Reading

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today's programme
  1.  Aan het einde van deze les kennen jullie de verschillende lees strategieën om te gebruiken tijdens het eindexamen. 
  2. Je kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse teksten zoals advertenties, folders, menu's en dienstregelingen en je kan korte, eenvoudige, persoonlijke brieven begrijpen.

Slide 2 - Tekstslide

What is expected of you?
B1 Niveau.
''Je kan zeer korte eenvoudige teksten lezen. Je kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse teksten zoals advertenties, folders, menu's en dienstregelingen en je kan korte, eenvoudige, persoonlijke brieven begrijpen.“

Slide 3 - Tekstslide

Wat voor lezer ben jij?

Slide 4 - Open vraag

Welke lees strategieën ken je?

Slide 5 - Open vraag

Lees strategieën
Foto's / headings: Bedenk wat je op bais van de fotot's of kopjes die bij de tekst horen al weet.
Skimmen: De tekst snel lezen zodat je ongeveer weet waar de tekst over gaat. Je bekijkt de opvallende stukjes en per alinea de eerste en laatste zin. Je gebruikt skimmen bij vragen die gaan over de hele tekst, je zoekt naar aanwijzingen voor het antwoord
Scannen: Je gaat op zoek gaat naar specifieke informatie. Zoek uit waar het antwoord op de vraag staat en lees dit stukje intensief.
Intensief lezen: Lees elk woord en zorg dat je het stukje tekst begrijpt.

Slide 6 - Tekstslide

Covid and teenagers: A definite mismatch

Slide 7 - Open vraag



Slide 8 - Open vraag

Time to read.
Read the texts and answer the questions.

Slide 9 - Tekstslide

Deel 1: Meerkeuze
Ga hier naar de tekst.

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de belangrijkste boodschap van alinea 2?
A
Het maakt weinig uit wat je eet, als je maar niet teveel van alles eet.
B
Het maakt weinig uit wat je eet, als je maar niet teveel van alles eet en bepaalde dingen niet eet.
C
Het maakt weinig uit wat je eet, het belang van gezond eten wordt vaak overschat.

Slide 11 - Quizvraag

Welk voedsel past NIET bij het mediterrane dieet?

A
verwerkt vlees
B
noten en vis
C
groente en fruit

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent de zin: "Even a moderate adherence to these healthy dietary patterns was associated with an important reduction in the risk of developing depression".
A
Je houden aan een gezond dieet heeft geen invloed op het krijgen van een depressie.
B
Je op een redelijke manier houden aan een gezond dieet, vermindert de kans op een depressie.
C
Depressies houden nauwelijks verband met een ongezond dieet.

Slide 13 - Quizvraag

Aan het begin van hun onderzoek interviewden onderzoekers studenten. Na hoeveel tijd deden de studenten opnieuw mee?
A
Na 10 jaar
B
Na 8,5 jaar
C
Wordt niet genoemd in de tekst.

Slide 14 - Quizvraag

Wie is de schrijver van het nieuwsbericht?
A
Agata Blaszczak Boxe
B
Iemand die werkt voor LiveScience
C
Almudena Sanchez-Villegas

Slide 15 - Quizvraag

Deel 2: Numbers
In dit gedeelte ga je op zoek naar getallen uit de tekst. Kopieer en plak ze uit de tekst. Soms moet je twee antwoorden invullen.

Voorbeeldvraag:
The date when this newspaper article was published
Antwoord:
21st/09/2015

Slide 16 - Tekstslide

The number of graduate students that took part in the research study.

Slide 17 - Open vraag

The number of years after which people in the study were diagnosed with depression.

Slide 18 - Open vraag

By what percentages is the risk of depression reduced when adherring to the Mediterranean diet?

Slide 19 - Open vraag

The years when Mr. Sanchez-Villegas published his early work.

Slide 20 - Open vraag

The date when a new study was published on the journal.

Slide 21 - Open vraag

What can you do at home?
  • Kijk films en series met Engelse ondertiteling.
  • Bezoek engels talige websites en lees Engels talige artikelen.
  • Wanneer je een Engels liedje luistert, check even de lyrics!

Slide 22 - Tekstslide

What did we do?
Welke lees strategieën ken je?
Hoe kan je je voorbereiden?
Waar heb je nog moeite mee?

Slide 23 - Tekstslide