25. Der und Ein Gruppe + persoonlijk vnw

Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
STARTOPDRACHT. Neem de tabellen over en geef de juiste vertaling.


uit
=
bij
=
met
=
naar/na
=
sinds
=
van 
=
naar (toe)
=
door
=
voor
=
tegen
=
zonder
=
om
=
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
STARTOPDRACHT. Neem de tabellen over en geef de juiste vertaling.


uit
=
bij
=
met
=
naar/na
=
sinds
=
van 
=
naar (toe)
=
door
=
voor
=
tegen
=
zonder
=
om
=

Slide 1 - Tekstslide

Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
uit
=aus
bij
=bei
met
=mit
naar/na
=nach
sinds
=seit
van 
=von
naar (toe)
=zu
door
=durch
voor
=für
tegen
=gegen
zonder
=ohne
om
=um

Slide 2 - Tekstslide

Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
STARTOPDRACHT. Neem de tabel over en maak de tabel compleet.
ik
jij
hij
zij
het
wij
jullie
zij
u
1.
3.
4.

Slide 3 - Tekstslide

Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
ik
jij
hij
zij
het
wij
jullie
zij
u
1.
ich
du
er
sie
es
wir
ihr
sie
Sie
3.
4.

Slide 4 - Tekstslide

Woche: fünf
Am Ende dieser Stunde:
1. kennst du die Der- und Eingruppe
2. kennst du die Wörter der Lektionen 1,2,3
3. hast du LOGO TV gesehen

Slide 5 - Tekstslide

1. kennst du die Der- und Eingruppe
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 6 - Tekstslide

BOX
d.../dies....DER groep
ein.../bezit vnw... EIN groep
1
KOLOM
geslacht van zelfstandig naamwoord
2
      RIJ
naamval 1e/3e/4e
3
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
Naamvallen

Slide 7 - Tekstslide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
1.BOX
2.KOLOM
3.RIJ

Slide 8 - Tekstslide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
DER GRUPPE
  • bepaalde lidwoord = der/ die/ das/die
  • aanwijzend voornaamwoord = dies-, solch-,
  • onbepaalde voornaamwoord = all-, jed-, welch-, manch-

EIN GRUPPE
  • onbepaalde lidwoord = ein/eine/ein/keine
  • bezittelijk voornaamwoord =    mein-,dein-,sein-,ihr-,unser-,euer-,ihr-,Ihr-

Slide 9 - Tekstslide

Was

Wer

Wie

Wann

Warum


: Aufgaben zehn und elf, Seite hundertzwanzig

: Schüler zusammen

: im Buch

: acht Minuten

: oefenen met de Der- und Eingruppe
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
timer
8:00

Slide 10 - Tekstslide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 11 - Tekstslide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 12 - Tekstslide

2. kennst du die Wörter der Lektionen 1,2,3
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 13 - Tekstslide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 14 - Tekstslide

3. hast du LOGO TV gesehen
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 15 - Tekstslide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 16 - Tekstslide

Dieser Unterricht lerntest du:
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 17 - Tekstslide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
Hausaufgaben:
keine

Slide 18 - Tekstslide