Gedragsproblematiek

• Sociaal werk
• MBO
• Studiejaar 3

Hoe om te gaan met gedragsproblematiek?

LESDOELEN

Aan het einde van de les weet je;
- Welke vormen van gedragsproblematiek we onderscheiden

- Waar het gedrag vandaan komt
- Wat de oorzaken en gevolgen zijn

- Wat jouw rol als sociaal werker is in de begeleiding. 

Waar denken jullie aan bij het onderwerp gedragsproblematiek?

Waarom zou dit belangrijke informatie zijn als toekomstig sociaal werker?

Vroegtijdig signaleren van gedragsproblematiek, kan ernstige problemen op latere leeftijd voorkomen, doordat het gedrag nog kan worden bijgestuurd. Begeleiding of behandeling bestaan vaak uit het aanleren van opvoedvaardigheden, zodat ouders beter met het negatieve gedrag van hun kind om kunnen gaan en in staat zijn het ongewenst gedrag om te buigen naar positief gedrag. 

WAAROM IS DIT EEN BELANGRIJK ONDERWERP?

- Leerplicht

- Jongerenwerk

- Jeugdzorg

- Onderwijs

- Kennis toepassen in het werkveld

DSM 5

Worden verschillende stoornissen omschreven die kunnen leiden tot gedragsproblemen. 

 In dit handboek zijn alle psychische stoornissen opgenomen die momenteel in de ggz erkend worden.

PROBLEMATIEKEN

ADHD

- Moeite met concentreren

- Hyperactief

- Impulsief

- Problemen in het dagelijks leven

- Dit is al zo van kinds af aan

- Genetisch bepaald

Peuter-kleuterleeftijd eerste symptonen. Diagnose tussen 7-16 jaar. 
Antisociaal gedragspatroon wordt na 18 jaar antisociale persoonlijkheidsstoornis genoemd. 

Peuter-kleuterleeftijd eerste symptonen. Diagnose tussen 7-16 jaar.

Gevolgen gedragsstoornis

• Veel conflicten met mensen uit de omgeving; ouders, leerkrachten, leeftijdsgenoten en later ook collega's, leidinggevende en liefdespartner.
• Kinderen en adolescenten met gedragsproblematiek worden vaker geschorst. 
• Vaker problemen met justitie en politie en/of komen terecht binnen instellingen.
• Op jonge leeftijd al seksueel actief, kan leiden tot SOA of zwangerschap.
• Jonge leeftijd gebruik maken van tabak, alcohol of ander andere middelen.  

Kinderen en adolescenten met een gedragsstoornis vinden zichzelf, doorgaans niet ongehoorzaam, opstandig, boos of dwars. Zij rechtvaardigen hun gedrag als een reactie op onredelijke eisen of oneerlijke omstandigheden. De jongere vindt het bijvoorbeeld oneerlijk dat hij veel huiswerk krijgt en vindt het terecht om hier boos over te zijn. Ook vinden ze zichzelf niet agressief. Vooral in wat onduidelijkere situaties nemen ze de intenties van anderen vijandiger en bedreigender waar, dan dat in werkelijkheid het geval is. Hierdoor reageren ze agressiever, maar dat is in hun beleving terecht en redelijk.

Nienke veel huiswerk krijgt en vindt het terecht om hier boos over te zijn. Ook vinden ze zichzelf niet agressief. Vooral in wat onduidelijkere situaties nemen ze de intenties van anderen vijandiger en bedreigender waar, dan dat in werkelijkheid het geval is. Hierdoor reageren ze agressiever, maar dat is in hun beleving terecht en redelijk.

Rol als sociaal werker in begeleiding

- Bied structuur

- Zorg voor veel duidelijkheid en structuur in huis

-  Luister en praat met het kind/jongere en neem emoties en gevoelens serieus

- Onderscheid lastig en niet lastig gedrag

- Samen dingen doen

- Ga niet in discussie, wees neutraal en voorspelbaar

- Band opbouwen
- Veel complimenten geven

- Ongewenst gedrag op tijd stoppen (de-escaleren)

- Time-out plek
- Bedenk samen oplossingen

INSTANTIES 

- Veilig thuis

- Speciaal onderwijs

- Jongerencentra

- Politie

- Reclassering

- Jeugdzorg

- School maatschappelijk werker

BEHANDELMOGELIJKHEDEN

Ouderbegeleiding

Gezinstherapie

Cognitieve gedragstherapie

Groepstherapie

Medicatie (Methylfenidaat bij ADHD)

LESDOELEN

Aan het einde van de les weet je;
- Welke vormen van gedragsproblematiek we onderscheiden

- Waar het gedrag vandaan komt
- Wat de gevolgen zijn

- Wat jouw rol als sociaal werker is in de begeleiding. 

VRAGEN?