H3 Woordenschat- 2

Goedemorgen!
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.
  • Leesboek
  • Lesboek Nieuw Nederlands
  • Pen
timer
2:00
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen!
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.
  • Leesboek
  • Lesboek Nieuw Nederlands
  • Pen
timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Lezen in je boek
timer
8:00

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen? -1-

  • Lesdoel  Woordenschat Hoofdstuk 3
  • Herhalen Theorie Woordenschat H3
  • Maken opdrachten H3
  • Nakijken opdrachten H3
  • Evaluatie les
  • Afsluiten

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen hoofdstuk 3 Woordenschat
Ik  weet de betekenis van veelvoorkomende voorvoegsels
Ik kan de betekenis van woorden vinden met behulp van voorvoegsels.

Slide 4 - Tekstslide

Voorvoegsel

Er zijn woorden met een stukje ervóór, 
dat is een voorvoegsel.

Dus:
onaardig betekent niet aardig
Bijvoorbeeld: het stukje on- betekent niet.

Slide 5 - Tekstslide

Veelvoorkomende voorvoegsels
Voorbeeld

a-: niet

anti-: tegen

non-: niet

mis-: verkeerd, fout

wan-: slecht, verkeerd

her-: weer, opnieuw

ex-: niet meer

mini-: heel klein

inter-: tussen 2 of meer gebieden

asociaal

antipthie

non-actief

misdragen

wantoestand

herinrichten

ex-man

minibus

interland

Slide 6 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Maken opdracht 1, 2,3 en 4  vanaf bladzijde 105

Ben je klaar? Maak opdracht 7, 8 en 9

Heb je een vraag? Steek je vinger op.

Slide 7 - Tekstslide

Nakijken opdrachten Woordenschat
Opdracht 1
1 verkeerd gedraagt
2 niet verstandig
3 opnieuw bouwen
4 zonder te stoppen
5 slechte smaak
6 buurman van vroeger, vroegere buurman
7 wedstrijd tussen twee landen

Slide 8 - Tekstslide

Nakijken opdrachten Woordenschat
Lezen tekst 1 - bladzijde 106 
Opdracht 2
1 keuzes = dingen die je kiest
besteed = gebruik voor
bewust = als je heel goed weet dat je het doet/met opzet
in de gaten hebt = merkt
producten = dingen die gemaakt zijn
2 Je geeft geld uit zonder dat je het merkt.
3 abonnement + geld

Slide 9 - Tekstslide

Nakijken opdrachten Woordenschat
Opdracht 2
4 Abonnementsgeld is geld dat je betaalt voor een abonnement (voor bijvoorbeeld een tijdschrift of je telefoon)
5 uitgaven die niet moeten, die je voor je plezier doet, die je voor leuke dingen doet (uitgaven die mogen)
6 een verkeerde koop


Slide 10 - Tekstslide

Nakijken opdrachten Woordenschat
Opdracht 3
1 munten en bankbiljetten
2 minder uitgeven
3 hoogstens 5 euro
4 ja
5 te weinig geld
6 je moet iets bestellen
7 zeker

Slide 11 - Tekstslide

Nakijken opdrachten Woordenschat
Opdracht 4
1 Op deze site kun je verschillende producten met elkaar vergelijken.
2 De ober vroeg: ‘Mag ik u een drankje aanbieden?’
3 Hoe voorkom jij dat je te veel geld uitgeeft?
4 Je kunt elke euro maar één keer uitgeven.
5 Weet jij wat het maximale aantal deelnemers aan het toernooi is?
6 De fans van de zanger waren massaal naar het hotel gekomen waar hij logeerde.
7  De jury was heel positief over het optreden van Jamie.

Slide 12 - Tekstslide

Maken opdracht 7, 8 en 9
Bladzijde 109

Klaar? 
Ga naar:

https://www.cram.com/flashcards/games/jewel/wb-2b-woordenschat-h3-11085832

Ook in Magister bij dit uur te vinden.

Slide 13 - Tekstslide

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 14 - Tekstslide

Tot de volgende les!

Slide 15 - Tekstslide

Nakijken opdrachten Woordenschat
Opdracht 7
onbewust = als je niet weet dat je het doet
ongeschikt = niet goed te gebruiken
onvoordelig = duur
onvrijwillig = omdat het moet
herbeleven = nog een keer meemaken
ex-auteur = iemand die schrijver is geweest
wanproduct = ding dat heel slecht gemaakt is

Slide 16 - Tekstslide