Palliatieve zorg

Palliatieve zorg
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Palliatieve zorg

Slide 1 - Tekstslide

Wat is palliatieve zorg?
Palliatieve zorg is zorg die niet tot doel heeft te genezen, omdat dat niet meer mogelijk is. Kan lang duren.

DOEL: 
  • Zo lang mogelijk een leven met goede kwaliteit mogelijk maken, volgens eigen wensen en keuzes van cliënt en zijn naasten. 
  • Voorkomen en verlichten van klachten en ongemakken.
 


DOEL: 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is terminale zorg?
Terminale zorg is zorg aan cliënten met een levensverwachting van ongeveer 3 maanden. 

DOEL: 
  • Ziekteverschijnselen (pijn, jeuk en benauwdheid bestrijden).
  • Steun bij niet-lichamelijke klachten, zoals angst of depressiiviteit.
  • Praktische maatregelen om de laatste levensfase zo goed mogelijk te laten verlopen (bv waar iemand sterft).

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Symptoomcontrole
De lichamelijke verzorging. Hier ligt het accent op het bevorderen van het comfort. Echte medische "behandeling" wordt stopgezet, met uitzondering van pijnbestrijding en andere comfort-verhogende maatregelen. Een van de aspecten van deze vorm van palliatieve zorg is palliatieve sedatie. (uitleg volgende dia)

Psychologische zorg. Aandacht en begrip voor emotie. Een aanbod (geen verplichting) in het helpen aanvaarden.
Omgevingszorg of sociale aspecten. Ook voor de familie (dikwijls de partner) maakt men tijd om het aanvaardings- en rouwproces te verwerken.
Spirituele/geestelijke verzorging (dominee, pastoor, imam) alleen op verzoek van de cliënt



Slide 5 - Tekstslide

Palliatieve sedatie - euthanasie
Palliatieve sedatie of terminale sedatie is het toedienen van slaapmedicatie tijdens de stervensfase van een cliënt. De patiënt overlijdt uiteindelijk aan zijn ziekte; een natuurlijke doodsoorzaak. Doel: het lijden van de patiënt te verlichten.

Euthanasie: het leven wordt actief beëindigd door middel van het toedienen van medicamenten. Dan overlijdt een patiënt ten gevolge van het toedienen van medicatie; een niet-natuurlijke doodsoorzaak.

 

Slide 6 - Tekstslide

aspecten in de palliatief-terminale zorg
  • Kwaliteit van leven
  • Autonomie van de cliënt: zelfbeschikking
  • Symptoomcontrole
  • Anticiperen, dat wil zeggen vooruit lopen op en herkennen van situaties, vragen
  • Integrale en multidisciplinaire benadering: iedereen werkt samen vanuit dezelfde afspraken en principes
  • Zorg voor naasten






Slide 7 - Tekstslide

Tekenen van het naderende einde

  • Nauwelijks reflexen, minder bewegen 
  • De ademhaling gaat moeizamer, is zwaar en diep, blijft weg, stokt soms. 
  • De huid voelt klam en koud aan. Er kunnen blauwe vlekken op de huid ontstaan
  • De hartslag wordt steeds zwakker.
  • De pupillen verwijden zich als het zuurstoftekort toeneemt. De blik wordt starend, doffe ogen. 
  • De bloeddruk daalt en de temperatuur stijgt.
  • De zorgvrager kan steeds verder zijn bewustzijn verliezen. 
  • Zorgvragen kan onrustig, angstig of verward worden.
  • In deze fase van het naderende einde blijft de familie of iemand anders waken bij de zorgvrager

Slide 8 - Tekstslide

Wat wordt er van jou als verzorgende verwacht?
Ten opzichte van de cliënt:
Bespreek met de cliënt en de familie/naasten de verwachtingen 
Iedere dag, zelfs ieder uur, kan de situatie anders zijn, dus voor je naar binnen gaat, stel je je op de hoogte van wat je kunt verwachten en wat er van jou wordt verwacht
Doe je zorgtaken op een rustige manier, zodat het de stervende mens zo weinig mogelijk stoort
Probeer zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de wensen van de zorgvrager (denk ook aan de familie en de naasten)




Slide 9 - Tekstslide

Wat wordt er van jou als verzorgende verwacht?
Ten opzichte van de lichamelijke verzorging van de cliënt:
Iedere cliënt en iedere situatie is anders, overleg met de zorgvrager over de te verlenen zorg
Verleen de afgesproken zorg rustig en doordacht, wees voorbereid. 
Vergeet de mondverzorging niet. 


Slide 10 - Tekstslide

Wat wordt er van jou als verzorgende verwacht?
Ten opzichte van de familie:
Heb begrip voor de verschillende manieren waarop mensen hun verdriet uiten, je mag daar geen oordeel over hebben.
Wees discreet. Ook al ken je de mensen uit je omgeving, praat er niet over met anderen.
Vraag regelmatig of je iets kunt doen. Wanneer er geen gastvrouw aanwezig is, zorg dan voor koffie en thee.



Slide 11 - Tekstslide

Wat wordt er van jou als verzorgende verwacht?
Ten opzichte van jezelf:
Blijf niet zitten met vragen of emoties, praat er over met collega’s.
Bewaak je grenzen. Je bent geen maatschappelijk werker of dominee, je bent als verzorgende professional in de zorg en dat is belangrijk genoeg!
Ook na het overlijden, kan het goed zijn om er nog eens over te praten met een collega.
Wees er voor je collega’s.
Blijf jezelf.




Slide 12 - Tekstslide

Wanneer je in de zorg werkzaam bent kom je in aanraking met verlies, verdriet, sterven en rouw. Deze thema’s hebben niet enkel invloed op de betreffende zorgvrager, maar kennen ook hun weerslag op jou.
Omgaan met sterven en rouw, verlies en verdriet van een ander is emotioneel belastend voor mensen die in de zorg werkzaam zijn.
Het kan ervoor zorgen dat je zelf verdriet of verlies ervaart of dat het je herinnert aan een zelf doorgemaakte periode van verlies en verdriet.



Slide 13 - Tekstslide

VRAGEN
  1. Hoe ga jij in het algemeen om met rouw en verdriet?
  2. Hoe kun je hier als professional nu het beste mee om gaan?
  3. Met betrekking tot palliatief-terminale zorg: wat doe je als verzorgende wel en wat doe je niet?

Slide 14 - Tekstslide

De Chinese begrafenis 
- voorouders zijn belangrijk
- de ziel mag niet te snel weg (lichaamsopeningen vullen of mes)
- witte doeken aan het huis, witte kleding, luid rouwen om de goden te vertellen dat hij overleden is
- wassen, alles wordt verbrand, nieuwe kleren aan
- de ziel maakt een reis van 7 weken, de overledene krijgt eten en geld mee
- knallend vuurwerk, veel eten daarna

Slide 15 - Tekstslide

De Joodse begrafenis
- je mag niets regelen vóór diegene overleden is, zsm begraven
- bezoek aan een stervende is een heilige plicht 
- na het overlijden mag niemand de overledene meer zien
- bij het hoofd een lamp of kaard branden omdat de ziel nog aanwezig is
- ieder is gelijk in de dood, dus eenvoudige katoenen kleding en een onbewerkte houten kist
- 7 dagen op een krukje zitten; niet scheren/opmaken; 1 jaar lang niet feesten

Slide 16 - Tekstslide

De islamitische begrafenis
- begraven richting Mekka, eeuwige grafrust
- (minstens) 3 keer wassen
- hoe meer mensen komen bidden, hoe groter de kans dat je in het paradijs komt
- binnen 24 uur begraven
- na de begrafenis 3 dagen condoleance, 40 dagen rouw
- weduwe mag 4 maanden geen makeup of sieraden dragen

Slide 17 - Tekstslide

De creoolse begrafenis
- Iedereen in het wit gekleed
- alles gaat vanuit het dodenhuis
- wassen met alcohol en reinigingsrituelen
- zingend en dansend naar de begraafplaats om boze geesten in de war te brengen
- avondwake met eten, drinken, bidden, herinneringen, zingen en dansen
- winti: de kist is een nieuw thuis, dus allerlei voorwerpen meegeven
- 8 dagen zwarte rouw, 6 weken zwart/wit en 6 maanden zw/w/paarsblauw

Slide 18 - Tekstslide

De begrafenis bij het hindoeïsme
- crematie (sneller terug naar de bron)
- reïncarnatie
- dood is positief; lichaam was maar tijdelijk
- wassen, daarna geestelijke reiniging
- oudste zoon scheert zijn haar af
- nek breken, daarna cremeren, as uitstrooien
- 10 dagen rouw. Daarna op dag 12,  na 6 mnd en na 1 jaar ceremonie

Slide 19 - Tekstslide

De begrafenis bij het Boeddhisme
- reïncarnatie
- na overlijden 8 uur lichaam niet aanraken zodat de geest rustig weg kan
- zo veel mogelijk bezoek, open kist
- witte kleding
- 1e week dienst in tempel of in huis, daarna na 49 dagen, na 100 dagen en daarna ieder jaar op herdenkingsdagen voor voorouders

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide