Spellen en formuleren oefentoets

Lesdoelen
  • Ik oefen met de stof voor de toets 
  • Ik weet met welke stof ik meer moet oefenen
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lesdoelen
  • Ik oefen met de stof voor de toets 
  • Ik weet met welke stof ik meer moet oefenen

Slide 1 - Tekstslide

Belangrijk:
  • Eerst hand opsteken, dan praten. 
  • Op een klasgenoot reageren? Niet doen...
  • Eigen plekken

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Ondanks de (benutten) strafschop had het team toch verloren.

Slide 4 - Open vraag

(vinden) jij het ook niet gek dat meneer Vogelzang niet kan zingen? (t.t.)

Slide 5 - Open vraag

Na een stevige vechtpartij (geven) hij zich over. (v.t.)

Slide 6 - Open vraag

Het (verrotten) dak kon het op elk moment begeven.

Slide 7 - Open vraag

jij (snoozen) de wekker altijd drie keer voordat je opstaat! (t.t.)

Slide 8 - Open vraag

Mohammed (gamen) de hele nacht. (v.t.)

Slide 9 - Open vraag

Ik heb mij tijdens de les goed (focussen).

Slide 10 - Open vraag

(vinden) jij 'aardige Ali' een mooi voorbeeld van een alliteratie? (t.t.)

Slide 11 - Open vraag

Zij (besteden) zoveel tijd aan haar make-up. (t.t.)

Slide 12 - Open vraag

Zou hij vroeger hebben (turnen)?

Slide 13 - Open vraag


Slide 14 - Open vraag

De (verraden) soldaat werd gelukkig (vrijspreken).
A
verraadde, gevrijsproken
B
verraadden, vrijgesproken
C
verraadde, vrijgesproken
D
verraadden, gevrijsproken

Slide 15 - Quizvraag

spelling leer je alleen als je het volgende doet; oefenen oefenen, en oefenen
A
Drie fouten
B
Vier fouten
C
Vijf fouten

Slide 16 - Quizvraag

Lesdoelen:
  • Ik weet hoe ik de toets moet voorbereiden
  • Oefenen met de leerstof 

Slide 17 - Tekstslide

Toets lezen 1. Kennen:
  • Leesmanieren (welke er zijn)
  • Leesstrategieën (welke er zijn en wanneer je ze gebruikt)
  • Tekstgeraamte 
  • Criteria voor het bepalen van het tekstniveau
  • Hoofdzaak/kernzin van een alinea
  • Leesmotor
  • Woordraadstrategieën

Slide 18 - Tekstslide

Toets lezen 1. Kunnen:
  • Tekstgeraamte markeren 
  • Verschil tussen leesmanieren en leesstrategieën uitleggen
  • Uitleggen hoe de leesmotor werkt
  • Uitleggen wanneer je een leesstrategie toepast
  • Het onderwerp van een tekst kunnen bepalen
  • Aangeven wat de belangrijkste zin van een alinea is 
  • Vragen over een tekst kunnen beantwoorden 

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Individueel en in stilte (10 min)


  • Opdracht:  
    Werk opdracht 1 en 2 uit. 

Slide 20 - Tekstslide

Samenvatten: 
  • Je kijkt naar de belangrijkste zin van de alinea. Dat is meestal de eerste of laatste zin. Als het goed is dan is de alinea een uitwerking van die zin. 
  • Je zorgt ervoor dat die zinnen in je samenvatting terugkomen!  

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag!
In duo's: 

Opdracht:
- Zoek samen naar de kernzinnen. Schrijf de kernzinnen in je schrift. 
- Hoofdzaak uit elke alinea gevonden? Werk opdracht drie uit. 

Slide 22 - Tekstslide

Voor vandaag: 
- Terugblik opdracht verhaal/spelling
- Nakijken samenvatting
- Oefentoets lezen 

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht spelling: 
  • Wat deed de klasgenoot goed? Denk aan de hoofdletters, leestekens en creativiteit. 
  • Welke tips zou je willen meegeven, zodat de leerling zich kan verbeteren?  

Slide 24 - Tekstslide

Samenvatting
Woensdag 16 november werd de Artemis-raket gelanceerd. Het is voor het eerst sinds 1972 dat er zo’n grote maanraket is gelanceerd. De raket heeft poppen aan boord. De Europese ruimtevaartorganisatie ESA heeft een onderdeel voor deze raket geleverd en dat is een primeur.
De lancering van de Artemis ging niet van een leien dakje. Er waren veel technische problemen die voor vertraging zorgden en ook een orkaan gooide roet in het eten. Daardoor werd de lancering meerdere keren uitgesteld. Omdat er tegenwoordig veel minder budget is, duurt het ook langer voordat technische problemen kunnen worden opgelost.
Wat een overeenkomst is tussen de ruimtevaart in de jaren 60 en nu is dat er veel enthousiasme voor is, maar dat er ook gemengde gevoelens zijn. Is Artemis zijn geld wel waard? Daarover zijn de meningen verdeeld.

Slide 25 - Tekstslide

Oefentoets nakijken
  • Individueel en in stilte



  • Kijk je antwoorden na. 
  • Noteer waar je meer mee moet oefenen voor de toets. 

Slide 26 - Tekstslide

Toets voorbereiden
  • Individueel (30 minuten)


  • Opdracht: 
    - Maak een samenvatting van de kennen-lijst 
    - Maak tien toetsvragen over de kennen-lijst. Schrijf op een ander blad de antwoorden op de vragen.  

Slide 27 - Tekstslide

De (benadelen) leerling (krijgen) compensatie (v.t.)
A
benadeelte, krijgt
B
benadeelde, kreeg
C
benadeelte, kregen
D
benadeelde, krijgt

Slide 28 - Quizvraag

Hij (koppen) de bal beter (als/dan) jij. (v.t.)
A
kopde, als
B
kopte, als
C
kopde, dan
D
kopte, dan

Slide 29 - Quizvraag

Zij heeft het als voetballer net zo ver geschopt (als/dan) jij.

Slide 30 - Open vraag

Opa...
POA
APO

Slide 31 - Tekstslide

Piet gebaarde druk met zijn handen om de auto te laten stoppen.
A
OPA
B
APO
C
POA
D
PAO

Slide 32 - Quizvraag

Naar de auto rende hij om zijn spullen te pakken.
A
APO
B
OPA
C
POA
D
PAO

Slide 33 - Quizvraag

Is Piet er nu klaar voor?
A
APO
B
PAO
C
OPA
D
POA

Slide 34 - Quizvraag

Die...of dat?

Slide 35 - Tekstslide

Het jongetje...voetbalt heeft veel plezier

Slide 36 - Open vraag

...meisje daar heeft een nieuwe Iphone.

Slide 37 - Open vraag

Is...jongen een klasgenoot of een idioot?

Slide 38 - Open vraag

Klaar!
Je kan alvast verder oefenen. Zie de Magister mail! 

Slide 39 - Tekstslide

Wat is het goede antwoord?
  • Zwartepiet of zwartenpiet?
  • Maneschijn of manenschijn? 
  • Konijnehoek of konijnenhok?
  • Lievelingdier of lievelingsdier?

Slide 40 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Individueel en in stilte (10 minuten) 
  • Klaar? Zie bord
  • Vragen? Na de tien minuten kun je ze stellen

Opdracht: 
Maak spelling les 3

Slide 41 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Ga naar je mail.
  • Neem stap een tot en met vier goed door.
  • Werk stap een tot en met vier uit. Dat kan op papier, maar ook digitaal. Zorg ervoor dat je volgende les kunt laten zien wat je hebt gedaan #huiswerkcontrole 

Slide 42 - Tekstslide