4.1 en 4.2 herhalen

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is voortplanting?

Slide 2 - Woordweb

Wat is seksualiteit?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Secundaire geslachtskenmerken van de man

Slide 6 - Woordweb

Secundaire geslachtskenmerken van de vrouw

Slide 7 - Woordweb

Sleep de onderstaande secundaire geslachtskenmerken naar het juiste vak (zie boven).
secundaire geslachtskenmerken
jongen
secundaire geslachtskenmerken
beiden
secundaire geslachtskenmerken
meisje
borsten
groeispurt
baard in de keel
bredere heupen
okselhaar
gespierdere lichaamsbouw
actiever worden zweetklieren
gezichtsbeharing
volgroeien schaamlippen

Slide 8 - Sleepvraag

4.2 - Een vrouw

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

In de afbeelding hiernaast staan de organen van het mannelijk voortplantingsstelsel. Er staan acht organen aangegeven met een cijfer. Sleep de groene namen achter het juiste cijfer.
kleine schaamlip
vagina
clitoris
grote schaamlip
eileider
baarmoeder
urineblaas
eierstok

Slide 11 - Sleepvraag

Slide 12 - Tekstslide

In de afbeelding hiernaast staan de organen van het mannelijk voortplantingsstelsel. Er staan acht organen aangegeven met een cijfer. Sleep de groene namen achter het juiste cijfer.
kleine schaamlip
vagina
clitoris
grote schaamlip
eileider
baarmoeder
urineblaas
eierstok

Slide 13 - Sleepvraag

Slide 14 - Tekstslide

Wat is het maagdenvlies?
A
Het maagdenvlies is een afsluiting van de vagina
B
Het maagdenvlies een orgaan van de man
C
Het maagdenvlies is een slijmvliesplooi aan het begin van de vagina

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Wat is menstruatie?
A
Als er een eicel vrijkomt
B
Ovulatie
C
Als het baarmoederslijmvlies loslaat.

Slide 18 - Quizvraag

Wat kunnen vrouwen gebruiken tijdens de menstruatie?

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Tekstslide

Hoe lang duurt de menstruatie ongeveer?
A
1 dag
B
4 dagen
C
14 dagen
D
28 dagen

Slide 21 - Quizvraag

Op welke dag van de menstruatiecyclus start de menstruatie?
A
1
B
5
C
14
D
28

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide