trema, apostrof, accenttekens en cedille

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

TREMA, APOSTROF, ACCENTTEKENS EN CEDILLE

Spelling H1

Slide 3 - Tekstslide

Aan het eind van de les...
weet ik wanneer ik de juiste leestekens moet toepassen

Slide 4 - Tekstslide

Trema

Slide 5 - Tekstslide

Waar zet je de puntjes?
Je zet ze daar waar de klank anders wordt:
Zoölogie
Gedrieën
Bij drie of meer klinkers krijgen alleen de 'e' of de 'i' een trema:
Geuit is dus goed en niet geüit.
Drie of meer klinkers naast elkaar: direct na de 'i' geen trema:
ooievaar; aaien, dieet.




Slide 6 - Tekstslide

apostrof

Slide 7 - Tekstslide

Accenttekens
  • accent aigu: streepje voorover
  • accent grave: streepje achterover
  • accent circonflexe: dakje
  • cedille: 'komma' onder de c

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Is zestien ampere/ampère genoeg?

Slide 10 - Open vraag

Haar acné/acne is soms erg opvallend.

Slide 11 - Open vraag

Is dat wel lekkere patee/paté?

Slide 12 - Open vraag

Hij wilde persé/per se naar de film.

Slide 13 - Open vraag

Die enquete/enquête is opgesteld door de leerlingen.

Slide 14 - Open vraag

Is dat nu echt serieus/sérieus?

Slide 15 - Open vraag

Voila/Voilà, daarmee is het werk afgelopen.

A
Voila
B
Voilà

Slide 16 - Quizvraag

Okee/Oké, daar kan ik me wel bij neerleggen.

A
Okee
B
Oké

Slide 17 - Quizvraag

Beheers je de leerdoelen? Zo niet; wat vind je nog lastig?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide