In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Video
Bs 5: Het Immuunsysteem
Slide 2 - Tekstslide
Welke bestanddelen in je bloed zorgen er voor dat je bloed bij een wondje een hard korstje wordt?
A
bloedplaatjes
B
witte bloedcellen
Slide 3 - Quizvraag
Iemand heeft Resus negatief bloed . Welk bloed kan hij krijgen ?
A
Resuspositief en resusnegatief bloed
Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
5
1
Stel het aantal punten invoor deze vraag.
Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
Differentiëer
Differentiëer
Instellingen
Bij kinderen die worden ingeënt met de dktp-prik (difterie, kinkhoest, pokken en tetanus) en de BMR-prik(Bof, rode hond en mazelen)worden verzwakte ziekteverwekkers ingespoten.. Worden bij een vaccinatie antigenen ingespoten? En worden antistoffen ingespoten?
A
Alleen antigenen
B
Alleen antistoffen
C
Zowel antigenen als antistoffen
Quizvraag
Resus positief bloed
B
Resusnegatief bloed
C
Kan je zo niet zeggen
Slide 4 - Quizvraag
Bloed in de longslagader is:
A
Zuurstofrijk
B
Zuurstofarm
Slide 5 - Quizvraag
Het bloed in de nierslagader is
A
zuurstofrijk
B
zuurstofarm
Slide 6 - Quizvraag
Welke twee bestanddelen van bloed heb je nodig om bloed te laten stollen?
A
Bloedplaatjes en hemoglobine
B
Rode bloedcellen en fibrinogeen
C
Bloedplaatjes en fibrinogeen
D
Bloedplasma en fibrinogeen
Slide 7 - Quizvraag
Bloed is altijd rood
A
Juist
B
Niet juist
Slide 8 - Quizvraag
Het hart pompt bloed door ons lichaam. Toch heeft het hart zelf ook bloed nodig. Hoe heten de bloedvaten die het hart van zuurstofrijk bloed voorzien?
A
Holle ader
B
Kransader
C
Kransslagader
D
Longader
Slide 9 - Quizvraag
Wat doet het bloed?
A
Zuurstof maken
B
Zuurstof vervoeren
C
Koolstofdioxide en voedingstoffen vervoeren
D
C en B zijn juist
Slide 10 - Quizvraag
De wanden van het hart
A
zijn overal even dik
B
zijn bij de linkerkamer dikker dan de rechterkamer
C
zijn bij de rechterkamer dikker dan bij de linkerkamer
D
zijn bij de boezems dikker dan bij de kamers
Slide 11 - Quizvraag
In welk deel van het hart, stroomt zuurstofrijk bloed het hart in?
A
Linkerkamer
B
Rechterkamer
C
Linkerboezem
D
Rechterboezem
Slide 12 - Quizvraag
Wat veroorzaakt COVID-19?
A
Virus
B
Bacterie
C
Schimmel
Slide 13 - Quizvraag
Bs 5: Het Immuunsysteem
Je kunt beschrijven hoe antistoffen bescherming bieden tegen infecties.
Je kunt beschrijven op welke manieren immuniteit kan ontstaan.
Je kunt omschrijven wat er aan de hand is bij een allergie.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Wat kunnen deze dingen veroorzaken?
Slide 31 - Tekstslide
Allergie
Overgevoelig
Immuunsysteem reageert op de stof
Als je vaak in contact komt: Anafylactische reactie
Slide 32 - Tekstslide
Kunstmatige immuniteit ontstaat door...
A
de ziekte doorlopen
B
vaccineren/inenten
Slide 33 - Quizvraag
Antigeen of antistof? Een griepvirus dat binnendringt in je lichaam heeft bij zich....