Zelfzorg spierpijn, gewrichtspijn en kneuzing

Zelfzorg spierpijn, gewrichtspijn en kneuzing
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
ZelfzorgMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Zelfzorg spierpijn, gewrichtspijn en kneuzing

Slide 1 - Tekstslide

Spierpijn (spierpijn, spierscheuring en spierkneuzingen)

Wat is spierpijn: pijn die ontstaat in de spieren.
Klachten: pijn, kramp of een stijf gevoel in de spieren.
Oorzaken: (over)belasting van de spieren.

Gewrichtspijn

Wat is gewrichtspijn: pijn aan het gewrichtskapsel of gewrichtsbanden.
Klachten: naast pijn ook bewegingsbeperking en zwelling.
Oorzaken: overbelasting, verstuiking(overrekte gewrichtsbanden), bandruptuur (gescheurde gewrichtsband) of ontwrichting. Bij een bandruptuur is er vaak sprake van een bloeduitstorting en zwelling, bij verstuiking alleen een zwelling.







Slide 2 - Tekstslide

Kneuzing
Wat is kneuzing: beschadiging van onderhuids bindweefsel waardoor een bloeduitstorting (blauwe plek) ontstaat.
Klachten: bloeduitstorting, pijnlijke plek en drukken op het lichaamsdeel is pijnlijk.
Oorzaken: de pijn wordt veroorzaakt door de kneuzing en deze ontstaat door vallen of stoten

De meeste spier- en gewrichtsklachten en kneuzingen genezen spontaan binnen 2 weken.
Pijn aan spieren, gewrichten en door kneuzing die al meer dan 2 weken bestaat komt niet in aanmerking voor zelfzorg.

Slide 3 - Tekstslide

Aanvulling
Spierpijn noemen we de pijn die in dwarsgestreepte spieren (skeletspieren, zelf aansturen) ontstaat. Het ontstaat vaak na langdurige of overmatige belasting. De ophoping van afvalstoffen (melkzuur) veroorzaakt spierpijn. 

Acute gewrichtspijn kan ontstaan door verstuiking, gescheurde gewrichtsband (bandruptuur) of ontwrichting. Gewrichten functioneren als scharnier van het bewegingsapparaat. Een gewricht bestaat meestal uit 2 botuiteinden (tenen en vingers), soms zijn er meer dan 2 botuiteinden bij betrokken (ellenboog). De botuiteinden zijn bedekt met kraakbeen (glad en vervormbaar). Hierdoor kan je soepel bewegen en schokken opvangen. Het gewrichtskapsel bestaat uit stug bindweefsel en is versterkt met gewrichtsbanden (elastisch). De binnenkant van het gewrichtskapsel noemen we het synoviale membraan. Dit scheidt synoviale vloeistof (gewrichtssmeer) af.

Slide 4 - Tekstslide

Pezen zijn de uiteinden van de spieren, deze verbinden de spieren met het bot. Pezen zijn weinig elastisch en genezen langzaam na beschadiging omdat een pees het  doorbloed wordt.

Beschadigingen aan banden, kapsel en spieren worden door het lichaam gerepareerd met collageenweefsel.

Klachten

We onderscheiden acute en chronische klachten. Alleen acute klachten mogen worden behandeld binnen zelfzorg. Ten alle tijden: klachten die langer dan 2 weken duren, moet worden doorverwezen naar de arts.

Slide 5 - Tekstslide

Toelichting WHAM vragen
W: voor wie is het advies bedoeld?
Spierpijn, (acute) gewrichtsklachten en kneuzingen kunnen bij elke leeftijd voorkomen. Artrose is de meest voorkomende chronische gewrichtsklacht, deze komt pas voor na het 45e levensjaar. 

H; hoelang heeft de klant al klachten?
Wanneer de klachten langer dan 2 weken aanwezig zijn spreken we van chronische klachten en verwijzen we de klant naar de arts. Wanneer een blauwe plek groter is dan verwacht kan het zijn dat de klant antistollingsmiddelen (acenocoumarol) of een andere medicatie die een verhoogde bloedingsneiging veroorzaakt gebruikt. Het herstel kan langer duren in deze gevallen.

A: welke actie heeft de klant al ondernomen?
Vraag welke niet-medicamenteuze maatregelen de klant al heeft genomen en of er een vrij verkrijgbaar medicijn is gebruikt als pijnbestrijding.

Slide 6 - Tekstslide

M: welke medicijnen gebruikt de klant nog meer?
- medicatie die spierpijn/spierkrampen of gewrichtspijn kan veroorzaken: statines (simvastatine), fibraten (gemfibrozil), chinolonen (ciprofloxacine), retonoïden (isotretinoïne). Klant direct doorsturen naar de huisarts.

- medicatie die een verhoogde bloedingsneiging veroorzaakt zoals een NSAID (ibuprofen, diclofenac, naproxen), SSRI's (paroxetine, fluoxetine), corticosteroïden (prednison) of antistollingsmiddelen (acenocoumarol, fenprocoumon).

- Medicatie die een interactie kan geven met een NSAID (bètablokkers, ACE-remmers (bloeddruk).

- Medicatie voor aandoeningen die een contra-indicatie zijn voor NSAID (zwangerschap/borstvoeding en astma)

Slide 7 - Tekstslide

Wanneer naar de huisarts verwijzen: 
Zie reader

Niet-medicamenteuze adviezen:
Zie reader


Slide 8 - Tekstslide

Medicamenteus advies

Eerste keuzemiddel
  • Paracetamol ( Panadol, Sinaspril)
Paracetamol werkt analgetisch (pijnstillend) en antipyretisch (koortsverlagend)

Tweede keuzemiddelen (op de huid)
  • Diclofenac  op de huid (Voltaren emulgel)
Gel 1,16%: 4 x per dag inmasseren op de pijnlijke plek(ken), niet langer dan 3 weken.

  • Ibuprofen op de huid (Advil gel)
Volwassen en jongeren vanaf 12 jaar: gel 5% 2-4 x per dag inmasseren op de pijnlijke plek(ken)

De pijnverlichting vindt niet direct plaats maar bouwt op in de eerste week van het gebruik


Slide 9 - Tekstslide


  • Acetylsalicylzuur ( Aspirine, Aspro)
Dosering volwassenen en jongeren vanaf 16 jaar: 500-1000 mg per keer, zo nodig elke 4 uur, maximaal 4000 mg per dag.
Dosering jongeren 12-15 jaar: 320-500 mg per keer, maximaal 2000 mg per dag.

  • Carbasalaatcalcium (Ascal)
Dosering volwassenen en jongeren vanaf 16 jaar: 600-1200 mg per keer, maximaal 4800 mg per dag.
Doseringen jongeren 12-15 jaar: 300-600 mg per keer, maximaal 2400 mg per dag.


Slide 10 - Tekstslide

Tweede keuzemiddelen (tabletten)

  • Diclofenac (Cataflam, Voltaren K)
Dosering: volwassenen en jongeren vanaf 14 jaar: begindosis 25 mg daarna zo nodig 12,5-25 mg elke 4-6 uur tot in totaal maximaal 75 mg.

  • Ibuprofen (Advil, Brufen, Nurofen, Sarixell)
Dosering volwassen en jongeren vanaf 12 jaar: begindosis 400 mg, daarna zo nodig 200-400 mg elke 4-6 uur tot in totaal maximaal 1200 mg per dag.
Dosering kinderen 6-11 jaar: maximaal 20-30mg/kg per dag verdeeld over 3 doses, maximaal 3 dagen.

  • Naproxen ( Aleve, Aleve feminax)
Dosering: volwassenen 220-275 mg 2-3 x per dag, zo nodig aanvangsdosis 440-550 mg, maximaal 825 mg per dag.
Dosering kinderen vanaf 12 jaar: 220-275 mg elke 12 uur, maximaal 550 mg per dag

Slide 11 - Tekstslide