In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Nederland Handelsland
Toetsweek 3: H5 en H6
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
- Waarom import / export belangrijk is voor ons land? - Wat staat er op de betalingsbalans van ons land?
- Hoe belangrijk is de buitenlandse handel voor Nederland?
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
import
Import: er gaat geld naar het buitenland
Bijvoorbeeld: We voeren bananen in vanuit Peru Ed Sheeran geeft een concert in de Ziggo Dome
Slide 4 - Tekstslide
export
Export: Het buitenland betaald ons geld
Bijvoorbeeld : Een Nederlands baggerbedrijf baggert in Dubai Chinese toeristen kopen souvenirs We verkopen Beemsterkaas aan Duitsland
Wederuitvoer belangrijk!!!
Slide 5 - Tekstslide
Kort opdr maken
Maak opdr 1 en 2 op blz 138
timer
5:00
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
open economie
Nederland heeft een open economie Of Nederland naar verhouding veel met het buitenland handelt kun je meten m.b.v. de export- en importquote.
HOEVEEL % VAN NATIONAAL INKOMEN WORDT VERDIENT AAN DE IMPORT OF DE EXPORT?
Slide 8 - Tekstslide
Het nationaal inkomen van NL is €880 miljard. De exportwaarde is €650 miljard. Bereken de Exportquote
Slide 9 - Open vraag
Het nationaal inkomen van NL is €880 miljard. De importwaarde is €450 miljard. Bereken de Importquote
Slide 10 - Open vraag
handelsbalans
De handelsbalans (of goederenbalans) geeft een overzicht van de exportwaarde en de importwaarde van goederen. Het verschil tussen de export- en importwaarde noem je het saldo van de handelsbalans.
Slide 11 - Tekstslide
Nationaal inkomen
De optelsom van alle inkomens uit arbeid en bezit (zoals loon, rente, huur, pacht).
Wat zegt dit? Je kunt pas vergelijken met andere landen als je het inkomen per hoofd van de bevolking weet.
nationaal inkomen : aantal inwoners = inkomen per inwoner
Slide 12 - Tekstslide
opdr maken
Maak opdr 3 t/m 8 op blz 139
timer
12:30
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Nederlanders houden graag vakantie in het buitenland. Als ze met een buitenlandse vliegmaatschappij reizen dan is er sprake van:
A
export van goederen.
B
export van diensten.
C
import van goederen.
D
import van diensten.
Slide 16 - Quizvraag
Wat zijn kenmerken van een land met een open economie?
A
Weinig invoer (import) en uitvoer (export) in verhouding tot de productie.
B
Veel invoer (import) en veel uitvoer (export) in verhouding tot de productie.
Slide 17 - Quizvraag
Het voordeel van import voor de Nederlandse consument is ...