In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
9.4 Ziek (les 2)
Pak je laptop
Kom in deze LessonUp
Bedenk alvast een antwoord op de volgende vraag:
Wat houdt vaccineren in?
Slide 1 - Tekstslide
Wat houdt vaccineren in?
Slide 2 - Open vraag
Vandaag
- Terugblik 9.4 deel 1
-Uitleg 9.4 deel 2
-Zelfstandig afmaken van paragraaf 9.4 (opdracht 15 t/m 25)
Slide 3 - Tekstslide
Herhaling. Leg uit op welke 2 manieren een lichaamsvreemd organisme kan worden opgeruimd door je afweer. (overleggen mag)
Slide 4 - Open vraag
Herhaling
Op welke 2 manieren kan een lichaamsvreemd organisme worden opgeruimd door je afweer??
Slide 5 - Tekstslide
Hoe genees je?
Afweer: het uitschakelen van ziekteverwekkers -> witte bloedcellen
Vreetcellen: sluiten bacteriën in en verteren ze -> pus/etter = dode witte bloedcellen, verteerde bacteriën en resten van kapotte huidcellen. Vreetcellen zijn niet heel specifiek
Slide 6 - Tekstslide
Hoe genees je?
Afweer: het uitschakelen van ziekteverwekkers -> witte bloedcellen
Antistofcellen: WBC die antistoffen maken
Ziekteverwekker komt in lichaam
Antistofcellen maken juiste antistof
Antistofcellen delen snel = + antistoffen
Antistoffen koppelen en schakelen ziekteverwekkers uit
Vreetcellen sluiten ze in en verteren ze
Slide 7 - Tekstslide
Vandaag leer je:
-Waarom je koorts krijgt
-Hoe vaccinatie werkt
-Waarom het afweersysteem soms uitgeschakeld moet worden
Slide 8 - Tekstslide
Als je witte bloedcellen een indringer met lichaamsvreemde antigenen tegenkomt is de kans groot dat je koorts krijgt.
Overleg met je buur waarom dat nuttig kan zijn.
timer
2:00
Slide 9 - Open vraag
Waarvoor krijg je koorts?
Koorts doordat witte bloedcellen stofjes maken waardoor de hypothalamus lichaamstemperatuur verhoogt
Bloed stroomt sneller en voer je de afvalstoffen van ziekteverwekkers sneller af
Witte bloedcellen maken sneller antistoffen
> 42 graden Celsius is gevaarlijk, waarom?
Slide 10 - Tekstslide
Vraag
Veel mensen slikken bij koorts paracetamol. Deze stof zorgt ervoor dat de hypothalamus weer de normale lichaamstemperatuur aangeeft.
De koorts zakt dan.
Word je door paracetamol ook sneller beter?
Slide 11 - Tekstslide
Vaccinatie
Geheugencellen
Immuniteit
Passieve en actieve immuniteit
Bron: 9.4 'wat gebeurd er als je ingeent wordt '
Slide 12 - Tekstslide
Geheugencellen
Bekijk het plaatje.
Functie?
Wat voor gevolgen hebben geheugencellen?
Slide 13 - Tekstslide
Geheugencellen zorgen voor immuniteit. Wat houdt dat in?
Slide 14 - Open vraag
Er zijn twee soorten immuniteit. Wat is het grote verschil en hoe komt dat? (overleg met buur)
Slide 15 - Tekstslide
Vaccinatie zorgt dus voor immuniteit.
Hoe werkt een vaccin dan?
Slide 16 - Tekstslide
Het Covid-19 vaccin zorgt voor immuniteit tegen corona. Wat voor soort immuniteit is dat?
A
Actieve immuniteit
B
Passieve immuniteit
Slide 17 - Quizvraag
Meisjes in Nederland krijgen een prik tegen het HPV-virus. Wat voor soort immuniteit levert dat op?
A
Actieve immuniteit
B
Passieve immuniteit
Slide 18 - Quizvraag
Je bent gebeten door een hond. Als je niets doet loop je grote kans om tetanus te krijgen. Je krijgt daardoor altijd van de huisarts een prikje. Wat voor immuniteit levert dat op?
A
Actieve immuniteit
B
Passieve immuniteit
Slide 19 - Quizvraag
De griepprik zorgt voor actieve immunisatie. Toch moeten veel mensen met verhoogde gezondheidsrisico's elk jaar een griepprik halen. Leg dit uit.
Slide 20 - Open vraag
Afweer uitschakelen
Orgaandonatie
Orgaanafstoting
Afweerremmers
Bron: 9.4 'wanneer schakel je de afweer uit '
Slide 21 - Tekstslide
Orgaandonaties
Sommige ziektes zijn niet te genezen. Deze worden chronisch genoemd.
Het verkrijgen van een donororgaan kan soms een oplossing geven.
Slide 22 - Tekstslide
Het vinden van een juiste 'match' is heel erg belangrijk bij orgaandonaties. Is de match niet juist, dan kan het ontvangen orgaan worden 'afgestoten' door de afweer van de ontvanger. Het orgaan zal dan uiteindelijk afsterven.
Leg dit uit. Gebruik de termen lichaamseigen, lichaamsvreemd, antistoffen, antigenen
Slide 23 - Open vraag
Een match
Bij een match lijken de antigenen van de donor dusdanig veel op de antigenen van de ontvanger, dat het ontvangen orgaan niet (meteen) zal worden afgestoten.
Slide 24 - Tekstslide
Wanneer schakel je de afweer uit?
Slide 25 - Tekstslide
Noem een groot nadeel van het gebruik van afweerremmers.
Slide 26 - Open vraag
Nu en huiswerk
-Lees van paragraaf 9.4 blz 88 (vanaf koorts). 89 en 90.
-Maak in nectar online van paragraaf 9.4 opdracht 15 t/m 21