voorzetsels derde naamval/Imperative

Voorzetsels???
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Voorzetsels???

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir heute?
Wiederholung voorzetsels en persoonlijk voornaamwoord 3e naamval
Wiederholung imperativ
Aufgaben machen und lernen


Slide 2 - Tekstslide

Voorzetsels 3e naamval
7 stuks
Kom maar door:)

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

persoonlijk voornaamwoord 3e naamval 

Slide 5 - Tekstslide

Op het bord schrijven
Mij
jou
hem
haar
ons
jullie
hun/hen
u

Slide 6 - Tekstslide

Voorzetsels 3e naamval
Welke hoort er niet bij?
A
mit
B
zu
C
durch
D
von

Slide 7 - Quizvraag

Voorzetsels 3e naamval
Welke hoort er niet bij?
A
nach
B
für
C
zu
D
bei

Slide 8 - Quizvraag

Wat is 'ik' in de derde naamval?
A
mir
B
euch
C
ihr
D
ihnen

Slide 9 - Quizvraag

de derde naamval van jou is ...
A
dir
B
du
C
dich

Slide 10 - Quizvraag

Wat is 'hij' ( er) in de derde naamval?
A
mir
B
uns
C
ihm
D
ihr

Slide 11 - Quizvraag

Wollt ihr mit ..... (hen) nach Berlin?
A
sie
B
ihr
C
ihn
D
ihnen

Slide 12 - Quizvraag

Das hat er von ...... (haar) bekommen.
A
sie
B
ihr
C
ihm
D
ihn

Slide 13 - Quizvraag

Waarom schrijf je : mit DER Frau en niet : mit DIE Frau
A
na het voorzetsel MIT krijg je derde naamval
B
Na het voorzetsel MIT, krijg je de vierde naamval
C
Het lidwoord bij Frau is altijd : der

Slide 14 - Quizvraag

Und jetzt... üben!

Slide 15 - Tekstslide

uit
jou
Ich kriege kein Wort ................ heraus!
bij
jullie
Ich bin gerne .............
met
hem
Ich gehe ................ ins Kino.
naarna
jou
Ich bin ............. dran.
Sinds
mij
......... hat er keine Freundin mehr gehabt.
van
hun/hen
Er bekommt ein Geschenk ...........
naar...toe 
mij
Kommst du morgen .................?

Slide 16 - Tekstslide

aus
uit
Ich kriege kein Wort aus dir heraus!
bei
bij
Ich bin gerne bei euch.
mit
met
Ich gehe mit ihm ins Kino.
nach
na; naar
Ich bin nach dir dran.
seit
sinds
Seit mir hat er keine Freundin mehr gehabt.
von
van; door
Er bekommt ein Geschenk von ihnen.
zu
naar (bij personen), tot , bij
Kommst du morgen zu mir?

Slide 17 - Tekstslide

Ah, der Imperativ!
Grammatiklektion

Slide 18 - Tekstslide

Erklär bitte! Seid leise! Hab geduld!
Welke 3 vormen zijn er?
Hoe gebruik je ze/welke uitgangen?
Stam d of t?
haben en sein?

Slide 19 - Tekstslide

Zusammengefasst

Slide 20 - Tekstslide

Hausaufgaben
Mach Aufgabe 8 und 9 Seite 102/103
Aufgabe 1, Seite 104
Aufgabe 3, Seite 105
Aufgabe 5, Seite 106

Lern voorzetsels en persoonlijke voornaamwoorden (3e naamval) Seite 96
De gebiedende wijs, seite 101
Online de woordjes van Lektion 1, 2 en 3 leren oder Seite 132

Slide 21 - Tekstslide

Nächste Stunde
Verb tragen (dragen)
Schreiben
Wortschatz

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide