wk 24: de zakelijke mail

wk 24: Schrijfproject
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

wk 24: Schrijfproject

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

Terwijl de ene helft van de klas de herkansing van de leestoets heeft gemaakt, heeft de andere helft de werkwoordspelling opgefrist.

Slide 2 - Tekstslide

Werkwoordspelling? 
Wanneer schrijf ik een 't' en wanneer 'dt'? Welke regels gebruik ik voor de persoonsvorm en welke voor het voltooid deelwoord? 

Laten we een klein stukje oppakken!

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht: noteer de verleden tijd van de volgende ww:
faxen                            hij....
antwoorden              hij....
beven                           hij...
computeren              hij....
blazen                          hij...
ontvangen                 hij...
TIP: 
maak het ww langer: 
beefde of beefte?

Slide 4 - Tekstslide

persoonsvorm tt                 -->       werken
persoonsvorm vt                 -->       langer maken of
                                                             't x kofschip

voltooid deelwoord             -->       langer maken of
                                                             't x kofschip

Slide 5 - Tekstslide

De zakelijke mail
Een zakelijke mail is een mail die je naar iemand stuurt die je niet zo goed kent. De mail hoeft niet altijd over iets 'zakelijks' te gaan. Ook naar je docent stuur je een zakelijke mail. Wat is een zakelijke mail precies? Laten we eens kijken wat jullie kennis hierover op dit moment is. 

Slide 6 - Tekstslide

Een zakelijke e-mail is:
A
formeel
B
informeel

Slide 7 - Quizvraag

Kies de juiste aanhef...
A
Hallo meneer, mevrouw,
B
Geachte meneer, mevrouw,
C
Geachte meneer en mevrouw,

Slide 8 - Quizvraag

In een zakelijke e-mail spreek je de ander aan met 'U'
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Kies de juiste afsluiting, slotgroet..
A
Groetjes,
B
Met vriendelijke groet,
C
Met vriendelijke groet
D
Met vriendelijke groeten,

Slide 10 - Quizvraag

Onder je e-mail zet je
A
je voornaam
B
je achternaam
C
je voor- en achternaam

Slide 11 - Quizvraag


Hey hallo,

Ik ben Maarten. Ik zou graag gratis info over het Achterhuis willen hebben. Ken jij mij die sturen? Ik wil natuurlijk een goed cijfer halen voor geschiedenis.
Het dagboek van Anne Frank heb ik al voor het vak Nederlands gelezen. Dat is wel ff een indrukwekkend boek zeg! Volgende week houdt ik mijn spreekbeurt dus of je een beetje op wil schieten met de info. Bye.


Emilio

Wat had dit voor een brief moeten zijn? 

A
Zakelijke brief
B
Persoonlijke brief

Slide 12 - Quizvraag

Wat doet Emilio fout?
Schrijf 3 zaken op!
Hey hallo,
Ik ben Maarten. Ik zou graag gratis info over het Achterhuis willen hebben. Ken jij mij die sturen? Ik wil natuurlijk een goed cijfer halen voor geschiedenis.
Het dagboek van Anne Frank heb ik al voor het vak Nederlands gelezen. Dat is wel ff een indrukwekkend boek zeg! Volgende week houdt ik mijn spreekbeurt dus of je een beetje op wil schieten met de info. Bye.

Slide 13 - Open vraag

Let op het volgende:
Regels:

  • Aanhef: Beste meneer De Groot of Geachte meneer/mevrouw,
  • Geef geen overbodige informatie.
  • Spreek de persoon aan met u.
  • Sluit af met een beleefde groet en je 
     voor- en achternaam.
  • Controleer je mail voordat je de mail verzendt op fouten

Slide 14 - Tekstslide

Theorie: hoe schrijf ik de namen?
Geachte meneer De Groot,
Beste J.de Groot,
Geachte Jan de Groot,
Beste meneer Van de Broek,
Beste J. van de Broek,
Geachte Jan vd Broek
Waar de naam begint, start de hoofdletter!

Slide 15 - Tekstslide

Wat zet je waar? 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Afsluiting
Huiswerk volgende les:


Geen huiswerk!
In de volgende les gaan we verder met deze zakelijke mail. 


Slide 19 - Tekstslide