Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
ADEMHALING
ADEMHALING
1 / 45
volgende
Slide 1:
Tekstslide
anatomie en fysiologie
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
45 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
4 videos
.
Lesduur is:
150 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
ADEMHALING
Slide 1 - Tekstslide
DOEL
Bestuderen werking ademhaling.
Bestuderen onderdelen van de luchtweg.
Slide 2 - Tekstslide
INHOUD LES
Functie ademhalingsorganen.
Bouw van de luchtweg.
Werking van de ademhaling.
Samenstelling van de lucht.
Manieren van ademhaling.
Slide 3 - Tekstslide
Waardoor wordt de luchtpijp afgesloten bij slikken
A
Door de huig.
B
Door het strottenklepje.
Slide 4 - Quizvraag
ADEMHALING
> Ons lichaam heeft
zuurstof
nodig voor verbranding van voedingsstoffen
> Bij de verbranding komt energie vrij in de vorm van:
Warmte
Arbeidsvermogen/beweging
Slide 5 - Tekstslide
FUNCTIE VAN DE ADEMHALINGSORGANEN
Het zuurstof van de ingeademde lucht vervoeren
naar
het bloed.
Het
afgeven
van kooldioxide aan de buitenlucht.
Slide 6 - Tekstslide
BOUW VAN DE WANDEN VAN DE LUCHTWEG
Van binnen naar buiten:
Binnenste
laag: slijmvlies met trilharen
Middelste
laag: glad spierweefsel
Buitenste
laag: bindweefsel
Slide 7 - Tekstslide
OPBOUW VAN DE LUCHTWEG
Neus
Keelholte met strottenhoofd
Luchtpijp
Grote luchtpijptakken =
bronchiën
Longen
Kleinere luchtpijptakjes
Longtrechtertjes met longblaasjes
Slide 8 - Tekstslide
FUNCTIE NEUS
Zuivering
door reukzintuig.
Reiniging
door trilharen.
Bevochtiging
door slijmvlies.
Verwarming
door haarvaten van het slijmvlies.
Onschadelijke maken
van ziektekiemen.
Slide 9 - Tekstslide
KEELHOLTE
Plaats: tussen de huig en het strottenklepje.
Is een doorgangsweg voor voedsel, drinken en lucht
Slide 10 - Tekstslide
STROTTENHOOFD
Zit onder de keelholte en
boven
de luchtpijp.
Is opgebouwd uit
kraakbeen.
Slide 11 - Tekstslide
STEMBANDEN
Aan de
binnenzijde
van het strottenhoofd.
Bij spreken is de stemspleet
gesloten.
Slide 12 - Tekstslide
FUNCTIES STROTTENHOOFD
Lucht gaat erlangs
Stemvorming.
Afsluiten
luchtpijp
bij slikken
door
strottenklepje.
Slide 13 - Tekstslide
LUCHTPIJP
Ligt in de borstholte
VOOR
de slokdarm.
Opgebouwd uit 16 tot 20 kraakbeenringen
Ze zijn aan de achterzijde afgeplat (hoefijzervormig).
Functie kraakbeenringen:
open en buigzaam houden van de luchtpijp
Slide 14 - Tekstslide
Bronchiën
Kraakbeenringen zijn rond.
De takken komen uit in de longen.
De
linker
tak splitst zich in
tweeën.
De
rechter
tak splitst zich in
drieën.
Slide 15 - Tekstslide
VERTAKKINGEN LUCHTPIJP
Ter hoogte van de
4e of 5e borstwervel
en de
aortaboog
vertakt de luchtpijp zich in 2 grote luchtpijptakken =
bronchiën.
Slide 16 - Tekstslide
LONGEN
Zijn opgebouwd uit kwabben.
De
linker
long uit
2
kwabben.
De
rechter
long uit
3
kwabben.
De longen zijn beide even actief.
Slide 17 - Tekstslide
LONGEN
Ze zitten in de borstholte vanaf even boven
1e rib tot middenrif.
Om de longen zit een dubbel vlies:
Binnenste =
longvlies
Buitenste =
borstvlies
(tegen de borstkas).
De longen bewegen zelf
NIET
(passief) maar gaan mee met de beweging van de vliezen.
Slide 18 - Tekstslide
LONGBLAASJES
Dit is het ademhalingsoppervlak want hier vindt
gaswisseling
plaats via de wanden van de longblaasjes.
De blaasjes zijn opgebouwd uit
1-lagig niet verhoornd plaveiselepitheel.
Over de longblaasjes ligt het bijzondere haarvatennet van de kleine bloedsomloop.
Slide 19 - Tekstslide
INADEMING
Zuurstof
wordt bij de longblaasjes
aan het bloed
afgegeven en door de rode bloedcellen naar de
cellen
vervoerd.
Slide 20 - Tekstslide
UITADEMING
Koolzuurgas
(koolstofdioxide) wordt via de
haarvaten
opgenomen uit de cellen en door de rode bloedcellen
naar de longen
vervoerd.
Slide 21 - Tekstslide
GASWISSELING
Gebeurt door
diffusie
(spontane uitwisseling van gassen van
hoge
concentratie naar
lage
concentratie).
Hoge concentratie
zuurstof
in longblaasjes dan gaat het naar het bloed.
Hoge concentratie
koolstofdioxide
in het bloed dan gaat het naar de longblaasjes.
Slide 22 - Tekstslide
SAMENSTELLING LUCHT BIJ
INADEMING
ONGEVEER:
20% zuurstof
79% stikstof
0,03 % kooldioxide
Waterdamp
SAMENSTELLING LUCHT BIJ
UITADEMING
ONGEVEER:
16% zuurstof
79% stikstof
4% kooldioxide
Waterdamp
Slide 23 - Tekstslide
LONGADEMHALING
=
uitwendige
ademhaling
tussen longen en bloed
CEL/WEEFSELADEMHALING
=
inwendige
ademhaling
tussen bloed en cellen/weefsels
Slide 24 - Tekstslide
REGELING ADEMHALING
Vanuit het
ademcentrum
in het
verlengde merg
van de hersenstam.
Het centrum wordt geprikkeld door het
koolzuurgasgehalte
van het bloed.
Slide 25 - Tekstslide
ADEMHALINGSSPIEREN
Tussenribspieren
Middenrif
Buikspieren
Slide 26 - Tekstslide
MIDDENRIF =
DIAFRAGMA
Vormt de
scheiding
tussen borstholte en buikholte.
Openingen voor:
Slokdarm
Aorta
Onderste holle ader
Lymfevaten
Zenuwen
Slide 27 - Tekstslide
WERKING MIDDENRIF BIJ
INADEMING
:
trekt samen en wordt dan
platter.
De
borstholte
wordt
groter.
De
buikholte
wordt
kleiner.
WERKING MIDDENRIF BIJ
UITADEMING:
ontspant en wordt dan
koepelvormig.
De
borstholte
wordt
kleiner.
De
buikholte
wordt
groter.
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Video
BORSTADEMHALING
=
hoge
ademhaling.
De
ribben
worden voornamelijk verplaatst.
BUIKADEMHALING
=
lage
ademhaling.
Het
middenrif
wordt voornamelijk verplaatst.
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Video
Slide 33 - Video
HYPERVENTILATIE
De ademhaling is te snel en te diep.
Oorzaken kunnen angst en spanning zijn.
De verhouding tussen zuurstofgas en koolzuurgas is uit balans.
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Video
Waardoor wordt de luchtpijp afgesloten bij slikken?
A
Door de huig.
B
Door het strottenklepje.
Slide 36 - Quizvraag
Uit hoeveel kwabben bestaat de linker long?
A
Uit 1 kwab.
B
Uit 2 kwabben.
C
Uit 3 kwabben.
Slide 37 - Quizvraag
Waaruit zijn de longblaasjes opgebouwd?
A
Uit 1-lagig niet verhoornd bindweefsel.
B
Uit 1-lagig niet verhoornd epitheelweefsel.
C
Uit 1-lagig verhoornd epitheelweefsel.
Slide 38 - Quizvraag
Hoeveel zuurstof zit er ongeveer in de lucht die wij inademen?
A
16%
B
20%
C
79%
Slide 39 - Quizvraag
Wat gebeurt er als je uitademt met de borstkas?
A
De borstkas wordt groter.
B
De borstkas wordt kleiner.
C
De borstkas verandert niet.
Slide 40 - Quizvraag
Wat is een ander woord voor middenrif?
A
Bronchie.
B
Diafragma.
Slide 41 - Quizvraag
Wat gebeurt er met het middenrif als je uitademt?
A
Het middenrif ontspant en wordt koepelvormig.
B
Het middenrif spant aan en wordt platter.
C
Het middenrif beweegt niet.
Slide 42 - Quizvraag
Waardoor wordt het ademcentrum geprikkeld?
A
Door het koolzuurgasgehalte van het bloed.
B
Door het stikstofgehalte van het bloed.
C
Door het zuurstofgehalte van het bloed.
Slide 43 - Quizvraag
Hoe vindt diffusie plaats?
A
Van hoge naar lage concentratie.
B
Van lage naar hoge concentratie.
Slide 44 - Quizvraag
Waardoor vindt gaswisseling plaats?
A
Door diffusie.
B
Door filtratie.
C
Door osmose.
Slide 45 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Gaswisseling en ademhaling
Augustus 2021
- Les met
33 slides
Biologie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
D2ATh3 B4 oefenen
April 2019
- Les met
31 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2
Gaswisseling
Januari 2019
- Les met
22 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
ADEMHALING
Januari 2023
- Les met
49 slides
anatomie en fysiologie
MBO
Studiejaar 1
ADEMHALING
Januari 2021
- Les met
37 slides
anatomie en fysiologie
MBO
Studiejaar 1
Domein B3: Stofwisseling van het organisme
Mei 2023
- Les met
52 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
ADEMHALING
Mei 2024
- Les met
37 slides
anatomie en fysiologie
MBO
Studiejaar 1
13.2 Gaswisseling + 13.3 Uitscheiding
Mei 2023
- Les met
38 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5