Zorgverlening, beroep en organisatie mod 5 Multidisciplinaire samenwerking 10-1

Zorgverlening, beroep en organisatie

Module 5 samenwerken in de zorg
Multidisciplinaire samenwerking
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Zorgverlening, beroep en organisatie

Module 5 samenwerken in de zorg
Multidisciplinaire samenwerking

Slide 1 - Tekstslide

Multidisciplinaire samenwerking 1
Discipline: een specifiek vakgebied met een bepaalde deskundigheid.

Om de doelen in het zorgplan te bereiken zijn afstemming en samenwerking noodzakelijk.

De complexiteit van de zorg wordt mede bepaald door het aantal disciplines dat zorg en ondersteuning biedt aan de individuele zorgvrager.

Slide 2 - Tekstslide

Multidisciplinaire samenwerking 2
Informatie uitwisselen en afstemming is steeds belangrijker. Je moet voorkomen dat je langs elkaar heen werkt. Je hebt elkaar nodig en je kunt zelfs niet zonder elkaar om de zorg zonder 'gaten' of overlappingen te laten verlopen. Hier geldt dus: het geheel is meer dan de som der delen!

Jouw taken als verzorgende zijn het overzicht houden op de taken die je moet verrichten, overleg voeren en de continuïteit en coördinatie van de zorg bewaken.

Slide 3 - Tekstslide

kenmerken chronische aandoening
  • de ziekte is niet te genezen;
  • de problemen (veroorzaakt door de aandoening) kunnen alleen nog bestreden worden door medicijnen te geven, specifieke behandelingen te ondergaan of door zich te houden aan leefregels;
  • de ziekte verergert in de loop van de tijd;
  • de ziekte heeft gevolgen voor het lichamelijk en/of geestelijk functioneren;
  • het verloop van de ziekte is grillig en onvoorspelbaar.




Slide 4 - Tekstslide

Samenwerking in een keten
Bij ketenzorg spreken alle betrokken zorgprofessionals af wat het uiteindelijke doel van het zorgtraject is, en wie wat op welk moment doet. Door een goede samenwerking, de juiste zorg op de juiste plaats en door de juiste zorgverlener wordt de kwaliteit van de zorg gewaarborgd.

Organisaties streven eigen doelstellingen na en hebben daarmee diverse belangen.

Slide 5 - Tekstslide

Samenwerking in een keten
Bij de zorg van sommige chronische aandoeningen is de hulp van meerdere artsen en zorgverleners nodig. Iemand met een chronische aandoening heeft langdurig last van dezelfde aandoening. Deze ziekte kan lichamelijk of psychisch zijn. De ziekte duurt minstens drie maanden of leidt tot meer dan drie ziekteperioden per jaar.

Bv: diabetes mellitus, cystic fibrosis, reuma en multiple sclerose
 


Slide 6 - Tekstslide

Zorgstandaard
Zorgstandaard = een omschrijving van de zorg die een verzekerde moet ontvangen bij een bepaalde aandoening. Deze omschrijving is door zorgverleners afgesproken. 

De zorgstandaard vormt het uitgangspunt voor de zorg die de verzekerde ontvangt en wie deze zorg geeft.

Bv diabetes mellitus type 2; vasculair risicomanagement; COPD.


Slide 7 - Tekstslide

Samenwerking in een organisatie
Het afstemmen van de zorg vindt meestal plaats in het multidisciplinair overleg (MDO), dat op vaste tijden plaatsvindt. Voor het MDO is over het algemeen een procedure opgesteld. In het MDO wordt gezamenlijk de behandeling en begeleiding van een zorgvrager vastgesteld. Iedere discipline brengt in waar de aandacht op gericht moet zijn. De inbreng van de verschillende zorgverleners zorgt ervoor dat de kwaliteit van zorg zo groot mogelijk is en blijft. 

Slide 8 - Tekstslide

interdisciplinair samenwerken
Verschil tussen multidisciplinair en interdisciplinair samenwerken: 
de volgorde waarin werkzaamheden plaatsvinden. 
Multidisciplinair samenwerken: de verschillende disciplines voeren na elkaar de werkzaamheden uit (eerst de arts, dan de verpleegkundige en vervolgens de verzorgende). 
Bij interdisciplinaire samenwerking wordt er meer naast dan achter elkaar gewerkt, vindt er meer overleg vooraf plaats en komt een zorgplan eerder tot stand door onderlinge afstemming en uitwisseling van kennis en expertise. 

Slide 9 - Tekstslide

Beroepen- en kwalificatiestructuur 
Beroepsveld en beroep is constant in beweging
Dus: steeds nieuwe of veranderende kennis, vaardigheden en houding 
Heeft invloed op de structuur

Hoe hoger je komt in het beroep:
- zelfstandig beslissingen nemen en verantwoordelijkheid dragen;
- zonder standaardprocedures en -protocollen te werken (zelf bedenken); 
- werkzaamheden uitvoeren in verschillende en steeds andere situaties


Slide 10 - Tekstslide

Rollen
De helpende ondersteunt de zorgvrager, waarbij het accent ligt op huishoudelijk werk en de persoonlijke verzorging. 
Als verzorgende IG draag je bij aan het opstellen van een zorgplan en voer je dit uit. Je draagt zorg voor de woonomgeving en het huishouden, de lichamelijke verzorging en begeleiding van zorgvragers. 
De verpleegkundige is verantwoordelijk voor het bieden van zorg en begeleiding in het verpleegkundig proces en het uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. 

Slide 11 - Tekstslide

Eerstelijnszorg 1
Eerstelijnszorg is de zorg waarvan iedereen gebruik kan maken zonder verwijzing.
  • huisartsen (en praktijkondersteuners);
  • tandartsen (mondhygiënisten, orthodontisten en tandprothetici);
  • fysiotherapie;
  • apothekerszorg;
  • thuisverpleging (geen verwijzing nodig, maar wel een indicatie);
  • maatschappelijk werk;
  • psychologische zorg bij een consultatiebureau.






Slide 12 - Tekstslide

Eerstelijnszorg 2
  • basiszorg wordt betaald vanuit de basisverzekering
  •  sinds 2006 is iedereen verplicht verzekerd voor ziektekosten
  • als je weinig verdient kun je zorgtoeslag krijgen
  • zorgverzekeraars zijn verplicht iedereen te accepteren voor de basisverzekering
  • zorgverzekeraard hebben zorgplicht

Slide 13 - Tekstslide

Tweedelijnszorg 1
Het betreft zorg die gebaseerd is op een doorverwijzing vanuit de eerste lijn.
- specialisten in het ziekenhuis 
- revalidatie 
- psychische hulp 
Gaat iemand zonder verwijzing, dan zijn de kosten voor de zorgvrager zelf en krijgt hij deze niet vergoed vanuit de zorgverzekering. 
De meeste tweedelijnszorg wordt vergoed door de basisverzekering.

Slide 14 - Tekstslide

Samenwerken en technologie
- veel technologische ontwikkelingen
* hulpmiddelen in het ziekenhuis (operatierobots)
* domotica (huis of gebouw automatiseren)

Zorgtechnologie:
- genezen (cure) van mensen
- verzorgen en verplegen van mensen (care)
Bv monitoring, automatisch deuren openen

Slide 15 - Tekstslide

Samenwerken en technologie
Samenwerking tussen zorgverleners is steeds beter mogelijk door de technologische ontwikkelingen. Zowel interdisciplinair als multidisciplinair. Denk hierbij aan de uitwisseling van gegevens in digitale zorgdossiers.

Waarom niet alle systemen op elkaar aansluiten:
  • privacy (van gegevens)
  • beveiliging 
  • de wens van organisaties om informatie voor zichzelf te houden

Slide 16 - Tekstslide

Interdisciplinaire zorgverlening
Jij bent vaak de spil die ervoor zorgt dat alle zorgprofessionals goed samenwerken. Jij bent tevens degene die de andere disciplines betrekt bij het zorgproces. Jouw waarnemingen, observaties en signaleringen zijn van belang om te bepalen of een andere zorgprofessional nodig is.
Dit betekent dat je als verzorgende moet kunnen inschatten welke zorg de andere disciplines zouden kunnen leveren voor de zorgvrager. 

Slide 17 - Tekstslide

VRAAG
Wat is het verschil tussen multidisciplinair en  interdisciplinair?

Slide 18 - Tekstslide

ANTWOORD
Bij interdisciplinair samenwerken werken de verschillende disciplines niet na elkaar maar meer naast elkaar. 
Bij interdisciplinaire samenwerking ben je als verzorgende vaak in gesprek met een andere discipline om samen te komen tot een besluit over de zorg die nodig is. Bij interdisciplinaire zorg krijgt de zorgvrager daardoor eerder de zorg die hij nodig heeft.

Slide 19 - Tekstslide

Samenwerken met een groep verzorgenden is een vorm van multidisciplinaire samenwerking.
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Hoe meer disciplines samenwerken bij een zorgvrager, hoe complexer de zorg wordt.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Ketenzorg verbetert de kwaliteit van zorg.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Voor de meeste chronische aandoeningen is in Nederland een programma voor ketenzorg samengesteld.
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Het gebruik van een classificatiesysteem maakt multidisciplinair overleggen makkelijker.
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Interdisciplinair overleg is overleg tussen maximaal twee verschillende disciplines.
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Als verzorgende IG overleg je met anderen over de organisatie van de zorg.
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quizvraag

Als verzorgende IG vervul je de centrale rol binnen de eerstelijnszorg.

A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Eerstelijnszorg wordt betaald vanuit de basisverzekering.

A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quizvraag

Voor tweedelijnszorg heeft de zorgvrager een verwijzing nodig.

A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Verzorgenden werken alleen in de eerstelijnszorg.

A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quizvraag

In de samenwerking met andere zorgverleners speelt technologie een steeds grotere rol.
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quizvraag