zin onderstrepen.
4. kernwoorden opschrijven
5.  samenvatting, mindmap, woordspin, elfje 

Slide 15 - Tekstslide

Je kunt naast een samenvatting ook een mindmap, woordspin of elfje maken. Het zijn verschillende manieren om iets te onthouden of te leren. 


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening 
Je krijgt zo een tekst te zien. Wat zijn de kernwoorden in deze tekst? 

Schrijf ze op het wisbordje op! 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De chimpansee is de kleinste en slimste mensaap. Hij leeft in Afrika. Chimpansees kunnen goed klimmen. Ze bouwen in een boom hun nest van twijgen. Hun voedsel bestaat vooral uit planten en vruchten. Chimpansees leven in groepen. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn kernwoorden?
A
Overbodige woorden
B
de belangrijkste woorden
C
bijwoorden
D
belangrijkste zinnen

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een ander woord voor kernwoorden zijn
A
sleutelwoorden
B
hoofdwoorden

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met kernwoorden kan ik makkelijk
A
een verhaal maken
B
een samenvatting maken
C
een spiekbriefje maken
D
helemaal niks

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les....
Weet je wat kernwoorden zijn
Kun je kernwoorden kleuren in een tekst
Kun je met sleutelwoorden een samenvatting maken. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 1.
Je krijgt in groepjes een tekst. Deze tekst ga je met z'n allen lezen en je onderstreept de kernwoorden in de tekst.  Je zet op de placemat 10 kernwoorden die jij echt heel belangrijk vindt. 
Daarna overleggen en in het midden opschrijven welke jullie het belangrijkste vinden. 
Ik heb er ook een paar opgeschreven en jullie moeten de juiste kaartjes bij het verhaal zoeken. Wie heeft de juiste kaartjes bij het juiste verhaal? 

Slide 23 - Tekstslide

Dit is de opdracht van IPC. De kinderen moeten in groepjes kaartjes zoeken bij het verhaal. Leg ze de spelregels uit dat ze ook bij elkaar mogen pakken, dat er 1 van de groep loopt en dat er gefluisterd wordt 

Daarna kan je de link leggen met de mindmap waar ze al een verhaal samengevat hebben. Staan daar ook kernwoorden op? 

Als extra opdracht wil ik ze nog een eigen verhaal laten kiezen, kernwoorden laten onderstrepen en daar een elfje van maken. Deze wil ik volgende week doen
 
Aan het einde van de les....
Weet je wat kernwoorden zijn
Kun je kernwoorden kleuren in een tekst
Kun je met sleutelwoorden een samenvatting maken. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies